Besluit van de Vlaamse Regering tot regeling van de vergoedingen van de bestuurders van de publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigde agentschappen van de Vlaamse overheid, en van de regeringsafgevaardigden die toezicht uitoefenen bij deze agentschappen

Datum 09/03/2007

Inhoud

(... - ...)

De Vlaamse Regering,

Gelet op het kaderdecreet bestuurlijk beleid van 18 juli 2003, inzonderheid op artikel 18, § 4;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 27 januari 1988 houdende sommige maatregelen tot harmonisatie van de toelagen en presentiegelden aan commissarissen, gemachtigden van financiën, afgevaardigden van de Vlaamse Regering, voorzitters en leden van niet-adviserende bijzondere commissies of van raden van bestuur van instellingen en ondernemingen die onder de Vlaamse Regering behoren;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 13 juli 1988 tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 januari 1988 houdende sommige maatregelen tot harmonisatie van de toelagen en presentiegelden aan commissarissen, gemachtigden van financiën, afgevaardigden van de Vlaamse Regering, voorzitters en leden van niet-adviserende bijzondere commissies of van raden van bestuur van instellingen en ondernemingen die onder de Vlaamse Regering behoren;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister bevoegd voor de Begroting, gegeven op 8 december 2006;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 18 december 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de minister-president van de Vlaamse Regering;

Na beraadslaging,

Besluit :

Artikel 1. (01/01/2019- ...)

Dit besluit is van toepassing op :
1° de bestuurders van de publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigde agentschappen van de Vlaamse overheid, vermeld in artikel III.7 van het bestuursdecreet van 7 december 2018, met uitzondering van de gedelegeerd bestuurder;
2° de regeringsafgevaardigden die toezicht uitoefenen op deze agentschappen.

Artikel 2. (09/03/2007- ...)

De vergoedingen van de bestuurders bestaan uit :
1° een vaste vergoeding op jaarbasis;
2° een presentiegeld per vergadering van de raad van bestuur, waaraan de bestuurder heeft deelgenomen.

Artikel 3. (16/11/2018- ...)

Voor de vaststelling van de bedragen van de vergoedingen van de bestuurders worden de publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigde agentschappen ingedeeld in vier categorieën.

Voor elk van de vier categorieën gelden verschillende maximumbedragen voor de vaste vergoeding op jaarbasis en het presentiegeld per vergadering, zoals bepaald in de onderstaande tabel :

 

   vaste vergoeding
op jaarbasis (in euro)
presentiegeld per
vergadering (in euro)
categorie I 3000 300
categorie II 2400 240
categorie III 1800 180
categorie IV 1500 150

Artikel 4. (09/03/2007- ...)

De bestuurder van een publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap ontvangt de vergoedingen die overeenstemmen met de categorie waarin het desbetreffende agentschap is ingedeeld, overeenkomstig de indeling, vermeld in artikelen 5 tot 8.

Voor de bestuurder die de functie van voorzitter van een publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap vervult, worden de vermelde vergoedingen verdubbeld.

Artikel 5. (09/03/2007- ...)

In categorie I worden ingedeeld, de hiernavolgende publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigde agentschappen :
1° Vlaamse Vervoermaatschappij - De Lijn;
2° Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding.

Artikel 6. (01/01/2019- ...)

In categorie II worden ingedeeld, de hiernavolgende publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigde agentschappen :
1° Vlaams Agentschap voor Internationaal Ondernemen;
2° De Vlaamse Waterweg, naamloze vennootschap;
3° ...;
4° Vlaamse Landmaatschappij, naamloze vennootschap;
5° Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen, naamloze vennootschap;
6° Vlaams Agentschap voor de Uitbetaling van Toelagen in het kader van het Gezinsbeleid.

Artikel 7. (01/01/2021- ...)

In categorie III worden ingedeeld, de hiernavolgende publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigde agentschappen :
1° ...;
2° Openbaar Psychiatrisch Zorgcentrum Geel;
3° Openbaar Psychiatrisch Zorgcentrum Rekem;
4° ...;
5° Agentschap Plantentuin Meise.

Artikel 8. (16/11/2018- ...)

In categorie IV worden ingedeeld, de hiernavolgende publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigde agentschappen :
1° Vlaamse Regulator voor de Media;
2° Vlaams Agentschap voor Samenwerking rond Gegevensdeling tussen de Actoren in de Zorg.

Artikel 9. (09/03/2007- ...)

Het personeelslid van de Vlaamse overheid dat ambtshalve wordt aangewezen als bestuurder van een publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap, ontvangt geen vergoeding als bestuurder van dat agentschap.

Onder ambtshalve aanwijzing als bestuurder wordt begrepen: de verplichte aanwijzing als bestuurder, ingevolge een decretale bepaling betreffende het betrokken agentschap, van een personeelslid van de Vlaamse overheid, waarvan de functie expliciet in de decretale bepaling wordt vermeld.

Artikel 10. (09/03/2007- ...)

Het vastgestelde bedrag voor het presentiegeld per vergadering geldt voor maximaal vijftien vergaderingen per jaar.

Als de raad van bestuur van een agentschap in een bepaald jaar meer dan vijftien vergaderingen houdt, wordt het bedrag van het presentiegeld vanaf de zestiende vergadering gehalveerd.

Artikel 10/1. (16/11/2018- ...)

§ 1. Per kalenderjaar wordt de som van de presentiegelden voor de vergaderingen van de raad van bestuur en van de vaste vergoeding op jaarbasis, die toegekend worden voor de vergaderingen van de raad van bestuur, voor een bestuurder als volgt beperkt:
1° voor kleine organisaties (maximaal 99 personeelsleden): 2500 euro;
2° voor middelgrote organisaties (minimaal 100 en maximaal 499 personeelsleden): 4500 euro;
3° voor grote organisaties (minimaal 500 personeelsleden): 6500 euro.

Voor de bestuurder die de functie van voorzitter vervult, worden de voormelde bedragen verdubbeld.

Als het mandaat van een bestuurder of van de voorzitter in een bepaald jaar minder dan twaalf maanden bestrijkt, wordt het bedrag, vermeld in het eerste lid, pro rata berekend in maanden. Bij die berekening wordt de maand meegerekend waarin het mandaat begonnen of beëindigd is.

Het aantal personeelsleden is het aantal werknemers, uitgedrukt in voltijdsequivalenten (vte), dat in dienst is op 31 december van het jaar waarop de vergoedingen betrekking hebben.

§ 2. De Vlaamse Regering kan, op gemotiveerd voorstel van het betrokken agentschap, een verhoging toestaan van de maximumbedragen van de vergoedingen, vermeld in artikel 3, op voorwaarde dat de bedragen per kalenderjaar, vermeld in paragraaf 1, niet overschreden worden.

Artikel 11. (16/11/2018- ...)

§ 1. Als binnen de raad van bestuur een auditcomité wordt opgericht, kan de raad van bestuur beslissen voor de prestaties van de bestuurders als lid van het auditcomité een vergoeding toe te kennen.

De vergoeding wordt toegekend in de vorm van een presentiegeld per bijgewoonde vergadering van het auditcomité.

Het bedrag van het presentiegeld kan maximaal gelijk zijn aan het presentiegeld voor de deelname aan een vergadering van de raad van bestuur.

Aan de bestuurder die voorzitter is van het auditcomité kan een dubbel presentiegeld worden toegekend.

§ 2. Als binnen de raad van bestuur een remuneratiecomité wordt opgericht, kan de raad van bestuur beslissen voor de prestaties van de bestuurders als lid van het remuneratiecomité een vergoeding toe te kennen.

De vergoeding wordt toegekend in de vorm van een presentiegeld per bijgewoonde vergadering van het remuneratiecomité.

Het bedrag van het presentiegeld kan maximaal gelijk zijn aan het presentiegeld voor de deelname aan een vergadering van de raad van bestuur.

Aan de bestuurder die voorzitter is van het remuneratiecomité kan een dubbel presentiegeld worden toegekend.

§ 3. Als binnen de raad van bestuur een comité wordt opgericht met een andere opdracht dan een auditcomité of een remuneratiecomité, kan voor de prestaties van bestuurders als lid van een dergelijk comité geen extra vergoeding worden toegekend. De vergoeding daarvoor wordt geacht begrepen te zijn in de vergoedingen die worden toegekend als lid van de raad van bestuur.

Artikel 12. (16/11/2018- ...)

Aan de bestuurders worden geen andere financiële voordelen toegekend dan de vergoedingen, vermeld in artikel 2 en in artikel 11.

Aan de bestuurders worden geen voordelen in natura toegekend.

Aan de bestuurders wordt een vergoeding toegekend voor reiskosten die verbonden zijn aan de uitvoering van het mandaat, overeenkomstig de regeling die geldt voor de vergoeding van reiskosten van personeelsleden van de Vlaamse overheid.

Artikel 13. (16/11/2018- ...)

De vaste vergoeding op jaarbasis kan alleen betaald worden aan de bestuurders en aan de voorzitter als ze, in het kalenderjaar waarop de vergoeding betrekking heeft, aanwezig waren op minstens twee derde van de vergaderingen van de raad van bestuur waarvoor ze op regelmatige wijze waren uitgenodigd. Deze maatregel geldt niet als de afwezigheid het gevolg was van overmacht of gewettigde verhindering.

Als het mandaat van een bestuurder in een bepaald jaar minder dan twaalf maanden bestrijkt, wordt het bedrag van de vaste vergoeding pro rata berekend in maanden. Bij die berekening wordt de maand meegerekend waarin het mandaat begonnen of beëindigd is.

De vaste vergoeding op jaarbasis, in voorkomend geval verminderd overeenkomstig artikel 10/1, wordt betaald in het begin van het kalenderjaar dat volgt op het kalenderjaar waarop de vergoeding betrekking heeft.

Het presentiegeld wordt betaald binnen een termijn van dertig dagen die volgt op de desbetreffende vergadering.

Artikel 14. (09/03/2007- ...)

De vergoedingen zijn ten laste van het desbetreffende publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap.

Artikel 15. (16/11/2018- ...)

De bedragen, vermeld in artikel 3 en in artikel 10/1, volgen de evolutie van het gezondheidsindexcijfer overeenkomstig de wet van 1 maart 1977 houdende inrichting van een stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het rijk worden gekoppeld. Ze zijn gekoppeld aan het spilindexcijfer 103,04 (basis 2013).

Artikel 16. (16/11/2018- ...)

§ 1. De vergoedingen van de regeringsafgevaardigden die toezicht uitoefenen bij een publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap bestaan uit :
1° een vaste vergoeding op jaarbasis;
2° een presentiegeld per vergadering van de raad van bestuur, waaraan de regeringsafgevaardigde heeft deelgenomen.

§ 2. De regeringsafgevaardigde bij een publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap ontvangt de vergoedingen die overeenstemmen met de categorie waarin het desbetreffende agentschap is ingedeeld, overeenkomstig de indeling, vermeld in artikelen 5 tot 8.

§ 3. Artikel 3, 10, 10/1, 11, 12, 13, 14 en 15 zijn van overeenkomstige toepassing op de regeringsafgevaardigden bij een publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap.

Artikel 17. (09/03/2007- ...)

Het besluit van de Vlaamse Regering van 27 januari 1988 houdende sommige maatregelen tot harmonisatie van de toelagen en presentiegelden aan commissarissen, gemachtigden van financiën, afgevaardigden van de Vlaamse Regering, voorzitters en leden van niet-adviserende bijzondere commissies of van raden van bestuur van instellingen en ondernemingen die onder de Vlaamse Regering behoren, wordt opgeheven, voor wat betreft de publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigde agentschappen.

Het besluit van de Vlaamse Regering van 13 juli 1988 tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 januari 1988 houdende sommige maatregelen tot harmonisatie van de toelagen en presentiegelden aan commissarissen, gemachtigden van financiën, afgevaardigden van de Vlaamse Regering, voorzitters en leden van niet-adviserende bijzondere commissies of van raden van bestuur van instellingen en ondernemingen die onder de Vlaamse Regering behoren, wordt opgeheven, voor wat betreft de publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigde agentschappen.

Artikel 18. (09/03/2007- ...)

Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 9 maart 2007.

Artikel 19. (09/03/2007- ...)

De leden van de Vlaamse Regering zijn, ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.


Vlaamse Codex, officiële website van de Vlaamse Overheid - https://codex.vlaanderen.be
Geconsolideerde versie die geldt op 08/05/2024