( ... - ... )
Rechtsgronden
Dit besluit is gebaseerd op:
- het Woonzorgdecreet van 15 februari 2019, artikel 55, §1, eerste lid, en artikel 56, gewijzigd bij het decreet van 20 december 2019.
Vormvereisten
De volgende vormvereisten zijn vervuld:
- De Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, heeft zijn akkoord gegeven op 31 augustus 2022;
- Er is op 7 september 2022 bij de Raad van State een aanvraag ingediend voor een advies binnen dertig dagen, met toepassing van artikel 84, §1, eerste lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973. Het advies is niet meegedeeld binnen die termijn. Daarom wordt artikel 84, §4, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, toegepast.
Juridisch kader
Dit besluit sluit aan bij de volgende regelgeving:
- de Vlaamse Codex Overheidsfinanciën van 29 maart 2019.
Initiatiefnemer
Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin.
Na beraadslaging,
DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:
Artikel 1. ( 01/01/2022 - ... )
Ter uitvoering van artikel 49, tweede lid, van bijlage 2 bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019 betreffende de programmatie, de erkenningsvoorwaarden en de subsidieregeling voor woonzorgvoorzieningen en verenigingen voor mantelzorgers en gebruikers wordt het totale aantal subsidiabele uren gezinszorg voor de diensten voor gezinszorg voor het jaar 2022 vastgesteld op 18.858.828 uren, waarvan maximaal 32.265 uren DOP-uren zijn.
Artikel 2. ( 01/01/2022 - ... )
Ter uitvoering van artikel 70 van bijlage 2 bij hetzelfde besluit wordt het totale aantal subsidiabele uren schoonmaakhulp, karweihulp of oppashulp voor de diensten voor gezinszorg voor het jaar 2022 vastgesteld op 4.226.003 uren.
Artikel 3. ( 01/01/2022 - ... )
In artikel 53/1, §1, van bijlage 2 bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019 betreffende de programmatie, de erkenningsvoorwaarden en de subsidieregeling voor woonzorgvoorzieningen en verenigingen voor mantelzorgers en gebruikers, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 11 februari 2022, wordt het bedrag "256.312,02 euro" vervangen door het bedrag "782.238,65 euro".
Artikel 4. ( 01/01/2022 - ... )
In artikel 58, §1, van bijlage 2 bij hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 11 februari 2022, wordt het bedrag "7.223.155,68 euro" vervangen door het bedrag "8.720.806,33 euro".
Artikel 5. ( 01/01/2022 - ... )
In artikel 59 van bijlage 2 bij hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 11 februari 2022, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1, eerste lid, wordt het bedrag "166.068,83 euro" vervangen door het bedrag "168.106,93 euro";
2° in paragraaf 4, eerste lid, wordt het bedrag "35.621,61 euro" vervangen door het bedrag "36.045,72 euro".
Artikel 6. ( 01/01/2022 - ... )
In artikel 61, §1, van bijlage 2 bij hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 11 februari 2022, wordt het bedrag "9.451.326,40 euro" vervangen door het bedrag "9.614.834,35 euro".
Artikel 7. ( 01/01/2022 - ... )
In artikel 62 van bijlage 2 bij hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 11 februari 2022, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1 wordt het bedrag "31.822.307,93 euro" vervangen door het bedrag "36.880.566,51 euro";
2° in paragraaf 2 wordt het percentage "87,14%" vervangen door het percentage "88,46%", het percentage "75,59%" door het percentage "78,66%", het percentage "0,23%" door het percentage "0,60%", en het percentage "3,64%" door het percentage "3,15%";
3° in paragraaf 3 wordt het percentage "12,86%" vervangen door het percentage "11,54%", en het percentage "89,08%" door het percentage "89,32%".
Artikel 8. ( 01/01/2022 - ... )
In artikel 63 van bijlage 2 bij hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering 11 februari 2022, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1, eerste lid, wordt het bedrag "4.791.090,51 euro" vervangen door het bedrag "7.988.574,59 euro";
2° aan paragraaf 1, eerste lid, wordt de zin "Het budget voor de maatregel koopkracht en voor de maatregel innovatie en digitalisering stijgt jaarlijks met hetzelfde percentage als het percentage waarmee het urencontingent voor dat jaar verhoogd wordt." toegevoegd;
3° in paragraaf 1, tweede lid, wordt het percentage "9,28%" vervangen door het percentage "8,35%", het percentage "76,85%" door het percentage "83,29%", en het percentage "4,23%" door het percentage "2,58%".
Artikel 9. ( 01/01/2022 - ... )
In artikel 74, tweede lid, van bijlage 2 bij hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering 11 februari 2022, wordt het bedrag "1623,42 euro" vervangen door het bedrag "1932,08 euro".
Artikel 10. ( 01/01/2022 - ... )
In artikel 77, §1, van bijlage 2 bij hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 september 2021, wordt het bedrag "2.412.801,26 euro" vervangen door het bedrag "2.414.085,05 euro".
Artikel 11. ( 01/01/2022 - ... )
In artikel 78, §1, van bijlage 2 bij hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 september 2021, wordt het bedrag "2.323.165,35 euro" vervangen door het bedrag "2.316.102,60 euro".
Artikel 12. ( 01/01/2022 - ... )
In artikel 78/1, §1, van bijlage 2 bij hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 11 februari 2022, wordt het bedrag "840.835,66 euro" vervangen door het bedrag "795.491,24 euro".
Artikel 13. ( 01/01/2022 - ... )
In artikel 86 van bijlage 2 bij hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 27 november 2020 en 11 februari 2022, wordt het bedrag "775,50 euro" vervangen door het bedrag "915,21 euro".
Artikel 14. ( 01/01/2022 - ... )
In artikel 6 van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 september 2021 tot bepaling van een aantal evaluatiecriteria voor de programmatie van diensten voor gezinszorg en van een aantal criteria voor de verdeling van de extra uren gezinszorg over de erkende diensten voor gezinszorg, naar aanleiding van de COVID-19-pandemie en VIA6 wordt de zinsnede "werkingsjaar 2022 en 2023" vervangen door de zinsnede "werkingsjaar 2022, 2023, 2024 en 2025".
Artikel 15. ( 01/01/2022 - ... )
In artikel 9, tweede lid, van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "werkingsjaar 2022 en 2023" vervangen door de zinsnede "werkingsjaar 2022, 2023, 2024 en 2025".
Artikel 16. ( 01/01/2022 - ... )
Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2022.
Artikel 17. ( 01/01/2022 - ... )
De Vlaamse minister, bevoegd voor de gezondheids- en woonzorg, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Vlaamse Codex, officiële website van de Vlaamse Overheid - https://codex.vlaanderen.be
Geconsolideerde versie die geldt op 01/05/2025