Besluit van de Vlaamse Regering betreffende het financiële en materiële beheer van de dienst met afzonderlijk beheer ["BRV-fonds"]

Datum 14/04/2000

Inhoudstafel

  1. HOOFDSTUK I INLEIDENDE BEPALINGEN
  2. HOOFDSTUK II DE BEGROTING
  3. HOOFDSTUK III DE COMPTABILITEIT EN AFLEGGING DER REKENINGEN
  4. HOOFDSTUK IV BEHEER
  5. HOOFDSTUK V [... (opgeh. BVR 1 juni 2012, art. 11)]
  6. HOOFDSTUK VI SLOTBEPALINGEN

Inhoud

HOOFDSTUK I INLEIDENDE BEPALINGEN (... - ...)

Artikel 1. (01/01/2023- ...)

§ 1. Dit besluit regelt het financiële en materiële beheer van de dienst met afzonderlijk beheer BRV-fonds, vermeld in artikel 1.6.1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, hierna BRV-fonds te noemen.

§ 2. ...

§ 3. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:
1° ...;
2° de Vlaamse minister: het lid van de Vlaamse regering, bevoegd voor de ruimtelijke ordening.

HOOFDSTUK II DE BEGROTING (... - ...)

Artikel 2. (01/01/2012- ...)

...

Artikel 3. (01/01/2012- ...)

...

Artikel 4. (01/01/2023- ...)

De raming van de ontvangsten heeft betrekking op:
1° het over te dragen saldo;
2° de dotaties;
3° de bedragen die het BRV-fonds ontvangt krachtens titel II, hoofdstuk VI, afdeling 2, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening;
4° de bedragen die het BRV-fonds gedurende het begrotingsjaar in kwestie zal ontvangen.

Artikel 5. (01/01/2012- ...)

...

Artikel 6. (01/01/2012- ...)

...

Artikel 7. (01/01/2012- ...)

...

Artikel 8. (01/01/2012- ...)

...

HOOFDSTUK III DE COMPTABILITEIT EN AFLEGGING DER REKENINGEN (... - ...)

Artikel 9. (01/01/2023- ...)

De leidend ambtenaar van het Departement Omgeving wordt aangesteld als inhoudelijk ordonnateur van het BRV-fonds voor de betaalbaarstelling van andere kredieten dan de kredieten voor de verrichtingen inzake de planbatenheffing, vermeld in titel II, hoofdstuk VI, afdeling 2, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Hij wordt tevens belast met de inning van de inkomsten uit de handhaving die voortvloeien uit de toepassing van Titel VI van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Hij kan de voormelde bevoegdheden delegeren aan ambtenaren van niveau A van het Departement Omgeving.

De leidend ambtenaar van de Vlaamse Belastingsdienst wordt aangesteld als inhoudelijk ordonnateur voor de betaalbaarstelling van kredieten voor de verrichtingen inzake de planbatenheffing. Hij wordt tevens belast met de inning van de planbatenheffingen. Hij kan zijn bevoegdheid delegeren aan ambtenaren van niveau A van het agentschap.

Artikel 10. (01/01/2012- ...)

Op het einde van ieder kwartaal wordt een staat van ontvangsten en een staat van uitgaven opgemaakt.

De Vlaamse minister legt deze staten door bemiddeling van de Vlaamse minister, bevoegd voor de financiën en de begroting voor aan het Rekenhof. De stukken ter verantwoording worden ter plaatse bewaard.

Artikel 11. (01/01/2012- ...)

...

Artikel 12. (01/01/2012- ...)

...

Artikel 13. (01/01/2012- ...)

...

Artikel 14. (01/01/2012- ...)

...

Artikel 15. (01/01/2012- ...)

...

HOOFDSTUK IV BEHEER (... - ...)

Artikel 16. (01/01/2023- ...)

De leidend ambtenaar van het Departement Omgeving wordt aangesteld als beheerder van het BRV-fonds. Hij kan zijn bevoegdheden, vermeld in dit hoofdstuk, overdragen aan ambtenaren van niveau A die tot zijn administratie behoren. De voormelde ambtenaren mogen niet als ordonnateur van het BRV-fonds worden voorgedragen of benoemd.

Artikel 17. (01/01/2023- ...)

§ 1. De beheerder is bevoegd om:
1° bestekken voor werken, leveringen of diensten of de bescheiden die ze vervangen goed te keuren,
2° de wijze te kiezen waarop de opdrachten worden gegund,
3° opdrachten voor de aanneming van werken, leveringen of diensten te gunnen en in te staan voor de uitvoering ervan.

Deze machtiging geldt slechts binnen de perken van de geopende kredieten en van de in de volgende tabel opgenomen ramingen of bedragen in euro, exclusief de belasting over de toegevoegde waarden:

Bedragen
in euro
Openbare
aanbesteding
Algemene
offerteaanvraag
Beperkte aanbesteding Beperkte
offerteaanvraag
Onderhandelings-
procedure met voorafgaande bekendmaking
Onderhandelings-
procedure zonder voorafgaande
bekendmaking
Werken 13.000.000 2.000.000 1.500.000 1.000.000
Leveringen 8.000.000 1.200.000 900.000 600.000
Diensten 2.400.000 800.000 500.000 200.000


§ 2. De beheerder staat bovendien in voor de eenvoudige uitvoering van de opdrachten voor de aanneming van werken, leveringen of diensten die in het kader van het functioneren van het BRV-fonds worden gegund door de Vlaamse regering of de Vlaamse minister. Onder eenvoudige uitvoering dient te worden verstaan het nemen van alle maatregelen en beslissingen om de opdracht binnen de perken van de aanneming te realiseren, met uitzondering van de maatregelen en beslissingen die een beoordeling door de gunnende overheid vereisen.

§ 3. De beheerder is tevens bevoegd om:
1° met betrekking tot de in § 1, eerste lid, en § 2 vermelde opdrachten:
a) gemotiveerde afwijkingen toe te staan op de essentiële bepalingen en voorwaarden, overeenkomstig artikel 8 van het koninklijk besluit van 26 september 1996 tot bepaling van de Algemene Uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken;
b) boeten kwijt te schelden, na advies van de bevoegde juridische afdeling over de gegrondheid en de ontvankelijkheid van de kwijtschelding;
2° met betrekking tot de in § 1, eerste lid, en § 2 vermelde opdrachten:
a) prijsherzieningen, voortvloeiend uit de betrokken overeenkomsten goed te keuren zonder beperking van bedrag;
b) verrekeningen, andere dan voormelde herzieningen, ramingstaten en de hieraan verbonden termijnverlengingen goed te keuren voor zover hieruit geen totale extra uitgaven van meer dan 25 % voortvloeien en de uitgaven [250.000 euro (verv. B.V.R. 14 december 2001, art. 7, I: 1 januari 2002) ] niet overschrijden.

§ 4. De beheerder is bovendien bevoegd om allerlei uitgaven die buiten de toepassing vallen van de wetgeving op de overheidsopdrachten en die betrekking hebben op de uitvoering van de taken van het BRV-fonds, goed te keuren tot een bedrag van maximum [62.500 euro (verv. B.V.R. 14 december 2001, art. 8, I: 1 januari 2002) ] per beslissing, voor zover het niet gaat om subsidies.

Artikel 18. (01/01/2012- ...)

...

Artikel 19. (01/01/2012- ...)

...

Artikel 20. (01/01/2012- ...)

...

HOOFDSTUK V [... (opgeh. BVR 1 juni 2012, art. 11)] (... - ...)

Artikel 21. (01/01/2012- ...)

...

HOOFDSTUK VI SLOTBEPALINGEN (... - ...)

Artikel 22. (... - ...)

Dit besluit treedt in werking op 1 mei 2000.

Artikel 23. (... - ...)

De Vlaamse minister, bevoegd voor de ruimtelijke ordening, en de Vlaamse minister, bevoegd voor de financiën en de begroting zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.


Vlaamse Codex, officiële website van de Vlaamse Overheid - https://codex.vlaanderen.be
Geconsolideerde versie die geldt op 26/04/2024