Gecodificeerd Decreet betreffende het hoger onderwijs (citeeropschrift: "Codex Hoger Onderwijs")

Datum 11/10/2013

Algemene info

Datum staatsblad 27/02/2014
Pagina staatsblad 15979
Datum inwerkingtreding 01/10/2013

Externe linken

Inhoudstafel

  1. Codificatie van de decretale bepalingen betreffende het hoger onderwijs
    1. DEEL 1 GEMEENSCHAPPELIJKE BEPALINGEN
      1. TITEL 1 Algemeen
      2. TITEL 2 Toepassingsgebied en begrippenkader
    2. DEEL 2 STRUCTUUR EN ORGANISATIE VAN HET HOGER ONDERWIJS
      1. TITEL 1 Hogeronderwijslandschap en zending
        1. Hoofdstuk 1 Instellingen
          1. Afdeling 1 Ambtshalve geregistreerde instellingen
          2. Afdeling 2 Geregistreerde instellingen
          3. Afdeling 3 Schools of Arts
        2. Hoofdstuk 2 Associaties
          1. Afdeling 1 Structuur
          2. Afdeling 2 Bevoegdheden
          3. Afdeling 3 Andere bepalingen
        3. Hoofdstuk 3 Zending
      2. TITEL 2 Institutionele bepalingen
        1. Hoofdstuk 1 Commissie Hoger Onderwijs
          1. Afdeling 1 Oprichting en samenstelling
        2. Hoofdstuk 2 Accreditatieorganisatie
          1. Afdeling 1 Aanwijzing en opdracht
        3. Hoofdstuk 3 De Vlaamse Universiteiten en Hogescholen Raad
        4. Hoofdstuk 4 De Vlaamse Interuniversitaire Raad
        5. Hoofdstuk 5 De Vlaamse Hogescholenraad
      3. TITEL 3 Structuur van het hoger onderwijs
        1. Hoofdstuk 1 Definities en doelstellingen van opleidingen en graden
        2. Hoofdstuk 2 Opleidingenaanbod
        3. Hoofdstuk 3 Opleidingsprogramma
        4. Hoofdstuk 4 Studiegebieden, graden en titels
        5. Hoofdstuk 5 Onderwijsbevoegdheid
        6. Hoofdstuk 6 Lerarenopleidingen
          1. [Afdeling 1 Inhoudelijke bepalingen (ing. decr. 4 mei 2018, art. 101, I: 1 september 2019)]
          2. [Afdeling 2 Organisatorische bepalingen (verv. decr. 4 mei 2018, art. 107, I: 1 september 2019)]
        7. [Hoofdstuk 7 Inclusief hoger onderwijs (verv. decr. 16 juni 2017, art. VI.7, I: 1 september 2017)]
        8. Hoofdstuk 8 Kwaliteitszorg
          1. Afdeling 1 Interne en externe kwaliteitszorg
          2. Afdeling 2 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 14, I: 1 september 2019)]
            1. Onderafdeling 1 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 14, I: 1 september 2019)]
            2. Onderafdeling 2 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 14, I: 1 september 2019)]
            3. Onderafdeling 3 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 14, I: 1 september 2019)]
            4. Onderafdeling 4 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 14, I: 1 september 2019)]
            5. Onderafdeling 5 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 14, I: 1 september 2019)]
            6. Onderafdeling 6 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 14, I: 1 september 2019)]
            7. Onderafdeling 7 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 14, I: 1 september 2019)]
        9. [Hoofdstuk 9 Programmatie en registratie van opleidingen (verv. decr. 18 mei 2018, art. 15, I: 1 september 2019)]
          1. Afdeling 1 Algemeen
          2. [Afdeling 2 Domeinspecifieke leerresultaten (verv. decr. 18 mei 2018, art. 17, I: 1 september 2019)]
            1. Onderafdeling 1 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 18, I: 1 september 2019)]
              1. [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 18, I: 1 september 2019)]
              2. [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 18, I: 1 september 2019)]
              3. [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 18, I: 1 september 2019)]
            2. Onderafdeling 2 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 19, I: 1 september 2019)]
            3. Onderafdeling 3 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 21, I: 1 september 2019)]
              1. [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 21, I: 1 september 2019)]
              2. [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 21, I: 1 september 2019)]
            4. Onderafdeling 4 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 22, I: 1 september 2019)]
            5. Onderafdeling 5 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 23, I: 1 september 2019)]
            6. Onderafdeling 6 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 24, I: 1 september 2019)]
          3. [Afdeling 3 Programmatie (verv. decr. 18 mei 2018, art. 25, I: 1 september 2019)]
          4. [Afdeling 3/1 Toets nieuwe opleiding (ing. decr. 18 mei 2018, art. 28, I: 1 september 2019)]
            1. [Onderafdeling 1 Aanvraag (ing. decr. 18 mei 2018, art. 29, I: 1 september 2019)]
            2. [Onderafdeling 2 Commissie (ing. decr. 18 mei 2018, art. 31, I: 1 september 2019)]
            3. [Onderafdeling 3 Beoordelingskader (ing. decr. 18 mei 2018, art. 33, I: 1 september 2019)]
            4. [Onderafdeling 4. Beoordelingsrapport en besluit (ing. decr. 18 mei 2018, art. 37, I: 1 september 2019)]
          5. [Afdeling 3/2 (verv. decr. 18 mei 2018, art. 28, I: 1 september 2019)][Actualisatie van bestaande opleidingen van het hoger beroepsonderwijs (ing. decr. 4 mei 2018, art. 122, I: 1 september 2019)]
          6. Afdeling 4 Wijzigingen aan de studieomvang van opleidingen
          7. Afdeling 5 Herschikkingen van het opleidingsaanbod
          8. Afdeling 6 Registratie. Het Hogeronderwijsregister
        10. [Hoofdstuk 9/1 Verantwoording voor de kwaliteit van opleidingen (ing. decr. 18 mei 2018, art. 43, I: 1 september 2019)]
          1. [Afdeling 1 Algemeen (ing. decr. 18 mei 2018, art. 44, I: 1 september 2019)]
          2. [Afdeling 2 Instellingsreview (ing. decr. 18 mei 2018, art. 46, I: 1 september 2019)]
            1. [Onderafdeling 1 Algemeen (ing. decr. 18 mei 2018, art. 47, I: 1 september 2019)]
            2. [Onderafdeling 2 Commissie (ing. decr. 18 mei 2018, art. 50, I: 1 september 2019)]
            3. [Onderafdeling 3 Beoordelingskader (ing. decr. 18 mei 2018, art. 52, I: 1 september 2019)]
            4. [Onderafdeling 4 Beoordelingsrapport en besluit (ing. decr. 18 mei 2018, art. 55, I: 1 september 2019)]
          3. [Afdeling 3 Opleidingsaccreditatie op maat van de eigen regie (ing. decr. 18 mei 2018, art. 58, I: 1 september 2019)]
            1. [Onderafdeling 1 Aanvraag (ing. decr. 18 mei 2018, art. 59, I: 1 september 2019)]
            2. [Onderafdeling 2 Commissie (ing. decr. 18 mei 2018, art. 61, I: 1 september 2019)]
            3. [Onderafdeling 3 Beoordelingskader (ing. decr. 18 mei 2018, art. 63, I: 1 september 2019)]
            4. [Onderafdeling 4 Beoordelingsrapport en besluit (ing. decr. 18 mei 2018, art. 66, I: 1 september 2019)]
          4. [Afdeling 4 Opleidingsaccreditatie op basis van een beoordeling door een evaluatieorgaan (ing. decr. 18 mei 2018, art. 68, I: 1 september 2019)]
            1. [Onderafdeling 1 Aanvraag (ing. decr. 18 mei 2018, art. 69, I: 1 september 2019)]
            2. [Onderafdeling 2 Commissie (ing. decr. 18 mei 2018, art. 71, I: 1 september 2019)]
            3. [Onderafdeling 3 Beoordelingskader (ing. decr. 18 mei 2018, art. 73, I: 1 september 2019)]
            4. [Onderafdeling 4 Beoordelingsrapport en besluit (ing. decr. 18 mei 2018, art. 76, I: 1 september 2019)]
        11. Hoofdstuk 10 Samenwerkingsakkoorden en gezamenlijke diplomering
      4. TITEL 4 Organisatie van de opleidingen
        1. Hoofdstuk 1 Toelatingsvoorwaarden
          1. Afdeling 1 Algemeen
          2. Afdeling 2 Algemene en afwijkende toelatingsvoorwaarden
            1. Onderafdeling 1 Opleidingen van het hoger beroepsonderwijs
            2. Onderafdeling 2 Bacheloropleidingen
            3. Onderafdeling 3 Masteropleidingen
            4. Onderafdeling 4 Voorbereiding van een doctoraatsproefschrift
          3. Afdeling 3 Bijzondere toelatingsvoorwaarden
          4. Afdeling 4 Taalvoorwaarden
        2. Hoofdstuk 2 Inschrijving
          1. Afdeling 1 Inschrijving van de student
          2. Afdeling 2 Diploma-, credit- en examencontract
          3. Afdeling 3 Het leerkrediet
          4. Afdeling 4 Studiegeld en bijdrage voor het bekwaamheidsonderzoek
            1. Onderafdeling 1 Studiegeld
            2. Onderafdeling 2 Bijdrage voor het bekwaamheidsonderzoek
        3. Hoofdstuk 3 Onderwijs- en examenreglement
        4. Hoofdstuk 4 Studievoortgang
          1. Afdeling 1 Studievoortgang op grond van examens
            1. Onderafdeling 1 Algemeen
            2. Onderafdeling 2 Creditbewijzen
            3. [Onderafdeling 3 Toekenning van een graad of een diploma (verv. decr. 21 maart 2014, art. 17, I: 1 september 2014)]
          2. Afdeling 2 Studievoortgang op grond van EVC’s en EVK’s
            1. Onderafdeling 1 Bewijzen van bekwaamheid
            2. Onderafdeling 2 Vrijstellingen
            3. Onderafdeling 3 Diplomering
          3. Afdeling 3 Studievoortgangsbewaking
        5. Hoofdstuk 5 Bekrachtiging van de studies
        6. Hoofdstuk 6 Gelijkwaardigheid van buitenlandse diploma’s of getuigschriften
        7. Hoofdstuk 7 Eensluidendverklaring van studiebewijzen
        8. Hoofdstuk 8 Taalregeling
          1. Afdeling 1 Algemene bepaling
          2. [Afdeling 1/1 Onderwijstaal in graduaatsopleidingen (ing. decr. 4 mei 2018, art. 142, I: 1 september 2019)]
          3. Afdeling 2 Onderwijstaal in initiële bachelor- en masteropleidingen
          4. Afdeling 3 Anderstalig aanbod
          5. Afdeling 4 Postinitiële opleidingen
          6. Afdeling 5 Monitoring van het anderstalige aanbod
          7. Afdeling 6 Voorwaarden inzake kwaliteit en democratisering
        9. [Hoofdstuk 9 Evaluatie (ing. decr. 21 maart 2014, art. 27, I: 1 september 2014)]
      5. TITEL 5 Rechtspositie en medezeggenschap van de student
        1. Hoofdstuk 1 Aard van de rechtspositie
        2. Hoofdstuk 2 Algemene rechtsbeginselen
        3. Hoofdstuk 3 Rechtsbescherming bij studievoortgangsbeslissingen
          1. Afdeling 1 Materiële vergissingen
          2. Afdeling 2 Intern beroep.
          3. Afdeling 3 De Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
            1. Onderafdeling 1 Algemeen
            2. Onderafdeling 2 [... (opgeh. decr. 17 maart 2023, art. 3, I: 1 september 2023)]
            3. Onderafdeling 3 Bevoegdheid
            4. Onderafdeling 4 Procedureverloop
              1. Sectie 1 aanhangigmaking
              2. Sectie 2 [... (opgeh. decr. 17 maart 2023, art. 9, I: 1 september 2023)]
              3. Sectie 3 [... (opgeh. decr. 17 maart 2023, art. 9, I: 1 september 2023)]
              4. Sectie 4 [... (opgeh. decr. 17 maart 2023, art. 9, I: 1 september 2023)]
            5. Onderafdeling 5 [... (opgeh. decr. 17 maart 2023, art. 10, I: 1 september 2023)]
            6. Onderafdeling 6 [... (opgeh. decr. 17 maart 2023, art. 10, I: 1 september 2023)]
            7. Onderafdeling 7 [... (opgeh. decr. 17 maart 2023, art. 10, I: 1 september 2023)]
            8. Onderafdeling 8 [... (opgeh. decr. 17 maart 2023, art. 10, I: 1 september 2023)]
        4. Hoofdstuk 4 Studentenraad
          1. Afdeling 1 Oprichting
          2. Afdeling 2 Voorbereidende maatregelen
          3. Afdeling 3 Samenstelling
          4. Afdeling 4 Bevoegdheden en prerogatieven
          5. Afdeling 5 Werking
          6. Afdeling 6 Ondersteuning
        5. Hoofdstuk 5 Studentenvoorzieningen in het hoger onderwijs
          1. Afdeling 1 Algemene bepalingen
          2. Afdeling 2 Toegang tot studentenvoorzieningen
          3. Afdeling 3 Bestuur en beheer
          4. Afdeling 4 Werking
          5. Afdeling 5 Studentenmobiliteit
        6. Hoofdstuk 6 Algemene bespreking van onderwijsaangelegenheden
        7. Hoofdstuk 7 Evaluatie
        8. [Hoofdstuk 8 Stage en werkplekleren (ing. decr. 17 juni 2016, art. VII.18, I: 1 september 2016)]
      6. TITEL 6 Grensoverschrijdend gedrag
      7. TITEL 7 Bestuursstructuur van de hogescholen
        1. Hoofdstuk 1 De gesubsidieerde hogescholen
          1. Afdeling 1 Algemene bepalingen
          2. Afdeling 2 De medezeggenschapsorganen
            1. Onderafdeling 1 De academische raad
            2. Onderafdeling 2 De departementale raad
        2. Hoofdstuk 2 School of arts
        3. Hoofdstuk 3 Overkoepelende samenwerking
      8. TITEL 8 Overgangsbepalingen
        1. Hoofdstuk 1 Overgangsrecht voor het verlenen van de graad van bachelor en master
        2. Hoofdstuk 2 Regularisatie van sommige diploma’s en graden
        3. Hoofdstuk 3 Overgangsregelingen met betrekking tot de accreditatie
          1. Afdeling 1[... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 78, I: 1 september 2019)]
          2. Afdeling 2 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 79, I: 1 september 2019)]
          3. Afdeling 3 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 80, I: 1 september 2019)]
          4. Afdeling 4 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 81, I: 1 september 2019)]
          5. Afdeling 5 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 82, I: 1 september 2019)]
          6. [Afdeling 6 Overgangsregeling naar aanleiding van de invoering van het nieuwe kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs (verv. decr. 18 mei 2018, art. 83, I: 1 september 2019)]
        4. Hoofdstuk 4 Overgangsregeling met betrekking tot de [taalregeling (verv. Decr. 19 juni 2015, art. IV.58, I: 1 september 2015)]
        5. Hoofdstuk 5 Overgangsregeling met betrekking tot het studiegeld
        6. Hoofdstuk 6 Overgangsregeling met betrekking tot de studentenraad
        7. Hoofdstuk 7 Overgangsregeling met betrekking tot de stuvoraad
        8. [Hoofdstuk 8 Overgangsbepalingen met betrekking tot de eerste ronde instellingsreview (2015-2016 en 2016-2017) (ing. decr. 19 juni 2015, art. 11, I: 16 december 2014)]
        9. [Hoofdstuk 9 Overgangsbepalingen voor de inbedding van de graduaatsopleidingen in de hogescholen (ing. decr. 4 mei 2018, art. 152, I: 1 september 2019)]
        10. [Hoofdstuk 10 Overgangsbepalingen voor de versterking van de lerarenopleidingen aan de hogescholen en de universiteiten (ing. decr. 4 mei 2018, art. 159, I: 1 september 2019)]
    3. DEEL 3 FINANCIERING
      1. TITEL 1 Financiering van de werking van de hogescholen en universiteiten
        1. Hoofdstuk 1 Werkingsuitkeringen
          1. Afdeling 1 Algemene bepalingen
          2. Afdeling 2 De financieringsvoorwaarden
          3. Afdeling 3 Het financieringsmechanisme
            1. Onderafdeling 1 De samenstelling van de enveloppe
            2. Onderafdeling 2 De onderwijssokkel
            3. Onderafdeling 3 Het variabel onderwijsdeel
            4. Onderafdeling 4 De onderzoekssokkel
            5. Onderafdeling 5 Het variabel onderzoeksdeel
          4. Afdeling 4 De berekening van de werkingsuitkering
            1. Onderafdeling 1 De jaarlijkse berekening van de werkingsuitkering
            2. Onderafdeling 2 Herstructurering van het opleidingenaanbod
        2. Hoofdstuk 2 Aanvullende middelen
          1. [Afdeling 1 Financiering van de lerarenopleidingen (verv. decr. 4 mei 2018, art. 170, I: 1 september 2019)]
          2. Afdeling 2 Aanvullende uitkeringen
          3. Afdeling 3 Praktijkgericht wetenschappelijk onderzoek
          4. Afdeling 4 Financiering van de investeringen van de hogescholen
          5. Afdeling 5 Financiering van de investeringen van de universiteiten
          6. Afdeling 6 Financiering van het hoger beroepsonderwijs
          7. Afdeling 7 Terbeschikkingstelling wegens persoonlijke aangelegenheden voorafgaand aan het rustpensioen
          8. Afdeling 8 Wettelijke en conventionele werkgeversbijdragen universiteiten
          9. Afdeling 9 Aanmoedigingsfonds voor beleidsspeerpunten
          10. Afdeling 10 Rationalisatie van het opleidingenaanbod
          11. Afdeling 11 Vlaams Academisch Bibliografisch Bestand “Sociale en Humane Wetenschappen”
          12. Afdeling 12 Regeling sociaal passief na integratie
      2. TITEL 2 Bijkomende financiering van universiteiten, hogescholen en associaties
        1. Hoofdstuk 1 Financiering van de studentenvoorzieningen
        2. Hoofdstuk 2 Studiecentra Open Hoger Onderwijs
        3. Hoofdstuk 3 Bijzondere Universitaire Instituten
        4. Hoofdstuk 4 Universitaire steunpunten
        5. Hoofdstuk 5 Toelage associaties
        6. Hoofdstuk 6 Expertisecentrum Onderzoek en Ontwikkelingsmonitoring
        7. Hoofdstuk 7 Vormingsfonds
        8. Hoofdstuk 8 Andere
        9. [Hoofdstuk 9 Steunpunt Inclusief Hoger Onderwijs (SIHO) (ing. decr. 25 april 2014, art. VI.28, I: 1 juli 2014)]
        10. [Hoofdstuk 10. Onderwijskundig beleidsen praktijkgericht wetenschappelijk onderzoek (ing. Decr. 9 juli 2021, art. 220, I: 1 september 2021)]
      3. TITEL 3 Financiering van andere instellingen van hoger onderwijs en onderzoek
        1. Hoofdstuk 1 Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek-Vlaanderen
        2. Hoofdstuk 2 Herculesfinanciering
          1. Afdeling 1 Definities
          2. Afdeling 2 Oprichting
          3. Afdeling 3 Subsidiëring (middel)zware onderzoeksinfrastructuur
          4. Afdeling 4 Ondersteuning bijzondere onderzoeksinfrastructuur
          5. Afdeling 5 Toezicht
          6. Afdeling 6 Nadere regelen voor de subsidiëring van (middel)zware onderzoeksinfrastructuur
          7. Afdeling 7 Nadere regelen voor de ondersteuning van bijzondere onderzoeksinfrastructuur
        3. [Hoofdstuk 3 Evangelische Theologische Faculteit en Faculteit voor Protestantse Theologie en Religiestudies (verv. decr. 1 maart 2019, art. 41, I: 1 september 2018)]
        4. Hoofdstuk 4 Stichtingen van openbaar nut voor postinitieel onderwijs
        5. Hoofdstuk 5 Hogere instituten en andere instellingen voor Schone Kunsten
      4. TITEL 4 Evaluatie
      5. TITEL 5 Overgangsbepalingen
    4. DEEL 4 BEHEER EN VERANTWOORDING
      1. TITEL 1 Beheer
        1. Hoofdstuk 1 Beheer van de goederen van de universiteiten
        2. Hoofdstuk 2 Beheer van de goederen van de hogescholen
        3. Hoofdstuk 3 Vaststelling van de begroting en de personeelsformatie van de universiteiten
        4. Hoofdstuk 4 Vaststelling van de begroting en de personeelsformatie van de hogescholen
        5. Hoofdstuk 5 Boekhouding van de universiteiten
        6. Hoofdstuk 6 Boekhouding van de hogescholen
        7. Hoofdstuk 7 Beleidsplan, meerjarenbegroting en jaarbegroting studentenvoorzieningen
        8. Hoofdstuk 8 Vermogensrechten op vindingen
        9. Hoofdstuk 9 Overgangsbepalingen betreffende investeringen aan hogescholen
        10. Hoofdstuk 10 Overgangsbepalingen betreffende de studentenvoorzieningen
      2. TITEL 2 Deelname in rechtspersonen en dienstverlening
        1. Hoofdstuk 1 Algemeen
        2. Hoofdstuk 2 Deelname in spin-off bedrijven
        3. Hoofdstuk 3 Deelname in spin-offondersteunende bedrijven
        4. Hoofdstuk 4 Wetenschappelijke of maatschappelijke dienstverlening door de universiteiten of de hogescholen
        5. Hoofdstuk 5 Steunpunten voor beleidsrelevant onderzoek
      3. TITEL 3 Verantwoording
        1. Hoofdstuk 1 Aanleveren van gegevens, jaarrekening en jaarverslag
          1. Afdeling 1 Associaties
          2. Afdeling 2 Universiteiten en hogescholen
        2. Hoofdstuk 2 Databank Hoger Onderwijs
      4. [TITEL 4 Toezicht Hoger Onderwijs (verv. decr. 1 maart 2019, art. 49, I: 1 september 2019)]
        1. [Hoofdstuk 1 Toezicht op de hogescholen en de universiteiten (verv. decr. 1 maart 2019, art. 50, I: 1 september 2019)]
          1. [Afdeling 1. De commissarissen van de Vlaamse Regering (ing. decr. 1 maart 2019, art. 51, I: 1 september 2019)]
          2. [Afdeling 2. De toezichtstaken (ing. decr. 1 maart 2019, art. 53, I: 1 september 2019)]
          3. [Afdeling 3. Het beroep en het financieringsplan (ing. decr. 1 maart 2019, art. 55, I: 1 september 2019)]
        2. [Hoofdstuk 2 Toezicht op andere instellingen (ing. decr. 1 maart 2019, art. 60, I: 1 september 2019)]
        3. [Hoofdstuk 2/1 Meldpunt klokkenluiders (ing. decr. 23 juni 2023, art. 21, I: 11 augustus 2023)]
        4. [Hoofdstuk 3 Het college van commissarissen (ing. decr. 1 maart 2019, art. 63, I: 1 september 2019)]
        5. [Hoofdstuk 4 Overgangsbepalingen (ing. decr. 1 maart 2019, art. 68, I: 1 september 2019)]
    5. DEEL 5 RECHTSPOSITIEREGELING VAN HET PERSONEEL
      1. TITEL 1 Personeel van de universiteiten
        1. Hoofdstuk 1 Het academisch personeel
          1. Afdeling 1 Toepassingsgebied en algemene bepaling
          2. Afdeling 2 Samenstelling en opdrachten van het academisch personeel
          3. Afdeling 3 Benoeming en aanstelling van het academisch personeel
          4. Afdeling 4 Salarisschalen, vergoedingen en toelagen
          5. Afdeling 5 Evaluatie
        2. Hoofdstuk 2 Het administratief en technisch personeel
          1. Afdeling 1 Toepassingsgebied
          2. Afdeling 2 Loopbaankader
          3. Afdeling 3 Toewijzing van betrekkingen en definitieve ambtsneerlegging
          4. Afdeling 4 Bezoldigingen
          5. Afdeling 5 Evaluatie
          6. Afdeling 6 Tuchtregeling, administratieve standen, verlofregeling en ambtsneerlegging
        3. Hoofdstuk 3 De integratie van het hogescholenpersoneel dat verbonden is aan één of meerdere academische hogeschoolopleidingen in de universiteiten
          1. Afdeling 1 Personeelsleden in het integratiekader
          2. Afdeling 2 Rangschikking in het kader van het academisch personeel of van het administratief en technisch personeel
          3. Afdeling 3 Contractuele personeelsleden verbonden aan de academische hogeschoolopleidingen
        4. [Hoofdstuk 4 Overname personeel volwassenenonderwijs (ing. decr. 4 mei 2018, art. 180, I: 1 september 2019)]
      2. TITEL 2 Personeel van de hogescholen
        1. Hoofdstuk 1 Gemeenschappelijke bepalingen
          1. Afdeling 1 Definities
          2. Afdeling 2 Administratieve standen
            1. Onderafdeling 1 Algemene bepalingen
            2. Onderafdeling 2 Dienstactiviteit
            3. Onderafdeling 3 Non-activiteit
            4. Onderafdeling 4 Terbeschikkingstelling
          3. Afdeling 3 Evaluatie
          4. Afdeling 4 Tucht
          5. Afdeling 5 Toegang tot de ambten
          6. Afdeling 6 Einde aanstelling en definitieve ambtsneerlegging
          7. [Afdeling 7 Politiek verlof (ing. decr. 15 juni 2018, art. 102, I: 1 september 2018)]
          8. Afdeling 8. Flexibele werkregelingen
        2. Hoofdstuk 2 Onderwijzend personeel
          1. Afdeling 1 Algemene bepalingen
          2. Afdeling 2 Samenstelling, taakomschrijving en opdracht
          3. Afdeling 3 Werving, bevordering en ambtswijziging
          4. Afdeling 4 Toegang tot de ambten
          5. Afdeling 5 Bezoldigingsregeling
          6. [Afdeling 6 Cumulatie (verv. decr. 15 juni 2018, art. 109, I: 1 september 2018)]
          7. [Afdeling 7 Onverenigbaarheden (ing. decr. 15 juni 2018, art. 114, I: 1 september 2018)]
        3. Hoofdstuk 3 Administratief en technisch personeel
          1. Afdeling 1 Toepassingsgebied
          2. Afdeling 2 Loopbaanstructuur
          3. Afdeling 3 Bezoldigingsregeling
          4. Afdeling 4 Toewijzing van betrekkingen
          5. Afdeling 5 Anciënniteiten
          6. Afdeling 6 Cumulatieregeling
          7. Afdeling 7 [... (opgeh. decr. 15 juni 2018, art. 116, I: 1 september 2018)]
        4. Hoofdstuk 4 Overname personeel
          1. Afdeling 1 Fusie hogescholen
          2. Afdeling 2 Personeel volwassenenonderwijs
            1. [Onderafdeling 1 Omvorming tot professionele bachelor (ing. decr. 4 mei 2019, art. 187, I: 1 september 2019)]
            2. [Onderafdeling 2 Overname hbo5 of SLO (ing. decr. 4 mei 2019, art. 188, I: 1 september 2019)]
        5. Hoofdstuk 5 Personeel dat verbonden is aan de academische opleidingen die met ingang van het academiejaar 2013-2014 geïntegreerd worden in de universiteiten
          1. Afdeling 1 Toepassingsgebied
          2. Afdeling 2 Integratiekader
          3. Afdeling 3 Personeelsleden die niet eenduidig kunnen toegewezen worden aan een opleiding
      3. TITEL 3 Elders uitoefenen van een opdracht
      4. [TITEL 3/1. Bescherming van klokkenluiders (ing. decr. 23 juni 2023, art. 25, I: 11 augustus 2023)]
        1. [Hoofdstuk 1 Definities (ing. decr. 23 juni 2023, art. 26, I: 11 augustus 2023)]
        2. [Hoofdstuk 2 Materieel toepassingsgebied (ing. decr. 23 juni 2023, art. 28, I: 11 augustus 2023)]
        3. [Hoofdstuk 3 Meldkanalen (ing. decr. 23 juni 2023, art. 32, I: 11 augustus 2023)]
        4. [Hoofdstuk 4 Gemeenschappelijke bepalingen voor interne en externe meldingen (ing. decr. 23 juni 2023, art. 37, I: 11 augustus 2023)]
        5. [Hoofdstuk 5 Verwerking van gegevens (ing. decr. 23 juni 2023, art. 41, I: 11 augustus 2023)]
        6. [Hoofdstuk 6 Informatie over ontvangst en opvolging van meldingen (ing. decr. 23 juni 2023, art. 45, I: 11 augustus 2023)]
        7. [Hoofdstuk 7 Beschermingsmaatregelen (ing. decr. 23 juni 2023, art. 47, I: 11 augustus 2023)]
      5. TITEL 4 Medezeggenschap
        1. Hoofdstuk 1 Vlaams Onderhandelingscomité voor het hoger onderwijs [en het Universitair Ziekenhuis Gent (ing. Decr. 3 februari 2017, art. 16, I: 1 januari 2018)]
          1. Afdeling 1 Definities
          2. Afdeling 2 Oprichting en samenstelling
          3. Afdeling 3 Bevoegdheid
          4. Afdeling 4 Werking
        2. Hoofdstuk 2 Medezeggenschap binnen universiteiten
        3. Hoofdstuk 3 Medezeggenschap binnen de gesubsidieerde hogescholen
          1. Afdeling 1 Onderhandelingscomités
          2. Afdeling 2 Deelname aan lokale inspraakorganen en andere vergaderingen
        4. Hoofdstuk 4 Medezeggenschap binnen associaties
        5. Hoofdstuk 5 Begeleiding en ondersteuning
      6. TITEL 5 Overgangsbepalingen
        1. Hoofdstuk 1 Overgangsbepalingen voor het personeel van de universiteiten
        2. Hoofdstuk 2 Overgangsbepalingen voor het personeel van de hogescholen
          1. Afdeling 1 Algemeen
          2. Afdeling 2 Onderwijzend personeel
          3. Afdeling 3 Administratief en technisch personeel
          4. Afdeling 4 Andere overgangsbepalingen
        3. Hoofdstuk 3 Overgangsbepalingen met betrekking tot de integratie
        4. Hoofdstuk 4 Personeelsformatie administratief en technisch personeel universiteiten
        5. Hoofdstuk 5 Praktijkassistenten hogescholen
    6. DEEL 6 SLOTBEPALINGEN
    7. BIJLAGE 1 Parameters voor de berekening van het variabel onderwijsdeel van de instellingen hoger onderwijs voor de hiernavolgende begrotingsjaren
  2. Bijlagen bij de codificatie van de decretale bepalingen betreffende het hoger onderwijs

Relaties

Relaties naar documenten

Type Datum Opschrift Datum BS Pagina BS
Bekrachtigd bij 20/12/2013 Decreet tot bekrachtiging van de decretale bepalingen betreffende het hoger onderwijs, gecodificeerd op 11 oktober 2013 27/02/2014 15976
Gewijzigd bij 20/12/2013 Besluit van de Vlaamse Regering tot aanpassing van de lijst van hogescholen ten gevolge van de fusie van de hogescholen Thomas More Antwerpen en Thomas More Mechelen tot de hogeschool Thomas More Mechelen-Antwerpen 05/03/2014 18461
Gewijzigd bij 20/12/2013 Besluit van de Vlaamse Regering tot aanpassing van de lijst van hogescholen ten gevolge van de fusie van de hogescholen HUB-EHSAL en de Katholieke Hogeschool Sint-Lieven tot de hogeschool HUB-KAHO 17/03/2014 21937
Gewijzigd bij 20/12/2013 Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2014 31/12/2013 103775
Gewijzigd bij 21/03/2014 Decreet tot aanpassing van enkele hogeronderwijsbepalingen die de organisatie en controle van het onderwijs faciliteren en de plan- en implementatielasten verminderen 15/05/2014 39489
Gewijzigd bij 25/04/2014 Decreet tot wijziging van diverse bepalingen van het decreet van 30 april 2009 betreffende de organisatie en financiering van het wetenschaps- en innovatiebeleid en tot opheffing van diverse andere bepalingen 29/08/2014 64873
Gewijzigd bij 25/04/2014 Decreet betreffende het onderwijs XXIV 25/09/2014 76414
Gewijzigd bij 05/09/2014 Besluit van de Vlaamse Regering tot officiële naamswijziging van de HUB-KAHO 28/10/2014 82852
Gewijzigd bij 19/12/2014 Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2015 30/12/2014 106646
Gewijzigd bij 19/12/2014 Besluit van de Vlaamse Regering tot officiële naamswijziging van de Katholieke Hogeschool Leuven en de Katholieke Hogeschool Limburg 23/01/2015 6131
Gewijzigd bij 19/12/2014 Decreet houdende diverse bepalingen onderwijs 27/01/2015 7168
Gewijzigd bij 16/01/2015 Besluit van de Vlaamse Regering tot officiële naamswijziging van de Groep T Internationale Hogeschool Leuven 12/02/2015 12090
Gewijzigd bij 22/05/2015 Besluit van de Vlaamse Regering tot overdracht van de onderwijsbevoegdheid van de Katholieke Universiteit Leuven van de vestiging Oostende naar de vestiging Brugge 23/06/2015 36392
Gewijzigd bij 19/06/2015 Decreet houdende wijziging van de Codex Hoger Onderwijs met betrekking tot het stelsel van kwaliteitszorg en accreditatie in het hoger onderwijs 17/07/2015 46466
Gewijzigd bij 19/06/2015 Decreet betreffende het onderwijs XXV 21/08/2015 54349
Gewijzigd bij 03/07/2015 Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 2015 15/07/2015 46058
Gewijzigd bij 18/12/2015 Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2016 29/12/2015 79981
Gewijzigd bij 18/12/2015 Besluit van de Vlaamse Regering inzake de ontbinding zonder vereffening van het Agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie en tot regeling van de overdracht van zijn activiteiten aan het Agentschap Innoveren en Ondernemen 31/12/2015 81648
Gewijzigd bij 17/06/2016 Decreet betreffende het onderwijs XXVI 10/08/2016 48367
Gewijzigd bij 08/07/2016 Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 2016 22/08/2016 52734
Gewijzigd bij 09/09/2016 Besluit van de Vlaamse Regering betreffende het wijzigen van de lijst van onderwijsvakken voor de opleiding bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs 27/09/2016 67320
Gewijzigd bij 25/11/2016 Decreet tot bekrachtiging van het reglement tot bepaling van de bestuursbeginselen die van toepassing zijn bij de besluitvorming door de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie inzake het hoger onderwijs in de Vlaamse Gemeenschap en houdende andere bepalingen inzake kwaliteitszorg en accreditatie in het hoger onderwijs 27/01/2017 13735
Gewijzigd bij 23/12/2016 Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2017 29/12/2016 91053
Gewijzigd bij 23/12/2016 Decreet tot wijziging van regelgeving over de taalexamenregeling van het personeel, de studiegebieden en de programmatieprocedure voor het secundair volwassenenonderwijs, de programmatie van opleidingen van het hoger beroepsonderwijs, een benoemingsstop voor het hoger beroepsonderwijs en de specifieke lerarenopleiding in de centra voor volwassenenonderwijs en bepaalde aspecten van alternerende opleidingen 13/02/2017 20127
Gewijzigd bij 03/02/2017 Decreet betreffende de re-integratie van het Universitair Ziekenhuis Gent in de Universiteit Gent 27/02/2017 30519
Gewijzigd bij 24/02/2017 Decreet betreffende onteigening voor het algemeen nut (citeeropschrift: "het Vlaams Onteigeningsdecreet van 24 februari 2017") 25/04/2017 53296
Gewijzigd bij 16/06/2017 Decreet betreffende het onderwijs XXVII 18/08/2017 80412
Gewijzigd bij 30/06/2017 Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 2017 03/07/2017 69572
Gewijzigd bij 08/12/2017 Decreet houdende wijziging van het decreet van 30 april 2009 betreffende het secundair na secundair onderwijs en het hoger beroepsonderwijs en de Codex Hoger Onderwijs van 11 oktober 2013, wat betreft het hoger onderwijs 08/02/2018 9516
Gewijzigd bij 22/12/2017 Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2018 29/12/2017 116624
Gewijzigd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 16/07/2018 56726
Gewijzigd bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 03/08/2018 61122
Gewijzigd bij 15/06/2018 Decreet betreffende het onderwijs XXVIII 17/08/2018 65081
Gewijzigd bij 06/07/2018 Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 2018 30/08/2018 67197
Gewijzigd bij 07/12/2018 Decreet Bestuursdecreet 19/12/2018 100723
Gewijzigd bij 21/12/2018 Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2019 28/12/2018 105552
Gewijzigd bij 21/12/2018 Decreet houdende wijziging van regelgeving betreffende politiek verlof voor onderwijspersoneel 31/12/2018 106723
Gewijzigd bij 01/03/2019 Decreet tot wijziging van de regelgeving betreffende het toezicht op en bepaalde organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 28/03/2019 31522
Gewijzigd bij 22/03/2019 Decreet houdende tijdelijke maatregelen als het Verenigd Koninkrijk zich zonder akkoord uit de Europese Unie terugtrekt 12/04/2019 37516
Gewijzigd bij 05/04/2019 Decreet betreffende het Onderwijs XXIX 24/06/2019 65014
Gewijzigd bij 13/12/2019 Decreet programmadecreet bij de aanpassing van de begroting 2019 09/01/2020 327
Gewijzigd bij 20/12/2019 Decreet programmadecreet bij de begroting 2020 30/12/2019 119067
Gewijzigd bij 26/06/2020 Decreet Programmadecreet bij de aanpassing van de begroting 2020 17/07/2020 54226
Gewijzigd bij 03/07/2020 Decreet over het onderwijs XXX 24/08/2020 63533
Gewijzigd bij 18/12/2020 Decreet Programmadecreet bij de begroting 2021 30/12/2020 97680
Gewijzigd bij 21/05/2021 Decreet tot het invoeren van uitdovende maatregelen voor studenten van de opleidingen van het hoger beroepsonderwijs aan de Karel de Grote Hogeschool, Katholieke Hogeschool Antwerpen 11/06/2021 61535
Gewijzigd bij 09/07/2021 Decreet Programmadecreet bij de aanpassing van de begroting 2021 20/08/2021 90224
Gewijzigd bij 09/07/2021 Decreet over het onderwijs XXXI 26/08/2021 91328
Gewijzigd bij 23/12/2021 Decreet Programmadecreet bij de begroting 2022 29/12/2021 126000
Gewijzigd bij 25/02/2022 Decreet tot uitvoering van maatregelen over het onderwijs uit cao XII Leerplicht, cao V Basiseducatie en cao VI Hoger onderwijs vanaf het school- of academiejaar 2021-2022 25/05/2022 44847
Gewijzigd bij 22/04/2022 Decreet tot het nemen van dringende maatregelen in het onderwijs naar aanleiding van de Oekraïnecrisis, tot wijziging van het decreet van 8 juni 2007 betreffende de studiefinanciering van de Vlaamse Gemeenschap en tot wijziging van de Codex Hoger Onderwijs van 11 oktober 2013 voor leerlingen en studenten die ressorteren onder richtlijn 2001/55/EG van de Raad van 20 juli 2001 betreffende minimumnormen voor het verlenen van tijdelijke bescherming in geval van massale toestroom van ontheemden en maatregelen ter bevordering van een evenwicht tussen de inspanning van de lidstaten voor de opvang en het dragen van de consequenties van de opvang van deze personen 23/05/2022 44417
Gewijzigd bij 08/07/2022 Decreet Programmadecreet bij de aanpassing van de begroting 2022 02/08/2022 60477
Gewijzigd bij 08/07/2022 Decreet over het onderwijs XXXII 23/08/2022 63330
Gewijzigd bij 08/07/2022 Decreet over diverse maatregelen voor het onderwijs 23/08/2022 63307
Gewijzigd bij 15/07/2022 Decreet over de instroom en het optimaliseren van de studie-efficiëntie in het hoger onderwijs en overige organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 24/08/2022 63467
Gewijzigd bij 16/12/2022 Decreet Programmadecreet bij de begroting 2023 29/12/2022 102610
Gewijzigd bij 17/03/2023 Decreet tot wijziging van de Codex Hoger Onderwijs van 11 oktober 2013 en het decreet van 4 april 2014 betreffende de organisatie en de rechtspleging van sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges, wat betreft de Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen en de rechtspositieregeling van de bestuursrechters 14/04/2023 39184
Gewijzigd bij 23/06/2023 Decreet tot bescherming van klokkenluiders in het onderwijs in de Vlaamse Gemeenschap 10/08/2023 66739
Gewijzigd bij 30/06/2023 Decreet Programmadecreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begrotingsaanpassing 2023 29/08/2023 70628
Gewijzigd bij 07/07/2023 Decreet over het onderwijs XXXIII 28/08/2023 69846
Gewijzigd bij 14/07/2023 Decreet tot wijziging van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codex Hoger Onderwijs van 11 oktober 2013, wat de opleiding Basisverpleegkunde betreft 28/08/2023 70098
Gewijzigd bij 14/07/2023 Decreet tot uitvoering van maatregelen over het lerarenambt 24/08/2023 69250
Gewijzigd bij 23/11/2023 Decreet tot opheffing van meerdere onderwijsbepalingen 20/12/2023 120112
Gewijzigd bij 08/12/2023 Decreet over grensoverschrijdend gedrag in het hoger onderwijs 08/01/2024 3169
Gewijzigd bij 22/12/2023 Decreet programmadecreet bij de begroting 2024 29/12/2023 124783
Gewijzigd bij 22/03/2024 Decreet tot actualisering en opheffing van bepalingen uit de Codex Hoger Onderwijs 23/04/2024 45313
Gewijzigd bij 19/04/2024 Decreet over het onderwijs XXXIV 28/06/2024 79141
Zie ook 11/10/2013 Besluit van de Vlaamse Regering tot codificatie van de decretale bepalingen betreffende het hoger onderwijs 27/02/2014 15979
Zie ook 04/04/2014 Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de professioneel gerichte « bacheloropleiding bachelor in Idea & Innovation Management » als nieuwe opleiding van de Erasmushogeschool Brussel 12/06/2014 44696
Zie ook 20/06/2014 Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de professioneel gerichte bacheloropleiding bachelor in de digital arts en entertainment als nieuwe opleiding van de Hogeschool West-Vlaanderen 30/09/2014 77304
Zie ook 05/09/2014 Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de professioneel gerichte bacheloropleiding bachelor in de ecotechnologie als nieuwe opleiding van de Katholieke Hogeschool Vives Zuid 29/10/2014 83019
Zie ook 05/09/2014 Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de professioneel gerichte bacheloropleiding bachelor in de toegepaste gezondheidswetenschappen als nieuwe opleiding van de Hogeschool West-Vlaanderen 29/10/2014 83020
Zie ook 24/10/2014 Besluit van de Vlaamse Regering tot vastlegging van de lijst van de bachelor en masteropleidingen die per instelling worden aangeboden in het hoger onderwijs in Vlaanderen 08/12/2014 100152
Zie ook 21/11/2014 Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de Bachelor in International and European Law als nieuwe opleiding van het Vesalius College 17/12/2014 101750
Zie ook 12/12/2014 Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de vorm van het hogeronderwijsdiploma en de inhoud van het bijbehorend diplomasupplement 03/02/2015 8734
Zie ook 03/04/2015 Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de masteropleiding Master of Fire Safety Engineering als nieuwe opleiding van de Universiteit Gent 02/06/2015 31204
Zie ook 03/04/2015 Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de bachelor-na-bacheloropleiding bachelor in de bio-informatica als nieuwe opleiding van de Hogeschool West-Vlaanderen 02/06/2015 31205
Zie ook 03/04/2015 Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de bachelor-na-bacheloropleiding bachelor in de eerstelijnszorg als nieuwe opleiding van de UC Leuven en de UC Limburg 02/06/2015 31206
Zie ook 03/04/2015 Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de professioneel gerichte bacheloropleiding bachelor in sport en bewegen als nieuwe opleiding van Thomas More Kempen 02/06/2015 31207
Zie ook 03/04/2015 Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de academisch gerichte bacheloropleiding bachelor in de handelswetenschappen als nieuwe opleiding van de Universiteit Hasselt 02/06/2015 31208
Zie ook 03/04/2015 Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de academisch gerichte bacheloropleiding Bachelor of Social Sciences als nieuwe opleiding van de Universiteit Gent en de Vrije Universiteit Brussel 02/06/2015 31209
Zie ook 03/04/2015 Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de professioneel gerichte bacheloropleiding bachelor in de zorgtechnologie als nieuwe opleiding van de Katholieke Hogeschool Vives Zuid 12/06/2015 34276
Zie ook 08/05/2015 Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de professioneel gerichte bacheloropleiding bachelor in media en entertainment business als nieuwe opleiding van Thomas More Mechelen-Antwerpen 02/06/2015 31212
Zie ook 29/05/2015 Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de professioneel gerichte bacheloropleiding bachelor in wellbeing- en vitaliteitsmanagement als nieuwe opleiding van de Katholieke Hogeschool Vives Zuid 01/07/2015 38037
Zie ook 17/07/2015 Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de professioneel gerichte bacheloropleiding bachelor in de mondzorg als nieuwe opleiding van de UC Leuven 17/08/2015 52905
Zie ook 17/07/2015 Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de professioneel gerichte bacheloropleiding bachelor in de mondzorg als nieuwe opleiding van de Arteveldehogeschool 17/08/2015 52906
Zie ook 09/10/2015 Besluit van de Vlaamse Regering betreffende controle en single audit die van toepassing is op de universiteiten, hogescholen en een aantal andere ambtshalve geregistreerde instellingen voor hoger onderwijs in de Vlaamse Gemeenschap 12/11/2015 68334
Zie ook 22/04/2016 Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de organisatie van een Research Master of Philosophy door de Katholieke Universiteit Leuven en de gezamenlijke organisatie van een Research Master of Philosophy door de Universiteit Antwerpen, de Universiteit Gent en de Vrije Universiteit Brussel 19/05/2016 32241
Zie ook 04/05/2016 Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de lijst van de bachelor- en masteropleidingen en afstudeerrichtingen binnen een masteropleiding met een bijkomende titel 21/06/2016 37409
Zie ook 25/11/2016 Decreet tot bekrachtiging van het reglement tot bepaling van de bestuursbeginselen die van toepassing zijn bij de besluitvorming door de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie inzake het hoger onderwijs in de Vlaamse Gemeenschap en houdende andere bepalingen inzake kwaliteitszorg en accreditatie in het hoger onderwijs 27/01/2017 13735
Zie ook 09/11/2018 Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de goedkeuring van het beoordelingskader opleidingsaccreditatie 20/12/2018 101371
Zie ook 05/04/2019 Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de educatieve master in de economie, de educatieve master in de lichamelijke opvoeding en de educatieve master in de gedragswetenschappen als nieuwe opleidingen van de Vrije Universiteit Brussel 13/06/2019 61005
Zie ook 07/06/2019 Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de educatieve master in de maatschappijwetenschappen, de educatieve master in de economie, de educatieve master in de cultuurwetenschappen, de educatieve master in de talen, de educatieve master in de wetenschappen en technologie, de educatieve master in de gezondheidswetenschappen, de educatieve master in de gedragswetenschappen en de educatieve master in de lichamelijke opvoeding als nieuwe opleidingen van de Universiteit Gent 29/08/2019 83112
Zie ook 07/06/2019 Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de educatieve master in de godsdienst, de educatieve master in de economie, de educatieve master in de talen, de educatieve master in de wetenschappen en technologie en de educatieve master in de ontwerpwetenschappen als nieuwe opleidingen van de Katholieke Universiteit Leuven 29/08/2019 83117
Zie ook 19/07/2019 Besluit van de Vlaamse Regering tot vastlegging van de lijst van de opleidingen van het hoger beroepsonderwijs die per instelling worden aangeboden in het hoger onderwijs in Vlaanderen in het academiejaar 2019-2020 21/08/2019 80244
Zie ook 29/05/2020 Decreet tot het nemen van dringende tijdelijke maatregelen in het onderwijs naar aanleiding van de coronacrisis (II) 02/06/2020 38686
Zie ook 30/10/2020 Decreet tot het nemen van dringende tijdelijke maatregelen in het onderwijs naar aanleiding van de coronacrisis (IV) 10/11/2020 79757
Zie ook 18/12/2020 Besluit van de Vlaamse Regering over de mobiliteitsbeurs voor studenten die een periode in het buitenland doorbrengen in het kader van hun opleiding 04/02/2021 8373
Zie ook 12/02/2021 Decreet tot het nemen van dringende tijdelijke maatregelen in het onderwijs naar aanleiding van de coronacrisis (VI) 17/02/2021 15211
Wijzigt 18/05/1999 Decreet betreffende sommige instellingen van openbaar nut voor postinitieel onderwijs, wetenschappelijk onderzoek en wetenschappelijke dienstverlening 31/08/1999 32057
Wijzigt 30/04/2004 Decreet betreffende de flexibilisering van het hoger onderwijs in Vlaanderen en houdende dringende hogeronderwijsmaatregelen 12/10/2004 71039

Inhoud

Codificatie van de decretale bepalingen betreffende het hoger onderwijs (... - ...)

DEEL 1 GEMEENSCHAPPELIJKE BEPALINGEN (... - ...)

TITEL 1 Algemeen (... - ...)

Artikel I.1. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 19/03/2004 Decreet betreffende de rechtspositieregeling van de student, de [medezeggenschap] in het hoger onderwijs, de integratie van bepaalde afdelingen van het hoger onderwijs voor sociale promotie in de hogescholen en de begeleiding van de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen I.1.

Commentaar

Aanvullingsdecreet, artikel I.1.
De woorden "Dit decreet" zijn vervangen door de woorden "Deze codificatie" en de woorden "De bepalingen van artikel V.2" zijn vervangen door de woorden "De bepalingen in deel 2, titel 2, hoofdstuk 1 en 2"

Inhoud

Deze codificatie regelt een gemeenschapsaangelegenheid. De bepalingen in deel 2, titel 2, hoofdstuk 1 en 2 regelen tevens een gewestaangelegenheid.

TITEL 2 Toepassingsgebied en begrippenkader (... - ...)

Artikel I.2. (01/09/2024- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 19/06/2015 Decreet betreffende het onderwijs XXV IV.38.
Gewijzigd bij 08/07/2022 Decreet over het onderwijs XXXII 48.
Gewijzigd bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 3.
Gewijzigd bij 03/07/2020 Decreet over het onderwijs XXX 122.
Gewijzigd bij 19/04/2024 Decreet over het onderwijs XXXIV 128.
Zie ook 14/03/2008 Decreet betreffende de financiering van de werking van de hogescholen en de universiteiten in Vlaanderen 3.
Zie ook 13/07/1994 Decreet betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap 346ter.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 2.
Zie ook 19/03/2004 Decreet betreffende de rechtspositieregeling van de student, de [medezeggenschap] in het hoger onderwijs, de integratie van bepaalde afdelingen van het hoger onderwijs voor sociale promotie in de hogescholen en de begeleiding van de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen II.2.
Zie ook 30/04/2004 Decreet betreffende de flexibilisering van het hoger onderwijs in Vlaanderen en houdende dringende hogeronderwijsmaatregelen 3.
Zie ook 18/05/1999 Decreet betreffende sommige instellingen van openbaar nut voor postinitieel onderwijs, wetenschappelijk onderzoek en wetenschappelijke dienstverlening 13bis.

Inhoud

§1. Deze codificatie is van toepassing op de universiteiten en hogescholen.

§2. De artikelen I.3, 4°, 6°, 7°, 11°, 14°, 15°, 16°, 17°, 18°, 19°, 20°, 22°, 23°, 24°, 25°, 46°, 48°, 49°, 56°, 64°, 66°, 67°, 68°, 70°, 74°, 76° en 78°, II.1, II.57, II.58, II.64, II.65, II.66, II.67, II.68, II.69, II.70, II.75, II.76, II.77, II.105, II.106, II.107, II.108, II.109, II.110, II.111, II.114, II.124/1, II.133, II.141, II.143, II.150, II.152, II.153, II.153/1, II.153/2, II.153/3, II.153/4, II.153/5, II.153/6, II.154, II.170, II.170/1, II.170/14, II.170/15, II.170/16, II.170/17, II.170/18, II.172, II.174, II.176, II.177, II.178, II.179, II.180, II.181, II.182, II.183, II.184, II.185, II.189, II.190, II.191, II.192, II.193, II.194, II.195, II.196, II.197, II.198, II.199, II.200, II.201, II.202, II.207, II.211, II.212, II.213, II.214, II.215, II.216, II.217, II.218, II.219, II.223, II.224, II.225, II.226, II.227, II.228, II.229, II.230, II.231, II.232, II.233, II.234, II.235, II.236, II.237, II.238, II.239, II.240, II.241, II.242, II.243, II.244, II.245, II.246, II.247, II.251, II.252, II.377, II.390, IV.84 en IV.92 zijn van toepassing op de andere ambtshalve geregistreerde instellingen voor hoger onderwijs. Deze bepalingen zijn van algemene toepassing of in zoverre het expliciet voorgeschreven is.

De bepalingen van deel 2, titel 5, hoofdstuk 3 zijn van overeenkomstige toepassing op de Vlerick Business School, het Instituut voor Tropische Geneeskunde en de Antwerp Management School en Performing Arts Research and Training Studios (P.A.R.T.S.).

§ 3. De artikelen II.1, II.57, II.58, II.64, II.65, II.75, II.76, II.77, II.105, II.106, II.124/1, II.133, II.141, II.143, II.150, II.152, II.153, II.153/1, II.153/2, II.153/3, II.153/4, II.153/5, II.153/6, II.154, II.170, II.170/1, II.170/14, II.170/15, II.170/16, II.170/17, II.170/18, II.172, II.247, II.251, II.252 en II.377 zijn van toepassing op de geregistreerde instellingen. Deze bepalingen zijn van algemene toepassing of in zoverre het expliciet voorgeschreven is.

§4. De bepalingen van artikel I.3, 4°, 5°, 6°, 7°, 9°, 11°, 12°, 14°, 15°, 16°, 17°, 18°, 19°, 20°, 22°, 23°, 24°, 25°, 43°, 46°, 48°, 49°, 50°, 55°, 56°, 59°, 64°, 66°, 67°, 68°, 69° 70°, 74°, 75, 76° en 78°, deel 2, titel 3, hoofdstuk 3, van artikel II.174, van deel 2, titel 4, hoofdstuk 1, afdeling 2, van artikel II.189, II.190, II.191 en II.192, deel 2, titel 4, hoofdstuk 1, afdeling 4, deel 2, titel 4, hoofdstuk 2, afdeling 1, 2 en 4, deel 2, titel 4, hoofdstuk 4, deel 2, titel 5, hoofdstuk 4, met uitzondering van artikel II.335, deel 2, titel 5, hoofdstuk 5, 6 en 7 deel 2, titel 8, hoofdstuk 5, deel 3, titel 2, hoofdstuk 7, artikel IV.84 en IV.92 deel 5, titel 4, hoofdstuk 1 zijn van toepassing op de associaties.

§5. De volgende artikelen en titels en/of hoofdstukken van deze codificatie zijn niet van toepassing op de publiekrechtelijke hogeschool “Hogere Zeevaartschool” : artikel I.3, 13°, 21°, 26°, 27°, 28°, 29°, 32°, 34°, 37°, 40°, 44°, 45°, 57°, 62°, 71° en 78°, artikel III.1, eerste lid en III.2, deel 3, titel 1, hoofdstuk 1, afdeling 2 en 3, artikel III.23, artikel III 24, § 1 tot en met 7, artikel III.25 tot en met III.31, artikel III.33 tot en met III.34, artikel III.35, artikel III.36, artikel III.39 tot en met III.43, deel 3, titel 1, hoofdstuk 2, afdeling 6, 8, 9 en 10, deel 3, titel 2, hoofdstuk 2 en 5, deel III, titel 3, hoofdstuk 3, deel 3, titel 4, artikel IV.81, IV.82, IV.83, IV.85 en IV.122. De volgende bepalingen zijn van toepassing op de Hogere Zeevaartschool: artikel III.37, artikel III.38, III.44 en III.45.

De bepalingen van artikel I.3, 5°, 9°, 12°, 43°, 50°, 55°, 59°, 69° en 75°, deel 2, titel 5, hoofdstuk 1, 2, 3, 4, 6 en 7, deel 3, titel 2, hoofdstuk 7 en van deel 5, titel 4, hoofdstuk 1 zijn niet van toepassing op de transnationale Universiteit Limburg, met uitzondering van de bepalingen van deel 2, titel 5, hoofdstuk 3, afdeling 3, voor wat betreft studievoortgangsbeslissingen die betrekking hebben op de academische opleidingen bedoeld in artikel 3 van het Verdrag van 18 januari 2001 tussen de Vlaamse Gemeenschap en het Koninkrijk der Nederlanden inzake de transnationale Universiteit Limburg.

§6. De bepalingen van deel II, titel 5, hoofdstuk 1, 2 en 3, met uitzondering van artikel II.273, II.280 en II.313, zijn mede van toepassing op de in artikel II.232 bedoelde validerende instanties.

Voor de lezing van de in het eerste lid bedoelde bepalingen:
1°   worden de personen die een bekwaamheidsonderzoek aanvragen als “studenten” beschouwd;
2°   wordt het reglement van de validerende instantie als “onderwijs- en examenregeling” beschouwd;
3°   worden de personen die op grond van EVK’s of van een bewijs van bekwaamheid een vrijstelling aanvragen als studenten beschouwd;
4°   worden de personen die een aanvraag doen voor het volgen van een schakel- of voorbereidingsprogramma als studenten beschouwd.

Artikel I.3. (01/09/2024- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 21/03/2014 Decreet tot aanpassing van enkele hogeronderwijsbepalingen die de organisatie en controle van het onderwijs faciliteren en de plan- en implementatielasten verminderen 2.
Gewijzigd bij 19/12/2014 Decreet houdende diverse bepalingen onderwijs 49.
Gewijzigd bij 16/06/2017 Decreet betreffende het onderwijs XXVII VI.1.
Gewijzigd bij 08/12/2017 Decreet houdende wijziging van het decreet van 30 april 2009 betreffende het secundair na secundair onderwijs en het hoger beroepsonderwijs en de Codex Hoger Onderwijs van 11 oktober 2013, wat betreft het hoger onderwijs 7.
Gewijzigd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 69.
Gewijzigd bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 4.
Gewijzigd bij 01/03/2019 Decreet tot wijziging van de regelgeving betreffende het toezicht op en bepaalde organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 11.
Gewijzigd bij 03/07/2020 Decreet over het onderwijs XXX 123.
Gewijzigd bij 03/07/2020 Decreet over het onderwijs XXX 123.
Gewijzigd bij 15/07/2022 Decreet over de instroom en het optimaliseren van de studie-efficiëntie in het hoger onderwijs en overige organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 3.
Gewijzigd bij 15/07/2022 Decreet over de instroom en het optimaliseren van de studie-efficiëntie in het hoger onderwijs en overige organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 3.
Gewijzigd bij 07/07/2023 Decreet over het onderwijs XXXIII 119.
Gewijzigd bij 08/12/2023 Decreet over grensoverschrijdend gedrag in het hoger onderwijs 2.
Gewijzigd bij 19/04/2024 Decreet over het onderwijs XXXIV 129.
Zie ook 30/04/2004 Decreet betreffende de flexibilisering van het hoger onderwijs in Vlaanderen en houdende dringende hogeronderwijsmaatregelen 2.
Zie ook 13/07/1994 Decreet betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap 2.
Zie ook 12/06/1991 Decreet betreffende de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap 169quater.
Zie ook 14/03/2008 Decreet betreffende de financiering van de werking van de hogescholen en de universiteiten in Vlaanderen 2.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 3.
Zie ook 19/03/2004 Decreet betreffende de rechtspositieregeling van de student, de [medezeggenschap] in het hoger onderwijs, de integratie van bepaalde afdelingen van het hoger onderwijs voor sociale promotie in de hogescholen en de begeleiding van de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen II.1.

Inhoud

Voor de toepassing van deze codificatie wordt verstaan onder :

1°   academiejaar : een periode van 1 jaar die ten vroegste op 1 september en uiterlijk op 1 oktober begint en eindigt op de dag voor het begin van het volgende academiejaar; van de vaste duur van 1 jaar kan uitzonderlijk afgeweken worden indien het instellingsbestuur beslist de start van het academiejaar ofwel te vervroegen ofwel te verlaten;

2° accreditatie en instellingsreview :
a) opleidingsaccreditatie: de formele erkenning van een opleiding op grond van een beslissing van een onafhankelijk orgaan waarin vastgesteld wordt dat de opleiding voldoet aan vooraf vastgestelde minimale kwaliteits- en niveauvereisten;
b) instellingsreview: de periodieke beoordeling door een externe commissie van de wijze waarop een hogeronderwijsinstelling onderwijsbeleid voert en aantoont dat ze dit onderwijsbeleid op een kwaliteitsvolle manier uitvoert met inbegrip van de regie die de instelling opzet opdat de kwaliteit van haar opleidingen geborgd wordt. De commissie betrekt daarbij ook de beleidsprocessen die de instelling opzet om het onderwijs dat ze in haar opleidingen aanbiedt te ondersteunen vanuit haar opdrachten op het terrein van onderzoek en maatschappelijke en wetenschappelijke dienstverlening;
c) regie: het geheel van acties, processen, praktijken, procedures en instrumenten die de instelling in staat stelt de kwaliteit van de opleidingen te borgen;
d) toets nieuwe opleiding: een beoordeling door een externe commissie van de potentiële kwaliteit van een nieuwe opleiding als vermeld in artikel II.150 van deze codex;

3° accreditatieorganisatie: de organisatie die bij internationaal verdrag aangewezen is om de accreditatie van opleidingen te verlenen, de toets nieuwe opleiding en de instellingsreview uit te voeren;

4°  ...;

5°   afgevaardigde : een behoorlijk gemachtigde vertegenwoordiger;

6°   afstandsonderwijs : het onderwijs dat bijna uitsluitend met behulp van multimedia wordt verstrekt, waardoor de student niet aan een bepaalde plaats van onderwijsverstrekking gebonden is;

7°   afstudeerrichting : een differentiatie in een opleidingsprogramma als vermeld in artikel II.66/1;

8°   algemene uitgaven studentenvoorzieningen : uitgaven voor studentenvoorzieningen die niet gebonden zijn aan 1 werkveld, maar die nodig zijn om de globale werking van de studentenvoorzieningen mogelijk te maken;

9°   associatie : de vereniging zonder winstoogmerk bedoeld in deel 2, titel 1, hoofdstuk 2;

10°basisvoorwaarden bij het studeren : behoeften uit het dagelijks leven die vervuld moeten zijn om goed te kunnen studeren;

11°bekwaamheidsonderzoek : het onderzoek van de competenties van een persoon, voorafgaand aan het afleveren van een bewijs van bekwaamheid;
11° /1 beroepskwalificatie : een afgerond en ingeschaald geheel van competenties waarmee een beroep kan uitgeoefend worden als vermeld in artikel 8 van het decreet van 30 april 2009 betreffende de kwalificatiestructuur;

12°bestuur : elk bestuursorgaan van een associatie, respectievelijk een instelling dat krachtens een wettelijke of decretale bepaling of de statuten is aangewezen om uitvoerbare beslissingen te nemen in de in deze codificatie bedoelde aangelegenheden;

13°beursstudent : een student die een studietoelage ontvangt van de Vlaamse Gemeenschap, overeenkomstig de bepalingen van het decreet van 8 juni 2007 betreffende de studiefinanciering van de Vlaamse Gemeenschap;

14°beurstariefstudent : een student die :

a)      studiefinanciering ontvangt van de Vlaamse Gemeenschap, overeenkomstig de bepalingen van het decreet van 8 juni 2007 betreffende de studiefinanciering van de Vlaamse Gemeenschap, of;

b) voldoet aan de voorwaarden, bepaald in artikel 9 van het decreet van 8 juni 2007 betreffende de studiefinanciering van de Vlaamse Gemeenschap, en beantwoordt aan de financiële criteria voor het verkrijgen van een studiefinanciering in de Vlaamse Gemeenschap, of

c)      onderdaan is van een staat behorende tot de Europese Economische Ruimte en beantwoordt aan de financiële criteria voor het verkrijgen van een studiefinanciering van de Vlaamse Gemeenschap, of

d)      een DGOS-bursaal, een BTC-bursaal of een bursaal in de programma’s van de ontwikkelingssamenwerking van de Vlaamse Interuniversitaire Raad is;

15° bewijs van bekwaamheid: het bewijs, via een document of een bewijs van registratie, dat een student op grond van EVC's of EVK's de competenties heeft verworven die eigen zijn aan:
a) het niveau van gegradueerde in het hoger beroepsonderwijs;
b) het niveau van bachelor in het hoger professioneel onderwijs of het academisch onderwijs;
c) het niveau van master;
d) een welomschreven opleiding, opleidingsonderdeel of cluster van opleidingsonderdelen;

16° bijna-beursstudent : een student die onderdaan is van een staat behorende tot de Europese Economische ruimte of voldoet aan de voorwaarden bepaald in artikel 9 van het decreet van 8 juni 2007 betreffende de studiefinanciering van de Vlaamse Gemeenschap en die geen studietoelage van de Vlaamse Gemeenschap ontvangt, maar waarvan het referentie-inkomen ten hoogste 3000 euro ligt boven de financiële maximumgrens, bepaald in de regelgeving betreffende de studietoelagen. Het bedrag van 3000 euro wordt geïndexeerd overeenkomstig artikel II.218;

17°creditbewijs : de erkenning van het feit dat een student blijkens een examen de competenties, verbonden aan een opleidingsonderdeel, heeft verworven. Deze erkenning wordt vastgelegd in een document of een registratie. De verworven studiepunten, verbonden aan het betrokken opleidingsonderdeel, worden aangeduid als “credits”;

18°creditcontract : een contract, aangegaan door een instellingsbestuur met de student die zich inschrijft met het oog op het behalen van (een) creditbewij(s)(zen) voor 1 of meer opleidingsonderdelen;

19°...;

19° /1 Databank Hoger Onderwijs: de databank, vermeld in artikel IV.90;

19° /2 deliberatiecijfer: een resultaat verworven na het examen op een opleidingsonderdeel waarvoor een student geen creditbewijs verwerft, maar waarvoor een examencommissie beslist dat dit opleidingsonderdeel niet hernomen moet worden;

20°diplomacontract : een contract, aangegaan door een instellingsbestuur met de student die zich inschrijft met het oog op het behalen van een graad of diploma van een opleiding of die zich inschrijft voor een schakel- of voorbereidingsprogramma;

21°economische unie: overeenkomst over de financiële ondersteuning van een instelling van hoger onderwijs door een andere instelling van hoger onderwijs;

22°EVC : een eerder verworven competentie, zijnde het geheel van kennis, inzicht, vaardigheden en attitudes verworven door middel van leerprocessen die niet met een studiebewijs werden bekrachtigd;

23°EVK : een eerder verworven kwalificatie, zijnde elk binnenlands of buitenlands studiebewijs dat aangeeft dat een formeel leertraject, al dan niet binnen onderwijs, met goed gevolg werd doorlopen, voor zover het niet gaat om een creditbewijs dat werd behaald binnen de instelling en opleiding waarbinnen men de kwalificatie wenst te laten gelden;

24°examen : elke evaluatie van de mate waarin een student op grond van zijn studie de competenties, verbonden aan een opleidingsonderdeel, heeft verworven;

25°examencontract : een contract, aangegaan door een instellingsbestuur met de student die zich onder de door het instellingsbestuur bepaalde voorwaarden inschrijft voor het afleggen van examens met het oog op het behalen van :

a)      een graad of een diploma van een opleiding, of

b)      een creditbewijs voor 1 of meer opleidingsonderdelen;

26°financieringsboni : het extra puntengewicht voor beursstudenten, studenten met een functiebeperking, werkstudenten en voor opleidingen die stopgezet of afgebouwd worden;

27°financieringspunten : het financieringsvolume, uitgedrukt in een aantal punten en berekend op basis van het aantal opgenomen studiepunten, het aantal verworven studiepunten en het aantal diploma’s, en rekening houdend met het puntengewicht en de financieringsboni;

28°gedelibereerde studiepunten : studiepunten waarvoor een student op basis van examens geen creditbewijs verworven heeft, maar waarvoor een examencommissie beslist heeft dat de bijbehorende opleidingsonderdelen niet hervat hoeven te worden. De examencommissie heeft verklaard dat de student geslaagd is voor het geheel van de opleidingsonderdelen in kwestie die hij tijdens de periode in kwestie heeft gevolgd;

29°generatiestudent : een student die zich, in een bepaald academiejaar, voor het eerst inschrijft met een diplomacontract voor een opleiding van het hoger beroepsonderwijs of een professioneel of academisch gerichte bachelor in het Vlaamse hoger onderwijs. Het statuut van generatiestudent geldt voor dat volledige academiejaar;

30°gesubsidieerde officiële hogeschool : een hogeschool met een publiekrechtelijk karakter tot 1 oktober 2013, die opgericht is door een provincie, een gemeente of een OCMW;

31°gesubsidieerde vrije hogeschool : een hogeschool met een privaatrechtelijk karakter;

31°/1 geweld: elke feitelijkheid waarbij een student of personeelslid psychisch of fysiek wordt bedreigd of aangevallen binnen een werksituatie of onderwijscontext in het hoger onderwijs;

32°gezondheidsindex : het prijsindexcijfer dat berekend en benoemd wordt voor de toepassing van artikel 2 van het koninklijk besluit van 24 december 1993 ter uitvoering van de wet van 6 januari 1989 tot vrijwaring van ’s lands concurrentievermogen, bekrachtigd bij wet van 30 maart 1994 houdende sociale bepalingen;

33°graad : aanduiding van gegradueerde, bachelor, master of doctor verleend op het einde van een opleiding c.q. na promotie met de uitreiking van een diploma;

33°/0 grensoverschrijdend gedrag: elke aantasting van de integriteit van een persoon, waaronder machtsmisbruik, ongewenst seksueel gedrag, geweld en pesterijen;

33° /1 hbo5-opleiding: een opleiding van het hoger beroepsonderwijs die buiten de context van deze codex werd of wordt aangeboden, met name door een cvo of een secundaire school;

34°herstructurering : onder herstructurering wordt begrepen :

a)      een fusie van 2 of meer hogeronderwijsinstellingen tot een nieuwe hogeronderwijsinstelling;

b)      een combinatie van fusie en splitsing van hogeronderwijsinstellingen waarbij nieuwe hogeronderwijsinstellingen ontstaan;

c)      een overname van een hogeronderwijsinstelling door een andere hogeronderwijsinstelling;

d)      een overdracht van 1 of meer studiegebieden van een hogeronderwijsinstelling naar een andere instelling, waarbij deze laatste instelling onderwijsbevoegdheid heeft voor de overgedragen studiegebieden;

34° /1 Hogeronderwijsregister: het register, vermeld in artikel II.170;

35° integratiekader : het geheel van de personeelsleden die door een hogeschool met behoud van hun rechtspositieregeling als personeel van de hogeschool, aan een universiteit zijn overgedragen, voor zover ze niet opgenomen zijn in de rechtspositieregeling van de universiteiten;

35°/1 intern meldpunt voor meldingen van grensoverschrijdend gedrag: de meldpunten die binnen de instellingen hoger onderwijs zijn opgericht waar grensoverschrijdend gedrag kan worden gemeld;

36°jaar : kalenderjaar;

37°kunstopleidingen : de professioneel gerichte bacheloropleidingen en de academisch gerichte bachelor- en masteropleidingen in de volgende studiegebieden:

a)    Audiovisuele en beeldende kunst;

b)    Muziek en podiumkunsten;

38°kwalificatie : een afgerond en ingeschaald geheel van competenties of domeinspecifieke leerresultaten;

39°kwalificatie van een graad : toevoeging die verwijst naar de voltooide opleiding of voor wat de graad van 'doctor' betreft, naar een vakgebied;

40°leerkrediet : het totale pakket van studiepunten dat een student gedurende zijn studieloopbaan kan inzetten voor een inschrijving onder diplomacontract in een initiële bachelor- of masteropleiding of een opleidingsonderdeel onder creditcontract en dat naargelang het aantal studiepunten waarvoor de student zich inschrijft en welke hij verwerft, kan evolueren;

40°/1 masterpraktijkproef: een masterproef in het verkorte traject of consecutieve traject van een educatieve masteropleiding die een meerwaarde is voor de klas- en onderwijspraktijk;

41°masterproef : werkstuk waarmee een masteropleiding wordt voltooid. Daardoor geeft een student blijk van een analytisch en synthetisch vermogen of van een zelfstandig probleemoplossend vermogen op academisch niveau of van het vermogen tot kunstzinnige schepping. Het werkstuk weerspiegelt de algemeen kritisch-reflecterende ingesteldheid of de onderzoeksingesteldheid van de student;

42°onderwijsbevoegdheid :

a)      de studiegebieden,

b)      de delen van studiegebieden,

c)      de combinaties van studiegebieden,

d)      de combinaties van delen van studiegebieden,

e)      de combinaties van studiegebieden met delen van studiegebieden,

waarin de ambtshalve geregistreerde instellingen krachtens deze codificatie opleidingen kunnen aanbieden;

43°onderwijs- en examenreglement : het reglement bedoeld in deel 2, titel 4, hoofdstuk 3;

43° /1 onderwijskwalificatie : een afgerond en ingeschaald geheel van competenties dat noodzakelijk is om maatschappelijk te functioneren en te participeren, waarmee verdere studies in het secundair of in het hoger onderwijs aangevat kunnen worden of waarmee beroepsactiviteiten uitgeoefend kunnen worden als vermeld in artikel 9 van het decreet van 30 april 2009 betreffende de kwalificatiestructuur;

44°onderzoeksmaster : een initiële masteropleiding zoals vermeld in artikel II.157;

44°/1 ongewenst seksueel gedrag: elke vorm van ongewenst verbaal, non-verbaal of lichamelijk gedrag met een seksuele connotatie dat als doel of gevolg heeft dat de waardigheid van een persoon wordt aangetast of een bedreigende, vijandige, beledigende, vernederende of kwetsende omgeving wordt gecreëerd;

45°opgenomen studiepunten : studiepunten, verbonden aan de opleidingsonderdelen, waarvoor een student zich heeft ingeschreven in een bepaald academiejaar;

46°opleiding : de structurerende eenheid van het onderwijsaanbod. Zij wordt bij succesvolle voltooiing bekroond met een diploma;

47°opleidingsgebonden materies : alle onderwijs- en begeleidingsactiviteiten die inherent verbonden zijn aan het doorlopen van het studiecurriculum, inclusief de didactische infrastructuur om ze mee te realiseren;

48°opleidingskenmerken : de profielafbakening van een opleiding, voortvloeiend uit :

a)   de kwalificatie en/of de specificatie van de graad verleend op het einde van de opleiding, en/of

b)   de studieomvang van de opleiding;

c)   een specifieke afstudeerrichting binnen een opleiding kan eveneens als opleidingskenmerk worden aangemerkt;

49°opleidingsonderdeel : een afgebakend geheel van onderwijs-, leer- en evaluatieactiviteiten dat gericht is op het verwerven van welomschreven competenties inzake kennis, inzicht, vaardigheden en attitudes;

50°partners bij een associatie : de in artikel II.8 bedoelde leden van de associatie;

50°/1 pesterijen: een onrechtmatig geheel van meerdere, gelijkaardige of uiteenlopende gedragingen buiten of binnen de hogeronderwijsinstelling, die plaatshebben gedurende een bepaalde tijd, die tot doel of gevolg hebben dat de persoonlijkheid, de waardigheid of de fysieke of psychische integriteit van een student of een personeelslid wordt aangetast of dat een bedreigende, vijandige, beledigende, vernederende of kwetsende omgeving wordt gecreëerd;

51°postinitieel onderwijs : de opleidingen die leiden tot een graad van master en waarvoor de inschrijving primair openstaat voor personen die reeds in het bezit zijn van een graad van master. Personen die niet in het bezit zijn van een graad van master kunnen toegelaten worden na een intakegesprek waarin de instelling peilt naar de motivatie en de wetenschappelijke affiniteit van de student en naar de aard van de beroepservaring;

52°publiekrechtelijke hogeschool: een hogeschool met een publiekrechtelijk karakter die vanaf 1 oktober 2013 omgevormd of opgericht is bij of krachtens het bijzonder decreet van 13 juli 2012 houdende regeling van de bestuurlijke organisatie en werking van sommige publiekrechtelijke hogescholen en het bijzonder decreet van 13 juli 2012 houdende regeling van de bestuurlijke organisatie en werking van twee fusiehogescholen;

53°raadsman : een advocaat of deskundige;

54°raad van een School of Arts: het orgaan dat een School of Arts bestuurt;

55°representatieve vakorganisatie : personeelsvereniging die aangesloten is bij een in de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen vertegenwoordigde syndicale organisatie die een werking ontplooit naar het hoger onderwijs;

56°schakelprogramma : een programma dat kan worden opgelegd aan een student die zich wenst in te schrijven voor een masteropleiding op grond van een in het professioneel hoger onderwijs uitgereikt bachelordiploma. Het programma beoogt de in artikel II.141, 3° bedoelde algemene wetenschappelijke competenties en wetenschappelijk-disciplinaire basiskennis bij te brengen;

57°School of Arts: een organisatorische eenheid binnen een hogeschool of over verschillende hogescholen heen waarin, conform artikel II.7, de professioneel gerichte bacheloropleidingen of de academisch gerichte bachelor- en masteropleidingen in de studiegebieden Audiovisuele en beeldende kunst, of Muziek en podiumkunsten aangeboden worden;

58°specificatie van een graad : de toevoeging van de woorden “of Arts”, “of Science”, “of Laws”, “of Medicine”, “of Veterinary Science”, “of Veterinary Medicine” of “of Philosophy” aan een graad;

58° /1 starttoets: een instellingsneutrale toets waaraan de student moet deelnemen als voorwaarde voor de eerste inschrijving in bepaalde bacheloropleidingen als vermeld in artikel II.188/1;

59°student : de persoon ingeschreven in een instelling;

60°studentenkoepelvereniging : een erkende studentenkoepelvereniging in de zin van het decreet van 30 maart 1999 houdende de subsidiëring van studenten- en leerlingenkoepelverenigingen;

61°studentenvoorzieningen : het geheel van activiteiten en maatregelen die kunnen genomen worden in het kader van artikel II.337;

62°student met een functiebeperking : een student die bij het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap een recht heeft geopend op een tegemoetkoming;

63°studiegebied : 1 van de categorieën vermeld in artikel II.71 en II.73 waarin opleidingen zijn samengebracht;

64°studiegeld : het bedrag te betalen door de student voor de deelname aan onderwijsactiviteiten en/of examens;

65°studiejaar : een studieprogramma van ten minste 54 en ten hoogste 66 studiepunten, met uitzondering voor de opleidingen van het hoger beroepsonderwijs;

66°studieomvang : het aantal studiepunten toegekend aan een opleidingsonderdeel of aan een opleiding;

67°studiepunt : een binnen de Vlaamse Gemeenschap aanvaarde internationale eenheid die overeenstemt met ten minste 25 en ten hoogste 30 uren voorgeschreven onderwijs-, leer- en evaluatieactiviteiten en waarmee de studieomvang van elke opleiding of elk opleidingsonderdeel wordt uitgedrukt;

68°studietraject : de wijze waarop de studie wordt geordend;

69°studievoortgangsbeslissing : 1 van de volgende beslissingen :
a)      een examenbeslissing, zijnde elke beslissing die, al dan niet op grond van een deliberatie, een eindoordeel inhoudt over het voldoen voor een opleidingsonderdeel, meer opleidingsonderdelen van een opleiding, of een opleiding als geheel;
b)      een examentuchtbeslissing, zijnde een sanctie opgelegd naar aanleiding van examenfeiten;
c)      de toekenning van een bewijs van bekwaamheid, dat aangeeft dat een student op grond van eerder verworven competenties of eerder verworven kwalificaties bepaalde competenties heeft verworven;
d)      de toekenning van een vrijstelling, zijnde de opheffing van de verplichting om over een opleidingsonderdeel, of een deel ervan, examen af te leggen;
e)      een beslissing waarbij het volgen van een schakel- en/of voorbereidingsprogramma wordt opgelegd en waarbij de studieomvang van dergelijk programma wordt vastgesteld;
f) het opleggen van een individuele maatregel van studievoortgangsbewaking, bedoeld in artikel II.246, § 1 tot en met § 6, § 8 en § 9;
g)      het weigeren van het opnemen van een bepaald opleidingsonderdeel in het contract waarvoor de student die een geïndividualiseerd traject volgt, zich nog niet eerder heeft ingeschreven;
h)      een beslissing inzake gelijkwaardigheid van een buitenlands diploma van hoger onderwijs met een Vlaams diploma van hoger onderwijs genomen krachtens artikel II.256;
i) een individuele beslissing houdende de weigering tot inschrijving op basis van ontoereikend leerkrediet of een leerkrediet lager dan of gelijk aan 0, indien niet het gevolg van een algemene reglementaire bepaling;
j) een individuele beslissing houdende de weigering tot inschrijving op basis van het niet naleven van een opgelegde maatregel van studievoortgangsbewaking, bedoeld in artikel II.246;
k) een beslissing over substantiële verschillen in competenties als een creditbewijs meer dan vijf jaar geleden is verworven als vermeld in artikel II.225, § 3, tweede lid;

70°toetredingsovereenkomst : de overeenkomst tussen instellingsbestuur en student bedoeld in artikel II.273;

70° /1: tolerantie: regeling in examenreglement van een instelling hoger onderwijs waarbij de student geen credits verwerft maar voor een beperkt aantal studiepunten toch het vak niet moet hernemen en waarbij de student zelf of de instelling hoger onderwijs beslist voor welke vakken hij dit inzet;

71°verworven studiepunten : studiepunten, verbonden aan de opleidingsonderdelen, waarvoor een student een creditbewijs heeft ontvangen;

72°vestiging van een hogeronderwijsinstelling: het administratief arrondissement, het gerechtelijk arrondissement of de gemeente of een geheel van aan elkaar grenzende gemeenten waar de hogeronderwijsinstelling onderwijsbevoegdheid heeft. Voor de hogescholen die gevestigd zijn in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad en die wegens hun activiteiten moeten worden beschouwd als uitsluitend behorend tot de Vlaamse Gemeenschap, geldt het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad als 1 vestiging;

72° /1 VLHORA: Vlaamse Hogescholenraad, bedoeld in deel 2, titel 2, hoofdstuk 5;

72° /2 VLIR: Vlaamse Interuniversitaire Raad, bedoeld in deel 2, titel 2, hoofdstuk 4;

73°VLUHR: de Vlaamse Universiteiten en Hogescholen Raad bedoeld in deel 2, titel 2, hoofdstuk 3;

74°volgtijdelijkheid : de door het instellingsbestuur bepaalde regels inzake het gevolgd hebben van of het geslaagd zijn voor een opleidingsonderdeel of opleiding vooraleer een student een examen kan doen over een ander opleidingsonderdeel of een andere opleiding;

75°volstrekte meerderheid van stemmen : het feit dat het aantal voorstemmen het aantal tegenstemmen overtreft.

76°voorbereidingsprogramma : een programma dat kan worden opgelegd aan een student die niet in het bezit is van een diploma dat op rechtstreekse wijze toelating verleent tot de opleiding waarvoor hij zich wenst in te schrijven. Het programma beoogt de ontbrekende competenties van het diploma dat op rechtstreekse wijze toelating verleent bij te brengen. Indien meerdere diploma's rechtstreekse toelating verlenen, gaat het om de gemeenschappelijke ontbrekende competenties;

77°vrijstelling : de opheffing van de verplichting om over een opleidingsonderdeel, of een deel ervan, examen af te leggen;
77° /1 werkplekleren : leeractiviteiten die gericht zijn op het verwerven van algemene of beroepsgerichte competenties, waarbij de arbeidssituatie de leeromgeving is;

78°werkstudent : een student die aan al de volgende voorwaarden beantwoordt :

a)      hij is in het bezit van een bewijs van tewerkstelling in een dienstverband met een omvang van ten minste 80 uren per maand, of hij is in het bezit van een bewijs van uitkeringsgerechtigde werkzoekende en de opleiding kadert binnen het door een gewestelijke dienst voor arbeidsbemiddeling voorgestelde traject naar werk;

b)      hij is nog niet in het bezit van een tweede cyclusdiploma of masterdiploma;

c)      hij is ingeschreven in een studietraject met specifieke onderwijs- en leervormen en met specifieke modaliteiten van begeleiding en aanbod, dat als zodanig geregistreerd is in het Hogeronderwijsregister. De afzonderlijke registratie in het Hogeronderwijsregister impliceert niet dat het hier een nieuwe opleiding betreft, zoals bepaald in artikel II.150.

 

 

DEEL 2 STRUCTUUR EN ORGANISATIE VAN HET HOGER ONDERWIJS (... - ...)

TITEL 1 Hogeronderwijslandschap en zending (... - ...)

Hoofdstuk 1 Instellingen (... - ...)

Afdeling 1 Ambtshalve geregistreerde instellingen (... - ...)

Artikel II.1. (01/09/2024- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 19/04/2024 Decreet over het onderwijs XXXIV 130.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 7.

Inhoud

Voor de toepassing van deze codificatie wordt verstaan onder ambtshalve geregistreerde instellingen de hogescholen en de universiteiten, de instellingen van openbaar nut voor postinitieel onderwijs, wetenschappelijk onderzoek en wetenschappelijke dienstverlening, bedoeld in artikel II.19, II.20 en II.21 en de erkende faculteiten der protestantse godgeleerdheid bedoeld in artikel 1, III, c), van de wet van 11 september 1933 op de bescherming van de titels van hoger onderwijs en Performing Arts Research and Training Studios (P.A.R.T.S.), vermeld in artikel III.119/1.

Artikel II.2. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 01/03/2019 Decreet tot wijziging van de regelgeving betreffende het toezicht op en bepaalde organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 12.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 4.

Inhoud

De universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap zijn :
1°   de "Katholieke Universiteit Leuven";
2° a) de "transnationale Universiteit Limburg";
b) de Universiteit Hasselt;
3°   de "Universiteit Antwerpen";
4°   de "Universiteit Gent";
5°   de "Vrije Universiteit Brussel".

Onverminderd de bepalingen die van toepassing zijn op de instellingen van openbaar nut voor postinitieel onderwijs, worden de Vlerick Business School, de Antwerp Management School en het Instituut voor Tropische Geneeskunde beschouwd als universiteit voor de opdrachten, vermeld in artikel II.19, II.20 en II 21.

Artikel II.3. (01/09/2016- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 20/12/2013 Besluit van de Vlaamse Regering tot aanpassing van de lijst van hogescholen ten gevolge van de fusie van de hogescholen Thomas More Antwerpen en Thomas More Mechelen tot de hogeschool Thomas More Mechelen-Antwerpen 1.
Gewijzigd bij 20/12/2013 Besluit van de Vlaamse Regering tot aanpassing van de lijst van hogescholen ten gevolge van de fusie van de hogescholen HUB-EHSAL en de Katholieke Hogeschool Sint-Lieven tot de hogeschool HUB-KAHO 1.
Gewijzigd bij 05/09/2014 Besluit van de Vlaamse Regering tot officiële naamswijziging van de HUB-KAHO 1.
Gewijzigd bij 19/12/2014 Besluit van de Vlaamse Regering tot officiële naamswijziging van de Katholieke Hogeschool Leuven en de Katholieke Hogeschool Limburg 1.
Gewijzigd bij 16/01/2015 Besluit van de Vlaamse Regering tot officiële naamswijziging van de Groep T Internationale Hogeschool Leuven 1.
Gewijzigd bij 19/06/2015 Decreet betreffende het onderwijs XXV IV.39.
Gewijzigd bij 15/06/2018 Decreet betreffende het onderwijs XXVIII 86.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 5.

Inhoud

De hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap zijn :

1°   de "Arteveldehogeschool";

2°   Odisee;

3°   de "Erasmushogeschool Brussel";

4°  ...

5°   de "Hogere Zeevaartschool";

6°   de "Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen";

7°   de "Hogeschool Gent";

8°   de " Hogeschool PXL";

9°   de "Hogeschool West-Vlaanderen";

10°“LUCA School of Arts”;

11° de "Karel de Grote Hogeschool, Katholieke Hogeschool Antwerpen";

12°de "Katholieke Hogeschool Vives Noord";

13°“Thomas More Kempen";

14° "UC Leuven";

15° "UC Limburg";

16° Thomas More Mechelen-Antwerpen;

17°...;

18°de "Katholieke Hogeschool Vives Zuid";

19°...

Artikel II.4. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 01/03/2019 Decreet tot wijziging van de regelgeving betreffende het toezicht op en bepaalde organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 13.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 6.

Inhoud

Alleen de instellingen vernoemd in artikel II.2, eerste lid kunnen als universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap aanspraak maken op de benaming universiteit en zich als dusdanig doen kennen.

Alleen de instellingen vernoemd in artikel II.3 kunnen als hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap aanspraak maken op de benaming hogeschool en zich als dusdanig doen kennen. De benaming hogeschool wordt vertaald als University College.

De Vlaamse Regering past de lijst van de universiteiten en hogescholen aan in geval van fusie, opslorping, opheffing of officiële naamswijziging.

Artikel II.5. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 12/06/1991 Decreet betreffende de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap 169quater.

Commentaar

Universiteitendecreet, artikel 169quater, §2, ingevoegd bij het Decreet tertiair onderwijs, artikel 73 en gewijzigd bij het decreet van 7 december 2001 betreffende de herziening van de financiering van de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap en begeleidende bepalingen, artikel 12 en OD XIV, artikel V.37.
In het eerste lid zijn de woorden “Confederale” telkens weggelaten uit de codificatie.

Inhoud

De Vlaamse Gemeenschap erkent de oprichting door de Universiteit Antwerpen (de Initiërende Universiteit) van het Instituut voor Ontwikkelingsbeleid en –beheer (IOB), de oprichting door de Vrije Universiteit Brussel (de Initiërende Universiteit) van het Instituut voor Europese Studies (IES) en de oprichting, door de Universiteit Antwerpen (de Initiërende Universiteit) van het Instituut voor Joodse Studies (IJoS).

 

Deze instituten bezitten geen eigen rechtspersoonlijkheid. De Initiërende Universiteit bepaalt bij reglement de functionele autonomie waarover deze instituten beschikken, alsmede zijn bestuurs- en beheersstructuur.

Afdeling 2 Geregistreerde instellingen (... - ...)

Artikel II.6. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 01/03/2019 Decreet tot wijziging van de regelgeving betreffende het toezicht op en bepaalde organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 14.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 8.

Inhoud

§1. Voor de toepassing van deze codificatie wordt verstaan onder geregistreerde instellingen voor hoger onderwijs: alle niet ambtshalve geregistreerde instellingen die hoger onderwijs aanbieden in de Vlaamse Gemeenschap en door de Vlaamse Regering werden geregistreerd.

§2. Iedere instelling kan de registratie aanvragen bij de Vlaamse Regering.

Een registratie van een instelling voor hoger onderwijs wordt slechts toegekend voor zover aan volgende voorwaarden is voldaan: ten minste 1 opleiding heeft de ‘toets nieuwe opleidingen’ door de voorziene accreditatieorganisatie met positief gevolg ondergaan.

Bij een buitenlandse instelling geldt daarenboven dat ze reeds in het land waar haar hoofdzetel is gevestigd moet erkend zijn door de bevoegde overheid. De instelling dient dit te kunnen aantonen aan de accreditatieorganisatie bij de aanvraag ‘toets nieuwe opleiding’.

§3. De instellingen tonen door middel van een registratiedossier aan dat zij beschikken over:
1°   een bestuursstructuur die voldoende organisatorisch is uitgebouwd om de ingeschreven studenten toe te laten hun opleiding te voltooien;
2°   een financiële structuur die de ingeschreven studenten toelaat hun opleiding te voltooien;
3°   een voldoende aangepaste infrastructuur voor het aanbieden van hoger onderwijs.

§4. Het registratiedossier omvat ten minste:
1°   de statuten van de instelling;
2°   een beschrijving van de bestuursstructuur;
3°   een financieel plan;
4°   een overeenkomst met een andere binnenlandse of buitenlandse instelling, die door de respectievelijke overheid erkend is voor hoger onderwijs en die de betreffende opleiding kan aanbieden. Deze overeenkomst betreft de wijze waarop de ingeschreven studenten hun opleiding kunnen voltooien.

In afwijking van het eerste lid, 4°, kan een instelling die is ingericht door een Belgische overheid en die door die overheid erkend is om opleidingen te verstrekken, een overeenkomst afsluiten met een andere instelling die is ingericht door een Belgische overheid en die door die overheid is erkend om opleidingen te verstrekken. Die overeenkomst betreft de wijze waarop de ingeschreven studenten hun opleiding kunnen voltooien.

§5. De Vlaamse Regering beslist over de registratie binnen een ordetermijn van 30 kalenderdagen die ingaat de dag na deze van ontvangst van het toetsingsrapport van de accreditatieorganisatie. Het besluit treedt in werking met ingang van de bekendmaking ervan aan de instelling. In geval van registratie wordt de accreditatieorganisatie hiervan op de hoogte gebracht.

§6. De registratie vervalt van rechtswege indien gedurende een termijn van 2 jaar geen enkele geaccrediteerde of nieuwe opleiding aangeboden wordt.

§7. De geregistreerde instellingen bezorgen jaarlijks hun jaarrekening en jaarverslag aan de Vlaamse Regering.

Afdeling 3 Schools of Arts (... - ...)

Artikel II.7. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 70.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 8bis.

Inhoud

§1. Een hogeschool die kunstopleidingen aanbiedt, en de overeenstemmende graden van gegradueerde, bachelor en master wil verlenen, richt met ingang van het academiejaar 2013-2014 1 of meer Schools of Arts op.

In afwijking van het eerste lid moet een hogeschool geen School of Arts oprichten als het aantal bachelor- en masteropleidingen die de desbetreffende hogeschool aanbiedt voor ten minste 80% bestaat uit kunstopleidingen of uit kunstgerelateerde bachelor- of masteropleidingen. Het aantal andere bachelor- en masteropleidingen is kleiner dan of gelijk aan 20% van het totale aantal bachelor- en masteropleidingen die de hogeschool aanbiedt. In dat geval wordt voor de toepassing van deze codificatie de hogeschool als geheel beschouwd als een School of Arts.

Onder kunstgerelateerde opleidingen worden de volgende professionele bacheloropleidingen begrepen:
1°   de bacheloropleiding in de interieurvormgeving;
2°   de bacheloroplelding in de landschaps- en tuinarchitectuur;
3°   de bacheloropleiding in de landschapsontwikkeling;
4°   de bacheloroplelding in de audiovisuele technieken film: TV en video;
5°   de bacheloropleiding in de audiovisuele technieken: fotografie.

De Vlaamse Regering kan deze lijst van kunstgerelateerde opleidingen aanpassen.

§2. Een School of Arts heeft als opdracht:
1°   het organiseren en verschaffen van hoger beroepsonderwijs, hoger professioneel onderwijs en academisch onderwijs in het studiegebied Audiovisuele en beeldende kunst of in het studiegebied Muziek en podiumkunsten;
2°   de ontwikkeling en beoefening van de kunsten in die studiegebieden;
3°   het verrichten van praktijkgericht wetenschappelijk onderzoek in relatie tot het hoger professioneel onderwijs in die studiegebieden;
4°   het verrichten van onderzoek in de kunsten, in samenwerking met een universiteit;
5°   het verstrekken van maatschappelijke en wetenschappelijke dienstverlening, en de transfer van kennis voor de versterking van de innovatieve kracht van de maatschappelijke en economische sectoren.

Binnen het kader van een School of Arts kunnen ook kunstgerelateerde opleidingen, zoals vermeld in paragraaf 1, georganiseerd worden. Het aandeel kunstgerelateerde opleidingen is kleiner dan of gelijk aan 20% van het aantal bachelor- en masteropleidingen georganiseerd binnen de School of Arts.

§3. Een School of Arts heeft geen eigen rechtspersoonlijkheid. Het hogeschoolbestuur bepaalt de plaats van een School of Arts binnen de structuur van de instelling.

Een hogeschool kan een School of Arts ook oprichten in samenwerking met 1 of meer andere hogescholen die opleidingen in die studiegebieden aanbieden. De participerende instellingen sluiten daarvoor een samenwerkingsovereenkomst waarin ten minste de volgende elementen opgenomen zijn:
1°   een opsomming van de opleidingen die onder de School of Arts vallen;
2°   de wijze van diplomering: gezamenlijke diplomering of diplomering door 1 van de participerende instellingen;
3°   de bestuurs- en beheersstructuur van de School of Arts;
4°   de samenstelling en bevoegdheden van de raad van de School of Arts, conform de bepalingen in artikel II.373, II.374 en II.375;
5°   het onderwijs- en examenreglement dat van toepassing is op de studenten;
6°   de wijze van inzet van het personeel van de betrokken hogescholen in de School of Arts;
7°   de wijze van inschrijving en van administratie van studenten;
8°   de verdeelsleutel voor de opgenomen studiepunten en financieringspunten die nodig is voor de berekening van de onderwijssokkel en de variabele onderwijsdelen van de betrokken hogescholen;
9°   de wijze waarop de betrokken hogescholen de School of Arts financieren;
10°de duurtijd van de samenwerkingsovereenkomst;
11°een regeling inzake personeel en financiering bij een eventuele verbreking van de samenwerkingsovereenkomst;
12°een procedure bij gebrek aan consensus bij de participerende hogeschoolbesturen bij de opdrachten vermeld in artikel II.373, II.374 en II.375.

Een samenwerkingsakkoord wordt minimaal gesloten voor een periode van 6 academiejaren.

§4. Het hogeschoolbestuur of, in geval van een samenwerkingsverband als vermeld in paragraaf 3, tweede lid, de betrokken hogeschoolbesturen, bepalen bij reglement de functionele autonomie, alsook de bestuurs- en beheersstructuur van de School of Arts. Daarbij wordt minstens rekening gehouden met de volgende elementen:
1°   de voorwaarden voor de samenstelling van de raad van de School of Arts, zoals vastgelegd in artikel II.373, II.374 en II.375;
2°   de minimale taken van de raad van een School of Arts, zoals vastgelegd in artikel II.373, II.374 en II.375.

 

Hoofdstuk 2 Associaties (... - ...)

Afdeling 1 Structuur (... - ...)

Artikel II.8. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 97.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 97, gewijzigd bij het Minidecreet, artikel 4.

Inhoud

§1. Een associatie is een vereniging zonder winstoogmerk die bestaat uit volgende leden, verder 'partners' genoemd:

1°   enerzijds een rechtspersoon verantwoordelijk voor een universiteit die zowel bachelor- als masteropleidingen kan aanbieden, en

2°   anderzijds ten minste een rechtspersoon verantwoordelijk voor een hogeschool.

 

In afwijking van de bepalingen van het eerste lid, 1°, kunnen de Universiteit Hasselt en de transnationale Universiteit Limburg gezamenlijk lid worden van dezelfde associatie.

 

§2. De vereniging zonder winstoogmerk kan naast de in paragraaf 1 bedoelde partners natuurlijke personen omvatten met een engagement of verdienste op het vlak van het hoger onderwijs of het wetenschappelijk onderzoek.

Artikel II.9. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 98.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 98.

Inhoud

Op het ogenblik dat de partners beslissen tot fusie in de vereniging zonder winstoogmerk, blijft deze een associatie in de zin van dit hoofdstuk.

Artikel II.10. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 99.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 99.

Inhoud

Een universiteit of hogeschool kan slechts onder 1 associatie ressorteren.

Afdeling 2 Bevoegdheden (... - ...)

Artikel II.11. (01/09/2023- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 101.
Zie ook 23/11/2023 Decreet tot opheffing van meerdere onderwijsbepalingen 76.

Inhoud

Associaties hebben ten minste als opdracht:

1°   de organisatie van de samenwerking en het aanhalen van de banden tussen de professionele bachelors en de academische opleidingen met inbegrip van de overgangsmogelijkheden en de ontwikkeling van leerlijnen;

2°   de bevordering van de coördinatie van het onderzoek en meer bepaald van de translatieketen van fundamenteel naar toegepast onderzoek en omgekeerd, en van innovatie;

3°   logistieke coördinatie in het algemeen;

4°   als forum de evolutie naar een geïntegreerde hogeronderwijsruimte voorbereiden.

 

Om die opdrachten te vervullen, dragen de partners ten minste de volgende bevoegdheden over aan de associatie:

1°   de ordening van een rationeel onderwijsaanbod binnen de onderwijsbevoegdheid van de instellingen, vermeld in artikel II.78 tot en met II.101;

2°   het structureren van de opleidingstrajecten en een verbetering van de doorstromingsmogelijkheden;

3°   de organisatie van trajectbegeleiding voor studenten;

4°   de afstemming van de interne reglementen inzake het personeelsbeleid;

5°   het opstellen van een meerjarenplan voor onderwijsvernieuwing en onderwijsverbetering;

6°   het opstellen van een meerjarenplan voor het onderzoek en de maatschappelijke en wetenschappelijke dienstverlening;

7°   het opstellen van een meerjarenplan voor de onderlinge afstemming van investeringen, infrastructuur, bibliotheek- en documentatievoorzieningen;

8°   ...;

9°   het uitbrengen van een advies over rationalisatieplannen.

Artikel II.12. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 101bis.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 101bis, ingevoegd bij het Aanvullingsdecreet, artikel VI.9..
In punt 2°, b) is tussen de woorden “de werkingsregelen van” en het woord “dienst” het woord “de” ingevoegd.
In punt 3° zijn de woorden “artikel 169ter van het universiteitendecreet en artikel 215bis van het hogescholendecreet” vervangen door de woorden “artikel IV.48”.
In punt 4° zijn de woorden “het decreet van 22 februari 1995 betreffende de wetenschappelijke of maatschappelijke dienstverlening door de universiteiten of de hogescholen en betreffende de relaties van de universiteiten en de hogescholen met andere rechtspersonen” vervangen door de woorden “deel 4, titel 2, hoofdstuk 2, 3, 4 en 5”.

Inhoud

Een associatie legt een algemeen onderzoeks- en samenwerkingsreglement vast, waarin ten minste volgende elementen worden opgenomen:

1°   het algemeen onderzoeksbeleid in de schoot van de associatie;

2°   de aanduiding en taakomschrijving van de binnen de associatie voor valorisatie bevoegde dienst, zijnde een verzelfstandigde dienst onder gezag of toezicht van de associatie of de universiteit. Inzonderheid worden volgende elementen vastgelegd:

a)    de rapporteringsplicht van de dienst ten behoeve van de associatie en de partners;

b)    de werkingsregelen van de dienst en de wijze van samenwerking tussen de dienst en de onderzoeksdiensten van de partners;

3°   de algemene en minimale regelen betreffende het beleid inzake de aangelegenheden bedoeld in artikel IV.48, waarbij inzonderheid volgende elementen worden vastgelegd:

a)    de instantie waaraan de vermogensrechten op een vinding gedaan in het kader van instellingsgebonden onderzoekstaken toekomen, zijnde:

1)    de associatie, of een dienst zonder c.q. met rechtspersoonlijkheid onder het gezag c.q. het toezicht van de associatie. In dat geval komt aan de partner waaraan de instellingsgebonden onderzoekstaken zijn verricht, een billijke return toe, of;

2)    de universiteit, of een dienst zonder c.q. met rechtspersoonlijkheid onder het gezag c.q. het toezicht van de universiteit. Zo de instellingsgebonden onderzoekstaken niet aan de universiteit doch aan een andere partner werden verricht, komt aan deze partner een billijke return toe, of;

3)    de partner waaraan de instellingsgebonden onderzoekstaken zijn verricht;

b)    de gevallen waarin aan de verschillende partners bij de associatie een kosteloos gebruiksrecht op een vinding toekomt voor wat betreft onderwijs en onderzoek;

c)    een richtlijn inzake de billijke return ten voordele van de onderzoeker wiens vermogensrechten op een vinding worden overgedragen;

d)    de beleidslijnen inzake de sensibilisering van onderzoekers met betrekking tot de vatbaarheid van vindingen voor de vestiging van commerciële intellectuele rechten;

4°   de algemene en minimale regelen inzake de samenwerking van instellingen met derden op grond van dienstverleningscontracten in de zin van deel 4, titel 2, hoofdstuk 2, 3, 4 en 5, waarbij inzonderheid worden vastgelegd of omschreven:

a)    de regelen inzake het afsluiten, het beheer en de uitvoering van dienstverleningscontracten;

b)    de regelen inzake de vergoeding van personeelsleden die worden ingezet bij de uitvoering van dienstverleningscontracten;

c)    een richtlijn inzake de besteding van de inkomsten uit dienstverleningscontracten;

5°   de algemene en minimale regelen inzake de deelname van partners in rechtspersonen, waarbij inzonderheid worden vastgelegd of omschreven :

a)    een richtlijn aan de hand waarvan de partners de noodzakelijkheid en opportuniteit van de deelname in een rechtspersoon nagaan. Dit beoordelingskader vertrekt vanuit het gegeven dat dergelijke deelname slechts aangewezen is indien de vooropgestelde doelstellingen niet even efficiënt en effectief nagestreefd kunnen worden door de partner zelf of door middel van een overeenkomst;

b)    een richtlijn inzake de minimale verantwoordingsplicht van de rechtspersoon. Deze verantwoording moet een evaluatie van de deelname in de rechtspersoon mogelijk maken;

6°   de wijze waarop conflicten over de uitvoering van het onderzoeks- en samenwerkingsreglement worden beslecht.

Artikel II.13. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 101ter.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 101ter, ingevoegd bij het Aanvullingsdecreet, artikel VI.9.

Inhoud

De bepalingen van het algemeen onderzoeks- en samenwerkingsreglement die relevant zijn voor de onderzoekers, worden uitgewerkt in de rechtspositieregeling van de partners, dan wel in de overeenkomsten met de betrokken onderzoekers.

Artikel II.14. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 102.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 102, vervangen bij het Aanvullingsdecreet, artikel VI.9.

Inhoud

De partners kunnen aan de associatie financiële middelen toekennen.

 

De partners kunnen een personeelslid met zijn instemming belasten met een opdracht bij de associatie, ongeacht de aard van de tewerkstelling. Het betrokken personeelslid blijft gedurende de opdracht juridisch en administratief behoren tot de terbeschikkingstellende instelling.

Afdeling 3 Andere bepalingen (... - ...)

Artikel II.15. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 96.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 96.
De woorden “dit hoofdstuk” zijn vervangen door de woorden “dit hoofdstuk en in artikel II.335, deel 4, titel 3, hoofdstuk 1, afdeling 1, deel 4, titel 4, hoofdstuk 3 en deel 5, titel 4, hoofdstuk 4”

Inhoud

De rechtspersonen verantwoordelijk voor een universiteit of een hogeschool kunnen slechts een beroep doen op de regelen inzake associaties indien zij lid zijn van een associatie die voldoet aan de voorwaarden die in dit hoofdstuk en in artikel II.335, deel 4, titel 3, hoofdstuk 1, afdeling 1, deel 4, titel 4, hoofdstuk 3 en deel 4, titel 4, hoofdstuk 4 worden bepaald.

Artikel II.16. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 112.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 112.
In het eerste lid is de opdeling in streepjes vervangen door een opdeling in 1° en 2°.

Inhoud

Partners die het voornemen hebben uit de associatie te treden, melden dit tijdig aan de associatie. Deze melding is tijdig indien zij als volgt gebeurt :

1°   voor de hogescholen : ten minste 2 jaar voor de uittredingsdatum;

2°   voor de universiteiten : ten minste 3 jaar voor de uittredingsdatum.

 

De uittreding van een universiteit of hogeschool wordt gemeld aan de Vlaamse Regering. Deze melding maakt gewag van de maatregelen die worden getroffen om nadelige gevolgen voor personeel en studenten te vermijden.

Artikel II.17. (01/09/2020- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 03/07/2020 Decreet over het onderwijs XXX 124.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 113.

Inhoud

...

Hoofdstuk 3 Zending (... - ...)

Artikel II.18. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 10.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 10, gewijzigd bij het integratiedecreet, artikel 13.
In paragraaf 2, derde lid, zijn de woorden “opleidingen organiseren in het studiegebied Audiovisuele en beeldende kunst of in het studiegebied Muziek en podiumkunsten” vervangen door de woorden “kunstopleidingen organiseren”.

Inhoud

§1. Hogescholen en universiteiten zijn, in het belang van de samenleving, werkzaam op het gebied van het hoger onderwijs.

 

§2. Universiteiten zijn werkzaam op het gebied van het wetenschappelijk onderzoek.

 

Hogescholen zijn werkzaam op het gebied van het praktijkgericht wetenschappelijk onderzoek. Binnen een School of Arts zijn hogescholen ook werkzaam op het gebied van het onderzoek in de kunsten, in samenwerking met een universiteit.

 

De ontwikkeling en de beoefening van de kunsten maken deel uit van de opdracht van de hogescholen die binnen een School of Arts kunstopleidingen organiseren.

 

De Hogere Zeevaartschool is werkzaam op het gebied van het praktijkgericht wetenschappelijk onderzoek en op het gebied van het wetenschappelijk onderzoek met betrekking tot de nautische wetenschappen.

 

§3. Hogescholen en universiteiten zijn werkzaam op het gebied van de maatschappelijke en wetenschappelijke dienstverlening en van de transfer van kennis voor de versterking van de innovatieve kracht van de maatschappelijke en economische sectoren.

 

§4. Ter vervulling van hun zending kunnen de hogescholen en de universiteiten alle rechtshandelingen stellen, inbegrepen het sluiten van overeenkomsten met personen van privaatrecht en publiekrecht.

Artikel II.19. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 18/05/1999 Decreet betreffende sommige instellingen van openbaar nut voor postinitieel onderwijs, wetenschappelijk onderzoek en wetenschappelijke dienstverlening 8.

Commentaar

ION-decreet, artikel 8.
De woorden “dit decreet” zijn vervangen door de woorden “deze codificatie” en de woorden “Vlerick School voor Management” zijn vervangen door de woorden “Vlerick Business School”.

Inhoud

Wordt in het kader van deze codificatie erkend als opdracht van de Vlerick Business School: het verstrekken van postinitieel onderwijs, het verrichten van wetenschappelijk onderzoek en het verstrekken van wetenschappelijke dienstverlening op het gebied van de managementwetenschappen.

Artikel II.20. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 18/05/1999 Decreet betreffende sommige instellingen van openbaar nut voor postinitieel onderwijs, wetenschappelijk onderzoek en wetenschappelijke dienstverlening 8bis.

Commentaar

ION-decreet, artikel 8bis, ingevoegd bij OD XVIII, artikel V.34 en gewijzigd bij OD XXI, artikel V.22.
De woorden “dit decreet” zijn vervangen door de woorden “deze codificatie”.

Inhoud

Wordt in het kader van deze codificatie erkend als opdracht van de Antwerp Management School : het verstrekken van postinitieel onderwijs, het verrichten van wetenschappelijk onderzoek en het verstrekken van wetenschappelijke dienstverlening op het gebied van de managementwetenschappen.

Artikel II.21. (01/01/2018- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 08/12/2017 Decreet houdende wijziging van het decreet van 30 april 2009 betreffende het secundair na secundair onderwijs en het hoger beroepsonderwijs en de Codex Hoger Onderwijs van 11 oktober 2013, wat betreft het hoger onderwijs 8.
Zie ook 18/05/1999 Decreet betreffende sommige instellingen van openbaar nut voor postinitieel onderwijs, wetenschappelijk onderzoek en wetenschappelijke dienstverlening 9.

Inhoud

Wordt in het kader van deze codificatie erkend als opdracht van het Instituut voor Tropische Geneeskunde : het verstrekken van postinitieel onderwijs, het verrichten van wetenschappelijk onderzoek en het verstrekken van wetenschappelijke dienstverlening op het gebied van tropische ziekten en de mondiale gezondheidszorg, met bijzondere aandacht voor laag- en middeninkomenslanden.

 

Artikel II.22. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 12/06/1991 Decreet betreffende de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap 169quater.

Commentaar

Universiteitendecreet, artikel 169quater, §3, gewijzigd bij het decreet van 7 december 2001 betreffende de herziening van de financiering van de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap en begeleidende bepalingen, artikel 12 en bij OD XIV, artikel V.37.

Inhoud

De opdracht van het IOB is het organiseren en verschaffen van postinitieel onderwijs, verrichten van wetenschappelijk onderzoek en verstrekken van wetenschappelijke dienstverlening op het gebied van de economische, politieke en sociale aspecten van het ontwikkelingsbeleid en –beheer.

 

De opdracht van het IES is het organiseren en verschaffen van postinitieel onderwijs, het verrichten van wetenschappelijk onderzoek en het verstrekken van wetenschappelijke dienstverlening op het gebied van Europese studies, onder meer door gebruik te maken van virtuele onderwijsplatformen.

 

De opdracht van het IJoS is het uitbouwen van een interdisciplinair en internationaal ingebed studiecentrum met als voorwerp de studie van het Jodendom in de breedste betekenis van de term en vanuit een veelheid aan benaderingen.

TITEL 2 Institutionele bepalingen (... - ...)

Hoofdstuk 1 Commissie Hoger Onderwijs (... - ...)

Afdeling 1 Oprichting en samenstelling (... - ...)

Artikel II.23. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 71.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 9.

Inhoud

§1. De Vlaamse Regering richt een Commissie Hoger Onderwijs op.

 

§2. De Commissie Hoger Onderwijs bestaat uit een vaste kern, die uit ten minste 3 en ten hoogste 5 leden bestaat, met inbegrip van de voorzitter van de commissie. De leden van de vaste kern zijn deskundig met betrekking tot het hoger onderwijs, met inbegrip van het hoger beroepsonderwijs.

 

§3. De vaste kern laat zich bij de uitvoering van haar opdracht, afhankelijk van het onderwerp, bijstaan door 1 van de volgende cellen van experten:

1°   de cel macrodoelmatigheid, bestaande uit ten minste 4 en ten hoogste 8 experten;

2°   de cel taalregeling, bestaande uit 4 experten;

3°   ....

 

De cel kwaliteitszorg hbo5-opleidingen wordt opgeheven als de algemene afbouw van de van rechtswege erkende hbo5-opleidingen, zoals vermeld in artikel 161, §2, 2°, van het decreet van 30 april 2009 betreffende het secundair na secundair onderwijs en het hoger beroepsonderwijs, start.

 

§4. De experten zijn deskundig op 1 of meer van de volgende gebieden:

1°   de cel macrodoelmatigheid: het hoger beroepsonderwijs, de professionele bachelor-opleidingen, de academische bachelor- en masteropleidingen, de kunstopleidingen, de arbeidsmarkt in relatie tot deze opleidingen;

2°   de cel taalregeling: de (onderwijs)taal in het hoger onderwijs, de positionering van het Vlaamse hoger onderwijs in een internationale context, de relatie ‘onderwijs – internationale arbeidsmarkt’, de democratisering hoger onderwijs;

3°  ....

 

§5. De Vlaamse Regering stelt de leden en de experten aan en regelt de werking van de Commissie Hoger Onderwijs.

 

Bij elke combinatie ‘vaste kern – cel van experten’ mag ten hoogste twee derden van de door de Vlaamse Regering aangestelde leden en experten van hetzelfde geslacht zijn.

 

§6. De Vlaamse Regering draagt er zorg voor dat de leden en de experten in onafhankelijkheid kunnen oordelen over de hen voorgelegde vragen.

Artikel II.24. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 25/04/2014 Decreet betreffende het onderwijs XXIV VI.1.
Gewijzigd bij 23/12/2016 Decreet tot wijziging van regelgeving over de taalexamenregeling van het personeel, de studiegebieden en de programmatieprocedure voor het secundair volwassenenonderwijs, de programmatie van opleidingen van het hoger beroepsonderwijs, een benoemingsstop voor het hoger beroepsonderwijs en de specifieke lerarenopleiding in de centra voor volwassenenonderwijs en bepaalde aspecten van alternerende opleidingen 69.
Gewijzigd bij 08/12/2017 Decreet houdende wijziging van het decreet van 30 april 2009 betreffende het secundair na secundair onderwijs en het hoger beroepsonderwijs en de Codex Hoger Onderwijs van 11 oktober 2013, wat betreft het hoger onderwijs 9.
Gewijzigd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 72.
Gewijzigd bij 01/03/2019 Decreet tot wijziging van de regelgeving betreffende het toezicht op en bepaalde organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 15.
Gewijzigd bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 5.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 9bis.

Inhoud

De Commissie Hoger Onderwijs heeft als opdracht:
1°   een oordeel uit te brengen over de macrodoelmatigheid van:
a)      opleidingen in het hoger beroepsonderwijs;
b)      nieuwe bachelor- of masteropleidingen overeenkomstig artikel II.153, §3;
2°   een oordeel uit te brengen over het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- of masteropleiding overeenkomstig artikel II.263;
3°   een oordeel uit te brengen over een vrijstelling van een equivalentievoorwaarde voor een anderstalige initiële bachelor- of masteropleiding overeenkomstig artikel II.264;
4°   een oordeel uit te brengen over een afwijking op de voorwaarde tot het aanbieden van een equivalente opleiding overeenkomstig artikel II.268;
5°   ...;
6°   ...;
7°   ...;
8°   ...;
9°   ...;
10° het verlenen van advies aan de Vlaamse Regering over het al dan niet bijdragen van een opleiding en instelling buiten de Europese Hoger Onderwijsruimte, aan de uitbouw van een wetenschappelijke discipline, vermeld in artikel 30 van het decreet van 8 juni 2007 betreffende de studiefinanciering van de Vlaamse Gemeenschap;
11° een oordeel uit te brengen over een aanvraag tot vrijstelling van de afbouw van een initiële bachelor- of masteropleiding, conform artikel II.153 van deze codex;
12° een oordeel uit te brengen over de aanvraag tot verandering van vestiging, conform artikel II.154 van deze codex;
13° het beoordelen van de aanvragen voor een relevantietoets, vermeld in artikel II.153/1, § 4, van deze codex, van nieuwe opleidingen die uitgaan van geregistreerde instellingen als vermeld in artikel II.6 van deze codex, en van de instellingen die de registratie aanvragen conform artikel II.6 van deze codex.

Artikel II.25. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 9/2.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 9/2, ingevoegd bij het HBO decreet, artikel 8.

Inhoud

De Commissie Hoger Onderwijs rapporteert jaarlijks vóór 1 mei aan het Vlaams Parlement over haar werkzaamheden van het voorgaande kalenderjaar.

Hoofdstuk 2 Accreditatieorganisatie (... - ...)

Afdeling 1 Aanwijzing en opdracht (... - ...)

Artikel II.26. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 6.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 9quater.

Inhoud

Een internationaal verdrag wijst de organisatie aan die overeenkomstig deel 2, titel 3, hoofdstuk 9, de toets nieuwe opleiding uitvoert, en die overeenkomstig deel 2, titel 3, hoofdstuk 9/1, de accreditatie verleent en de instellingsreview uitvoert.

De Vlaamse Regering geeft aan het Vlaams parlement kennis van het verdragsontwerp vóór de ondertekening ervan.

Artikel II.27. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 9quinquies.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 9quinquies, ingevoegd bij het Aanvullingsdecreet, artikel V.2 en gewijzigd bij het kwaliteitszorgdecreet, artikel 49.
In het derde lid zijn de woorden “artikel 9quater, eerste lid” vervangen door de woorden “artikel II.26, eerste lid”.

Inhoud

De accreditatieorganisatie legt in een reglement volgende bestuursbeginselen op exhaustieve wijze vast:

1°   de bestuursbeginselen die van toepassing zijn op de totstandkoming en de uitvoering van de beslissingen en reglementen die betrekking hebben op instellingen voor hoger onderwijs in de Vlaamse Gemeenschap. Ten minste worden beginselen opgenomen inzake onafhankelijkheid en onpartijdigheid, zorgvuldigheid en redelijkheid, formele motivering, openbaarheid, en rechtszekerheid, inzonderheid de wijze waarop onregelmatige beslissingen en reglementen kunnen worden ingetrokken;

2°   de bestuursbeginselen inzake de behandeling van vragen of bezwaren en opmerkingen van instellingen voor hoger onderwijs in de Vlaamse Gemeenschap of, desgevallend, van elke andere Belgische rechtspersoon of natuurlijke persoon. Inzonderheid wordt het recht geregeld om zich bij de behartiging van zijn belangen in het verkeer met de accreditatieorganisatie te laten bijstaan door een raadsman.

 

Het reglement richt zich naar de gemeenschappelijke grond van het bestuursrecht geldend binnen de partijen bij het in artikel II.26, eerste lid, bedoelde internationaal verdrag.

 

Het reglement houdt op uitwerking te hebben indien het niet bij decreet is bekrachtigd binnen een termijn van 1 jaar vanaf de inwerkingtreding van het reglement. De bekrachtiging werkt terug tot deze laatste datum.

Artikel II.28. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 7.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 9sexies.

Inhoud

Elk uitvoerbaar reglement van de accreditatieorganisatie betreffende de procedure volgens dewelke in het hoger onderwijs in de Vlaamse Gemeenschap de instellingsreview wordt uitgevoerd, de besluiten die de instellingsreview afronden, worden genomen, de accreditatie wordt verleend en/of de toets nieuwe opleidingen wordt uitgevoerd, wordt bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.

De accreditatiebesluiten en de besluiten die de instellingsreview afronden worden bij uittreksel bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad. Het uittreksel betreft de essentiële elementen van het dispositief. De toetsingsbesluiten bij een toets nieuwe opleiding, de accreditatiebesluiten en de besluiten die de instellingsreview afronden, samen met de onderliggende beoordelingsrapporten zijn openbaar. Ze worden integraal gepubliceerd op de website van de accreditatieorganisatie.

 

Artikel II.29. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 9septies.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 9septies, ingevoegd bij het Aanvullingsdecreet, artikel V.2 en gewijzigd bij het kwaliteitszorgdecreet, artikel 5 en 49.

Inhoud

De accreditatieorganisatie staat in voor de bewaring van volgende documenten :

1°   de accreditatiebesluiten en de accreditatierapporten, en de stukken op grond waarvan deze zijn uitgebracht;

2°   de toetsingsrapporten inzake de toets nieuwe opleiding, en de stukken op grond waarvan deze zijn uitgebracht;

3°   de besluiten die de instellingsreview afronden, de rapporten van de instellingsreviews en de stukken op grond waarvan ze zijn opgemaakt.

 

De in het eerste lid bedoelde documenten worden in goede, geordende en toegankelijke staat bewaard voor een periode van ten minste 8 jaar.

 

De bewaring geschiedt elektronisch, fotografisch of op papier.

Artikel II.29/1. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Ingevoegd bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 8.

Inhoud

De Vlaamse Regering kan met inachtname van artikel 1.2 van het verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Vlaamse Gemeenschap van België inzake de accreditatie van opleidingen binnen het Nederlandse en het Vlaamse hoger onderwijs, ondertekend te Den Haag op 3 september 2003, de accreditatieorganisatie belasten met de volgende bijkomende opdracht: studie en advies inzake de samenwerking tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Vlaamse Gemeenschap op het vlak van het hoger onderwijs in het algemeen.

Artikel II.29/2. (01/01/2023- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Ingevoegd bij 30/06/2023 Decreet Programmadecreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begrotingsaanpassing 2023 14.

Inhoud

De Vlaamse Regering financiert, binnen de perken van het verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Vlaamse Gemeenschap van België inzake de accreditatie van opleidingen binnen het Nederlandse en het Vlaamse hoger onderwijs, ondertekend te Den Haag op 3 september 2003 en van de Vlaamse begroting, de werking van de accreditatieorganisatie.

De accreditatieorganisatie kan het gedeelte van de toegekende financiële ondersteuning dat de aanvaarde kosten overschrijdt, aanwenden voor de aanleg van reserves van maximaal 20% van het maximale jaarlijkse subsidiebedrag. De totale gecumuleerde reserves mogen maximaal 50% van het maximale jaarlijkse subsidiebedrag bedragen. De accreditatieorganisatie rapporteert jaarlijks over de reservevorming.

Artikel II.30. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 9octies.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 9octies, ingevoegd bij het Aanvullingsdecreet, artikel V.2 en gewijzigd bij het kwaliteitszorgdecreet, artikel 49.
Het woord “zijn” is vervangen door het woord “haar”.

Inhoud

De accreditatieorganisatie rapporteert jaarlijks over haar werkzaamheden aan het Vlaams Parlement.

Artikel II.31. (01/09/2024- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 01/03/2019 Decreet tot wijziging van de regelgeving betreffende het toezicht op en bepaalde organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 16.
Gewijzigd bij 20/12/2019 Decreet programmadecreet bij de begroting 2020 50.
Gewijzigd bij 19/04/2024 Decreet over het onderwijs XXXIV 131.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 9nonies.

Inhoud

Deze onderafdeling is van toepassing op:
1°   de personeelsleden, die door een statuut of een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur verbonden zijn aan :
a)    de diensten van het Vlaams Parlement;
b)    de erkende politieke groepen, of de voorzitters van die groepen, van de wetgevende vergaderingen van de Staat en van de Gemeenschappen of de Gewesten;
c)    de Vlaamse Interuniversitaire Raad;
d)    de Vlaamse Hogescholenraad;
e)    een associatie;
f)     een universiteit in de Vlaamse Gemeenschap;
g)    een universitair ziekenhuis, behoudens indien dit is opgericht onder de vorm van een Vlaamse openbare instelling;
h)   een hogeschool in de Vlaamse Gemeenschap;
i)     de Vlerick Business School;
j)      het Instituut voor Tropische Geneeskunde;
k)    de Antwerp Management School;
l)     de Evangelische Theologische Faculteit Leuven;
m) de Faculteit voor Protestantse Theologie en Religiestudies in Brussel;
n)   de Vlaamse Universiteiten en Hogescholen Raad;
o) de diensten van de Vlaamse overheid.
2°   de vastbenoemde of tot de proeftijd toegelaten personeelsleden bedoeld in :
a)    artikel 2, §1, van het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van bepaalde personeelsleden van het Gemeenschapsonderwijs;
b)    artikel 4, §1, van het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding;
c)    artikel 61 van het decreet van 8 mei 2009 betreffende de kwaliteit van onderwijs.

Artikel II.32. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 9decies.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 9decies, ingevoegd bij het Aanvullingsdecreet, artikel V.2 en gewijzigd bij het decreet van 29 juni 2012 betreffende de noodzakelijke bepalingen voor de organisatie van het onderwijs, artikel V.2 en bij het kwaliteitszorgdecreet, artikel 49.
In paragraaf 2 zijn de woorden “aan een voltijds verlof” vervangen door de woorden “met een voltijds verlof”.

Inhoud

§1. Aan een personeelslid wordt op zijn verzoek een verlengbaar of hernieuwbaar bijzonder verlof toegekend voor het uitoefenen van taken :

1°   als Vlaams waarnemer bij een buitenlandse accreditatieorganisatie die in aanmerking komt om bij verdrag als accreditatieorganisatie te worden aangeduid;

2°   ten behoeve van de werking van de accreditatieorganisatie.

 

Het personeelslid kan dit verlof voltijds, of, binnen het volume en de voorwaarden bepaald door de Vlaamse Regering, deeltijds opnemen.

 

§2. Het bijzonder verlof is uitgeput eens een totale gecumuleerde duur van 10 jaar bereikt is. Voor de toepassing van deze bepaling wordt een deeltijds verlof met een voltijds verlof gelijkgesteld. Dit bijzonder verlof kan eenmalig met een periode van ten hoogste 5 jaar verlengd worden als de betrokkene binnen die periode de pensioengerechtigde leeftijd bereikt.

 

§3. Het bijzonder verlof eindigt uiterlijk op de laatste dag van de maand die volgt op die waarin de tewerkstelling bij de accreditatieorganisatie een einde neemt.

Artikel II.33. (01/12/2021- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 20/12/2019 Decreet programmadecreet bij de begroting 2020 51.
Gewijzigd bij 08/07/2022 Decreet over diverse maatregelen voor het onderwijs 76.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 9undecies.

Inhoud

Gedurende de periode(n) van bijzonder verlof betaalt de accreditatieorganisatie de personeelskost terug aan de instelling van oorsprong.

Onverminderd het eerste lid worden personeelsleden, bedoeld in artikel II.31, 1°, o) en 2°, c), verloond door de entiteit van oorsprong, in de bij de accreditatieorganisatie gebruikelijke loonschaal.

 

Artikel II.34. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 9duodecies.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 9duodecies, ingevoegd bij het Aanvullingsdecreet, artikel V.2.

Inhoud

Gedurende de periode(n) van bijzonder verlof :

1°   wordt het personeelslid beschouwd als zijnde in dienstactiviteit, indien de rechtspositieregeling van het personeelslid deze administratieve stand kent;

2°   behoudt het personeelslid zijn rechten inzake bevordering.

Artikel II.35. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 9terdecies.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 9terdecies, ingevoegd bij het Aanvullingsdecreet, artikel V.2 en gewijzigd bij het kwaliteitszorgdecreet, artikel 49.
In paragraaf 2 zijn de woorden “artikel 136, §3, 137, §3 en 158, §3 van het hogescholendecreet” vervangen door de woorden “artikel V.156, §3, V.157, §3 en V.180, §3”.

Inhoud

§1. Het personeelslid waarvan het bijzonder verlof eindigt, kan in de instelling van oorsprong het oorspronkelijke ambt, of, in geval van contractuele tewerkstelling, een gelijkwaardige functie opnemen.

 

Het personeelslid geniet bij zijn wederindiensttreding het salaris, de mandaatsvergoeding, de haard- of standplaatstoelage, het jaarlijks vakantiegeld, de eindejaarstoelage, evenals alle vergoedingen, toelagen of bijwedden verbonden aan het oorspronkelijke ambt, desgevallend mandaat, of, in geval van contractuele tewerkstelling, de oorspronkelijke functie. De periode van tewerkstelling bij de accreditatieorganisatie wordt daarbij in aanmerking genomen voor de berekening van de geldelijke en dienstanciënniteit.

 

§2. Het bijzonder verlof wordt beschouwd als mandaatsperiode voor wat betreft de opbouw van het recht bedoeld in artikel V.156, §3, V.157, §3 en V.180, §3.

Hoofdstuk 3 De Vlaamse Universiteiten en Hogescholen Raad (... - ...)

Artikel II.36. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 9quater decies.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 9quater decies, ingevoegd bij OD XIX, artikel V.31.
De woorden “vóór eind 2009” zijn niet opgenomen in de codificatie en de woorden “dit decreet” zijn vervangen door de woorden “dit hoofdstuk” en het woord “moeten” is niet opgenomen in de codificatie.

Inhoud

Onder de benaming de Vlaamse Universiteiten en Hogescholen Raad (VLUHR) richten de hogescholen, de universiteiten en de associaties in de Vlaamse Gemeenschap een vereniging zonder winstoogmerk op waarvan de statuten voldoen aan de in dit hoofdstuk bepaalde voorwaarden.

 

Artikel II.37. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 73.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 9quinquies decies.

Inhoud

§1. De VLUHR verstrekt adviezen en doet voorstellen aan de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, en aan de Vlaamse minister, bevoegd voor wetenschap en innovatie. De VLUHR kan ook overleg onder de hogescholen, universiteiten of associaties organiseren. Het overleg, de adviezen en de voorstellen betreffen alle aangelegenheden die de Vlaamse hogescholen, universiteiten en associaties aanbelangen.

§2. De VLUHR is bevoegd voor de externe kwaliteitsbeoordelingen in de instellingen zoals bepaald in artikel II.122. De VLUHR kan daartoe een verzelfstandigd orgaan oprichten.

De leden van het verzelfstandigd orgaan, vermeld in het eerste lid, moeten expertise hebben met betrekking tot kwaliteitszorg van opleidingen van het hoger beroepsonderwijs, het hoger professioneel onderwijs en het academisch onderwijs.

§3. Op vraag van de Vlaamse Regering en de Commissie Hoger Onderwijs verstrekt de VLUHR adviezen in diverse materies.

§4. De VLUHR moet ook aspecten zoals internationalisering, ontwikkelingssamenwerking en wetenschap en innovatie op volwaardige manier aan bod laten komen binnen zijn werking.

§5. De VLUHR fungeert als forum voor interassociatieoverleg.

Artikel II.38. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 9sexies decies.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 9sexies decies, ingevoegd bij OD XIX, artikel V.31.

Inhoud

§1. De VLUHR vertegenwoordigt alle hogescholen, alle universiteiten en alle associaties in de Vlaamse Gemeenschap.

 

§2. De VLUHR kan andere natuurlijke personen of rechtspersonen uitnodigen om zijn vergaderingen bij te wonen.

Artikel II.39. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 9septies decies.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 9septies decies, ingevoegd bij OD XIX, artikel V.31.

Inhoud

De VLUHR bezorgt jaarlijks vóór 1 juni een verslag van de activiteiten van het afgesloten kalenderjaar aan de Vlaamse Regering en het Vlaams Parlement. De jaarrekening maakt deel uit van dit activiteitenverslag.

Hoofdstuk 4 De Vlaamse Interuniversitaire Raad (... - ...)

Artikel II.40. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 21/12/1976 Decreet houdende organisatie van de Vlaamse interuniversitaire samenwerking 1.

Commentaar

VLIR-decreet, artikel 1, gewijzigd bij het decreet van 23 juni 2006 houdende aanpassing van diverse decreten aan de nieuwe benaming van de wetgevende vergaderingen van de gemeenschappen en gewesten, artikel 9
In het eerste lid zijn de woorden “de instellingen, aangeduid in artikel 2” vervangen door de woorden “de universiteiten, bedoeld in artikel II.2”, zijn de woorden “instelling van openbaar nut” vervangen door de woorden “stichting van openbaar nut” en zijn de woorden “dit decreet” vervangen door de woorden “dit hoofdstuk” en is het woord “moeten” niet opgenomen in de codificatie.
In het tweede lid zijn de woorden “artikel 59bis, §2 van de Grondwet” vervangen door de woorden “artikel 127, §1 van de Grondwet”, zijn de woorden “deze instelling” vervangen door de woorden “de raad”, is het woord “zij” telkens vervangen door het woord “hij” en is de zinsnede “de minister tot wiens bevoegdheid het universitair onderwijs of het wetenschapsbeleid behoort” vervangen door de zinsnede “de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs of de Vlaamse minister, bevoegd voor wetenschap en innovatie.
In het derde lid zijn de woorden “universitaire instellingen” vervangen door het woord “universiteiten”.
In het vierde lid zijn de woorden “De bevoegde Minister” vervangen door de woorden “De Vlaamse Regering”.

Inhoud

Door de universiteiten, bedoeld in artikel II.2, wordt onder de benaming Vlaamse Interuniversitaire Raad een stichting van openbaar nut opgericht waarvan de statuten voldoen aan de voorwaarden bepaald in dit hoofdstuk.

 

Binnen de perken gesteld door artikel 127, §1 van de Grondwet, verstrekt de raad adviezen en doet hij voorstellen aan de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, of de Vlaamse minister, bevoegd voor wetenschap en innovatie. Daarenboven kan hij overleg onder de universitaire instellingen organiseren.

 

Het overleg, de adviezen en voorstellen betreffen alle aangelegenheden die de samenwerking onder de Vlaamse universiteiten aanbelangen.

 

De Vlaamse Regering brengt het Vlaams Parlement op de hoogte van de ontvangst van alle adviezen en voorstellen.

Artikel II.41. (01/09/2024- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 19/04/2024 Decreet over het onderwijs XXXIV 132.
Zie ook 21/12/1976 Decreet houdende organisatie van de Vlaamse interuniversitaire samenwerking 2.

Inhoud

De Vlaamse Interuniversitaire Raad bestaat uit de volgende leden die de universiteiten vertegenwoordigen:
1°   de Universiteit Gent, de Katholieke Universiteit Leuven, de Vrije Universiteit Brussel, en de Universiteit Antwerpen, worden ieder vertegenwoordigd door 2 stemgerechtigde leden : de rector en een ander lid, dat door de raad van beheer of de Raad van de universiteit wordt afgevaardigd;
2°   de Universiteit Hasselt wordt vertegenwoordigd door 1 stemgerecht lid : de rector.

De universiteiten kunnen beslissen om de Raad uit te breiden met niet-stemgerechtigde leden.

Het mandaat van de stemgerechtigde en niet-stemgerechtigde leden eindigt door de herroeping van hun voordracht door de instelling die zij vertegenwoordigen.

 

Artikel II.42. (01/09/2024- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 19/04/2024 Decreet over het onderwijs XXXIV 133.
Zie ook 21/12/1976 Decreet houdende organisatie van de Vlaamse interuniversitaire samenwerking 3.

Inhoud

In de schoot van de Vlaamse Interuniversitaire Raad kiezen de leden, voor de duur van 2 jaar, onder de leden-rectoren één voorzitter en één ondervoorzitter.

Artikel II.43. (01/09/2024- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 16/06/2017 Decreet betreffende het onderwijs XXVII VI.3.
Gewijzigd bij 19/04/2024 Decreet over het onderwijs XXXIV 134.
Zie ook 21/12/1976 Decreet houdende organisatie van de Vlaamse interuniversitaire samenwerking 4.

Inhoud

De Raad kan slechts beraadslagen, indien ten minste 4 van de 5 in artikel II.41 genoemde instellingen vertegenwoordigd en ten minste 6 stemgerechtigde leden van de Raad aanwezig zijn.

Beslissingen worden genomen met een meerderheid gevormd door twee derde van het aantal stemmen van de aanwezige leden.

Aan voorstellen of adviezen van de Raad kunnen minderheidsnota's worden toegevoegd.

Artikel II.44. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 21/12/1976 Decreet houdende organisatie van de Vlaamse interuniversitaire samenwerking 5.

Commentaar

VLIR-decreet, artikel 5
De zinsnede “de ministers tot wier bevoegdheid het universitair onderwijs of het wetenschapsbeleid behoort” is vervangen door de zinsnede “de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, en van de Vlaamse minister, bevoegd voor wetenschap en innovatie”.

Inhoud

Een afgevaardigde van de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, en van de Vlaamse minister, bevoegd voor wetenschap en innovatie, kan de vergaderingen van de Raad bijwonen.

Artikel II.45. (01/09/2024- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 19/04/2024 Decreet over het onderwijs XXXIV 135.
Zie ook 21/12/1976 Decreet houdende organisatie van de Vlaamse interuniversitaire samenwerking 6.

Inhoud

De Vlaamse Interuniversitaire Raad bepaalt zijn reglement van orde en zijn vestigingsplaats. 

Artikel II.46. (01/09/2024- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 19/04/2024 Decreet over het onderwijs XXXIV 136.
Zie ook 21/12/1976 Decreet houdende organisatie van de Vlaamse interuniversitaire samenwerking 7.

Inhoud

§1. De universiteiten, bedoeld in artikel II.2, sluiten een overeenkomst, waarbij bepaald wordt dat de werking van de Vlaamse Interuniversitaire Raad zal mogelijk gemaakt worden door jaarlijkse eigen bedragen waarvan de bedragen proportioneel zullen zijn met de door de Staat verleende werkingstoelagen.

§2. De werkingsmiddelen van de Vlaamse Interuniversitaire Raad kunnen verhoogd worden door toelagen vanwege de overheid, door schenkingen en giften en door welkdanige inkomsten voortkomend uit zijn werking of zijn patrimonium.

 

Artikel II.47. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 21/12/1976 Decreet houdende organisatie van de Vlaamse interuniversitaire samenwerking 8.

Commentaar

VLIR-decreet, artikel 8, gewijzigd bij het decreet van 23 juni 2006 houdende aanpassing van diverse decreten aan de nieuwe benaming van de wetgevende vergaderingen van de gemeenschappen en gewesten , artikel 10.

Inhoud

Elk jaar brengt de Raad uiterlijk op 1 maart bij het Vlaams Parlement verslag uit over de werkzaamheden van de instelling.

Hoofdstuk 5 De Vlaamse Hogescholenraad (... - ...)

Artikel II.48. (01/09/2015- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 19/06/2015 Decreet betreffende het onderwijs XXV IV.40.
Zie ook 07/07/1998 Decreet betreffende de organisatie van de Vlaamse Hogescholenraad 2.

Commentaar

VLHORA-decreet, artikel 2, gewijzigd bij het Aanvullingsdecreet, artikel V.97.
De woorden “het decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap” zijn vervangen door de woorden “artikel II.3”, de woorden “dit decreet” zijn vervangen door de woorden “dit hoofdstuk” en de woorden “moet voldoen” zijn vervangen door het woord “voldoet”.

Inhoud

De hogescholen, bedoeld in artikel II.3, richten onder de benaming Vlaamse Hogescholenraad, afgekort VLHORA, een stichting van openbaar nut op waarvan de statuten voldoen aan de voorwaarden bepaald in dit hoofdstuk.

Artikel II.49. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 07/07/1998 Decreet betreffende de organisatie van de Vlaamse Hogescholenraad 3.

Commentaar

VLHORA-decreet, artikel 3.

Inhoud

Binnen de perken gesteld door artikel 127 van de Grondwet, doet de VLHORA voorstellen aan de Vlaamse Regering. Daarenboven kan hij overleg onder de hogescholen organiseren.

 

Het overleg en de voorstellen betreffen alle aangelegenheden die de Vlaamse hogescholen aanbelangen.

Artikel II.50. (01/09/2015- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 19/06/2015 Decreet betreffende het onderwijs XXV IV.41.
Zie ook 07/07/1998 Decreet betreffende de organisatie van de Vlaamse Hogescholenraad 4.

Commentaar

VLHORA-decreet, artikel 4, gewijzigd bij OD XIV, artikel V.21 en bij het Aanvullingsdecreet, artikel V.98.
In paragraaf 1 zijn de woorden “artikel 2” vervangen door de woorden “artikel II.48”.

Inhoud

§ 1. De raad van bestuur van de VLHORA bestaat uit de algemeen directeurs van alle in artikel II.48 bedoelde hogescholen, tenzij het hogeschoolbestuur tot een andere vaste afvaardiging beslist.

§ 2. De raad van bestuur bepaalt in de statuten de wijze van aanduiding en de duur van de mandaten van de voorzitter en de ondervoorzitter.

§ 3. Afgevaardigden van de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, en van de Vlaamse minister, bevoegd voor wetenschap en innovatie, kunnen de vergaderingen van de raad van bestuur bijwonen.

Artikel II.51. (01/09/2015- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 19/06/2015 Decreet betreffende het onderwijs XXV IV.42.
Zie ook 07/07/1998 Decreet betreffende de organisatie van de Vlaamse Hogescholenraad 5.

Commentaar

VLHORA-decreet, artikel 5.

Inhoud

De raad van bestuur kan slechts geldig beslissen indien ten minste de helft plus 1 van de leden aanwezig of vertegenwoordigd is.

Bij besluitvorming wordt gestreefd naar consensus. Op vraag van een lid kan worden gestemd, waarbij beslissingen worden genomen met een meerderheid gevormd door 3/4 van het aantal stemmen van de aanwezige en de vertegenwoordigde leden. Aan voorstellen van de VLHORA kunnen minderheidsnota's worden toegevoegd.

Artikel II.52. (01/09/2015- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 19/06/2015 Decreet betreffende het onderwijs XXV IV.43.
Zie ook 07/07/1998 Decreet betreffende de organisatie van de Vlaamse Hogescholenraad 6.

Commentaar

VLHORA-decreet, artikel 6.

Inhoud

De VLHORA stelt zijn statuten op en bepaalt zijn vestigingsplaats. De Vlaamse Regering keurt de statuten goed.

Artikel II.53. (01/09/2015- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 19/06/2015 Decreet betreffende het onderwijs XXV IV.44.
Zie ook 07/07/1998 Decreet betreffende de organisatie van de Vlaamse Hogescholenraad 7.

Commentaar

VLHORA-decreet, artikel 7, paragraaf 1 en paragraaf 3, gewijzigd bij het Aanvullingsdecreet, artikel II.90.
Paragraaf 3 is in de codificatie hernummerd tot paragraaf 2.

Inhoud

§ 1. De VLHORA betrekt zijn werkingsmiddelen rechtstreeks of onrechtstreeks uit de jaarlijkse bijdragen van de hogescholen. De bijdragen zijn proportioneel aan de jaarlijkse werkingsuitkeringen die de Vlaamse Gemeenschap aan de hogescholen verleent.

§ 2. De werkingsmiddelen van de VLHORA kunnen verhoogd worden door toelagen vanwege de overheid, door schenkingen of giften en door inkomsten voortkomend uit zijn werking of zijn patrimonium.

Artikel II.54. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 07/07/1998 Decreet betreffende de organisatie van de Vlaamse Hogescholenraad 8.

Commentaar

VLHORA-decreet, artikel 8.

Inhoud

De VLHORA voert een economische dubbele boekhouding. De VLHORA maakt ieder jaar een begroting op van zijn ontvangsten en uitgaven, evenals de rekeningen van het afgesloten kalenderjaar. De boekhouding en de jaarrekeningen worden onderworpen aan de controle en het toezicht van een revisor. De VLHORA bezorgt elk jaar voor 1 oktober de begroting van het daaropvolgende kalenderjaar aan de Vlaamse Regering. De VLHORA bezorgt elk jaar de rekeningen van het afgesloten kalenderjaar vóór 1 juli aan de Vlaamse Regering.

Artikel II.55. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 07/07/1998 Decreet betreffende de organisatie van de Vlaamse Hogescholenraad 9.

Commentaar

VLHORA-decreet, artikel 9.

Inhoud

De VLHORA bezorgt jaarlijks vóór 1 juli aan de Vlaamse Regering een verslag van de activiteiten van het afgesloten kalenderjaar.

Artikel II.56. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 07/07/1998 Decreet betreffende de organisatie van de Vlaamse Hogescholenraad 10.

Commentaar

VLHORA-decreet, artikel 10, gewijzigd bij OD XIV, artikel V.22.

Inhoud

De personeelsleden van de hogescholen kunnen mits hun akkoord belast worden met een opdracht in de VLHORA. De VLHORA sluit daartoe een overeenkomst met de hogeschool en het personeelslid.

 

Bedoelde overeenkomst bepaalt ten minste de duurtijd van de overeenkomst, de salarisschaal waarop het personeelslid recht heeft en de wijze van verrekening van de personeelskost aan de VLHORA.

 

De personeelsleden kunnen bezoldigd worden met een niet-verworven salarisschaal. De bezoldiging van de secretaris-generaal van de VLHORA bestaat uit de salarisschaal van gewoon hoogleraar. De VLHORA bepaalt aan de hand van de vigerende salarisschalen de salarisschalen van de andere personeelsleden.

 

De benoemde personeelsleden belast met een opdracht in de VLHORA behouden hun statutaire rechten als personeelslid van de hogeschool en blijven deel uitmaken van de personeelsformatie van deze hogeschool. Op het ogenblik dat de opdracht in de VLHORA een einde neemt, belast het hogeschoolbestuur hen met een opdracht en worden zij bezoldigd met de salarisschaal verbonden aan het ambt dat zij in de hogeschool bekleden.

TITEL 3 Structuur van het hoger onderwijs (... - ...)

Hoofdstuk 1 Definities en doelstellingen van opleidingen en graden (... - ...)

Artikel II.57. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 74.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 11.
Zie ook 13/07/1994 Decreet betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap 305.

Inhoud

Het hoger onderwijs omvat opleidingen die leiden tot de graad van gegradueerde, de graad van bachelor en de graad van master. Het hoger onderwijs omvat ook de opleidingen die kunnen afgesloten worden met een postgraduaatgetuigschrift. Bovendien wordt in het hoger onderwijs ook de graad van doctor verleend.

 

Aan een instelling voor hoger onderwijs kan geen secundair onderwijs of aanvullend beroepsonderwijs georganiseerd worden.

 

Artikel II.58. (01/09/2023- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 08/12/2017 Decreet houdende wijziging van het decreet van 30 april 2009 betreffende het secundair na secundair onderwijs en het hoger beroepsonderwijs en de Codex Hoger Onderwijs van 11 oktober 2013, wat betreft het hoger onderwijs 10.
Gewijzigd bij 23/11/2023 Decreet tot opheffing van meerdere onderwijsbepalingen 77.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 12.

Inhoud

§ 1. Het hoger beroepsonderwijs is hoger onderwijs dat beroepsgericht is, dat gefinancierd of gesubsidieerd wordt door de Vlaamse Gemeenschap en dat georganiseerd wordt door instellingen voor voltijds secundair onderwijs en hogescholen.

Een opleiding van het hoger beroepsonderwijs leidt tot een erkende onderwijskwalificatie van kwalificatieniveau 5, die bestaat uit minstens één erkende beroepskwalificatie van kwalificatieniveau 5.

§2. Bacheloropleidingen zijn ofwel professioneel gericht ofwel academisch gericht. Masteropleidingen zijn academisch gericht maar kunnen daarenboven een professionele gerichtheid hebben.

§3. Professionele gerichtheid houdt in dat de opleidingen gericht zijn op de algemene vorming en de verwerving van professionele kennis en competenties, gestoeld op de toepassing van wetenschappelijke of artistieke kennis, creativiteit en praktijkkennis.

Meer in het bijzonder hebben professioneel gerichte bacheloropleidingen tot doel de studenten te brengen tot een niveau van algemene en specifieke kennis en competenties nodig voor de zelfstandige uitoefening van een beroep of groep van beroepen.

§4. Academische gerichtheid houdt in dat de opleidingen gericht zijn op de algemene vorming en op de verwerving van academische of artistieke kennis en competenties eigen aan het functioneren in een domein van de wetenschappen of van de kunsten. Academisch gerichte opleidingen zijn op wetenschappelijk onderzoek gebaseerd.

Meer in het bijzonder hebben de academisch gerichte bacheloropleidingen tot doel de studenten te brengen tot een niveau van kennis en competenties eigen aan het wetenschappelijk of artistiek functioneren in het algemeen en aan een specifiek domein van de wetenschappen of de kunsten in het bijzonder,met als doelstelling het doorstromen naar een masteropleiding of het uitstromen naar de arbeidsmarkt.

§5. De masteropleidingen hebben tot doel de studenten te brengen tot een gevorderd niveau van kennis en competenties eigen aan het wetenschappelijk of artistiek functioneren in het algemeen en aan een specifiek domein van de wetenschappen of de kunsten in het bijzonder, dat noodzakelijk is voor de autonome beoefening van de wetenschappen of de kunsten of voor de aanwending van wetenschappelijke of artistieke kennis in de zelfstandige uitoefening van een beroep of groep van beroepen.

§6. Een masteropleiding wordt afgesloten met een masterproef, waarvan de studieomvang uitgedrukt in studiepunten gelijk is aan ten minste 1/5 van het totaal aantal studiepunten van het opleidingsprogramma, met een minimum van 15 studiepunten en een maximum van 30 studiepunten.

§7. De voorbereiding van een doctoraatsproefschrift heeft tot doel de vorming van een onderzoeker die op een zelfstandige wijze een bijdrage kan leveren aan de ontwikkeling en de groei van de wetenschappelijke kennis; het proefschrift moet blijk geven van het vermogen tot de creatie van nieuwe wetenschappelijke kennis in een bepaald vakgebied of over vakgebieden heen op grond van zelfstandig wetenschappelijk onderzoek met inbegrip van de kunsten en het proefschrift moet kunnen leiden tot wetenschappelijke publicaties.

§8. Hierna wordt onder 'hoger professioneel onderwijs' verstaan de professioneel gerichte bacheloropleidingen en onder 'academisch onderwijs' de academisch gerichte bacheloropleidingen, de masteropleidingen en de voorbereiding van het doctoraatsproefschrift.

Hoofdstuk 2 Opleidingenaanbod (... - ...)

Artikel II.59. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 75.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 14.

Inhoud

§1. De hogescholen bieden in het hoger beroepsonderwijs opleidingen aan die leiden tot de graad van gegradueerde.

§2. De hogescholen bieden in het hoger professioneel onderwijs opleidingen aan die leiden tot de graad van bachelor.

§3. De hogescholen bieden binnen een School of Arts opleidingen aan in de studiegebieden Audiovisuele en beeldende kunst, en Muziek en podiumkunsten die:
1°   in het hoger beroepsonderwijs leiden tot de graad van gegradueerde;
2°   in het hoger professioneel onderwijs leiden tot de graad van bachelor;
3°   in het academisch onderwijs leiden tot de graad van bachelor of de graad van master;

§4. De Hogere Zeevaartschool biedt in het studiegebied Nautische wetenschappen opleidingen aan die:
1°   in het hoger beroepsonderwijs leiden tot de graad van gegradueerde;
2°   in het hoger professioneel onderwijs leiden tot de graad van bachelor;
3°   in het academisch onderwijs leiden tot de graad van bachelor of de graad van master.

Artikel II.60. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 15.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 15.

Inhoud

De universiteiten bieden in het academisch onderwijs opleidingen aan die leiden tot de graad van bachelor of de graad van master.

Artikel II.61. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 16.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 16.
De woorden “dit decreet” zijn vervangen door de woorden “dit deel” en de woorden “artikel 17, §1” zijn vervangen door de woorden “artikel II.62, §1”.

Inhoud

De universiteiten en hogescholen bieden binnen de perken van de hun bij dit deel toegewezen onderwijsbevoegdheid de specifieke en gereglementeerde opleidingen aan die kunnen afgesloten worden met een postgraduaatgetuigschrift zoals bedoeld in artikel II.62, §1, of met een diploma van de overeenstemmende beroepstitel.

Artikel II.62. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 76.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 17.

Inhoud

§1. Postgraduaatgetuigschriften kunnen door de hogescholen en de universiteiten uitgereikt worden na de succesvolle voltooiing van opleidingstrajecten met de studieomvang van ten minste 20 studiepunten. Het gaat om opleidingstrajecten die in het kader van de verdere professionele vorming, een verbreding c.q. verdieping beogen van de competenties verworven bij de voltooiing van een bachelor- of masteropleiding of van een opleiding van het hoger beroepsonderwijs.

§2. De universiteiten en hogescholen organiseren in het kader van permanente vorming kortere opleidingstrajecten met het oog op de bij- en nascholing.

Ze bepalen zelf of in gemeenschappelijk overleg het kwalificatie- en certificeringskader voor deze na- en bijscholingen en maken dit openbaar.

Artikel II.63. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 77.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 17bis.

Inhoud

§1. Opleidingen van het hoger beroepsonderwijs sluiten aan bij het secundair onderwijs.

 

§2. De opleidingen van het hoger beroepsonderwijs hebben een studieomvang van 90 of 120 studiepunten.

Artikel II.64. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 18.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 18.

Inhoud

§1. Bacheloropleidingen sluiten aan bij het secundair onderwijs.

 

§2. De studieomvang van een bacheloropleiding bedraagt ten minste 180 studiepunten.

 

§3. In afwijking van paragraaf 1 en 2 kunnen hogescholen in het hoger professioneel onderwijs bacheloropleidingen aanbieden waarvan de studieomvang ten minste 60 studiepunten bedraagt en die volgen op een andere bacheloropleiding.

Artikel II.65. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 19.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 19.

Inhoud

§1. Masteropleidingen sluiten aan op bacheloropleidingen in het academisch onderwijs of volgen op andere masteropleidingen.

 

§2. De studieomvang van een masteropleiding bedraagt ten minste 60 studiepunten.

Hoofdstuk 3 Opleidingsprogramma (... - ...)

Artikel II.66. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 30/04/2004 Decreet betreffende de flexibilisering van het hoger onderwijs in Vlaanderen en houdende dringende hogeronderwijsmaatregelen 4.

Commentaar

Flexibiliseringsdecreet, artikel 4, gewijzigd bij het decreet van 30 april 2009 betreffende het secundair na secundair onderwijs en het hoger beroepsonderwijs, artikel 142 en OD XXI, artikel V.56.

Inhoud

Een opleiding heeft een studieomvang van 60 studiepunten of een veelvoud daarvan, met uitzondering van een opleiding van het hoger beroepsonderwijs en de masteropleidingen, waarvoor een veelvoud van 30 mogelijk is.

Artikel II.66/1. (01/09/2023- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Ingevoegd bij 08/12/2017 Decreet houdende wijziging van het decreet van 30 april 2009 betreffende het secundair na secundair onderwijs en het hoger beroepsonderwijs en de Codex Hoger Onderwijs van 11 oktober 2013, wat betreft het hoger onderwijs 11.
Gewijzigd bij 01/03/2019 Decreet tot wijziging van de regelgeving betreffende het toezicht op en bepaalde organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 17.
Gewijzigd bij 15/07/2022 Decreet over de instroom en het optimaliseren van de studie-efficiëntie in het hoger onderwijs en overige organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 4.

Inhoud

De studieomvang van een afstudeerrichting bedraagt:
1° voor de opleidingen van het hoger beroepsonderwijs: ten minste een zesde en maximum de helft van de totale studieomvang van de opleiding. De differentiatie is gebaseerd op de erkende beroepskwalificaties die behoren tot de onderwijskwalificatie;
2° voor de initiële bacheloropleidingen van het hoger professioneel onderwijs, met uitzondering van de opleidingen in de studiegebieden Audiovisuele en beeldende kunst en Muziek en podiumkunsten, die:
a) al aangeboden worden vóór het academiejaar 2018-2019: ten minste 60 studiepunten en ten hoogste 150 studiepunten;
b) nieuw aangeboden worden vanaf het academiejaar 2019-2020: ten minste 60 studiepunten en ten hoogste 120 studiepunten;
3° voor de bachelor-na-bacheloropleidingen van het hoger professioneel onderwijs: ten minste 30 studiepunten;
4° voor de bachelor- en masteropleidingen van het academisch onderwijs, met uitzondering van de bachelor- en de masteropleidingen in de studiegebieden Audiovisuele en beeldende kunst en Muziek en podiumkunsten en van de masteropleidingen in de studiegebieden Geneeskunde en Tandheelkunde : ten minste 30 studiepunten en ten hoogste 120 studiepunten;
5° voor de bachelor- en masteropleidingen van het hoger professioneel en academisch onderwijs in de studiegebieden Audiovisuele en beeldende kunst en Muziek en podiumkunsten: ten minste 30 studiepunten;
6° voor de masteropleidingen in de studiegebieden Geneeskunde en Tandheelkunde : ten minste 30 studiepunten.

De Vlaamse Regering maakt uiterlijk tegen 31 december 2023 een evaluatie waaruit moet blijken of de maximumgrens van 120 studiepunten, vermeld in het eerste lid, 2°, b), veralgemeend kan worden voor alle initiële professionele-bacheloropleidingen.

Artikel II.66/2. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Ingevoegd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 78.

Inhoud

Elke graduaatsopleiding bevat een relevant aandeel werkplekleren. Als minimale norm geldt een derde van de studieomvang.

Artikel II.67. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 30/04/2004 Decreet betreffende de flexibilisering van het hoger onderwijs in Vlaanderen en houdende dringende hogeronderwijsmaatregelen 5.

Commentaar

Flexibiliseringsdecreet, artikel 5, gewijzigd bij OD XX, artikel V.25, OD XXI, artikel V.57 en het kwaliteitszorgdecreet, artikel 49.
In het vierde lid is het woord “onderwijsregeling” vervangen door het woord “onderwijsreglement”.
In het vijfde lid zijn de woorden zijn de woorden “Het accreditatieorgaan” telkens vervangen door de woorden “De accreditatieorganisatie, is het woord “zijn” telkens vervangen door het woord “haar” en zijn de woorden “artikel 60 van het decreet van 4 april 2003 betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen” vervangen door de woorden “artikel II.147”.

Inhoud

Het instellingsbestuur bepaalt voor elke opleiding een opleidingsprogramma dat bestaat uit een samenhangend geheel van opleidingsonderdelen.

 

Bij de vaststelling van het opleidingsprogramma leeft het instellingsbestuur de bij of krachtens de wet, het decreet of de Europese richtlijnen vastgelegde voorwaarden na die de toegang tot bepaalde ambten of beroepen reguleren.

 

De Vlaamse Regering kan bij besluit nadere regels vastleggen voor de toepassing van deze bepalingen.

 

Wat betreft de opleidingen die leiden tot de beroepen van arts, huisarts, verantwoordelijk algemeen ziekenverple(e)g(st)er, tandarts, dierenarts, vroedvrouw, apotheker en architect leeft het instellingsbestuur bij de vaststelling van het opleidingsprogramma de vereisten na bepaald in de Europese richtlijn 2005/36/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 september 2005 betreffende de erkenning van beroepskwalificaties. De instellingsbesturen geven in hun onderwijsreglement duidelijk aan hoe zij in hun opleidingsprogramma’s beantwoorden aan de voorwaarden uiteengezet in de richtlijn.

 

De accreditatieorganisatie bevestigt in haar accreditatierapport en in haar accreditatiebesluit, bedoeld in artikel II.147, of het instellingsbestuur bij het vaststellen van de opleidingsprogramma’s de betreffende Europese richtlijn al dan niet heeft nageleefd. De accreditatieorganisatie neemt dat besluit op grond van de gepubliceerde externe beoordeling van de opleiding.

 

De Vlaamse Regering publiceert de Europese richtlijn 2005/36/EG van 7 september 2005 betreffende de erkenning van beroepskwalificaties, inclusief de bijlagen in het Belgisch Staatsblad.

Artikel II.68. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 79.
Zie ook 30/04/2004 Decreet betreffende de flexibilisering van het hoger onderwijs in Vlaanderen en houdende dringende hogeronderwijsmaatregelen 5bis.

Inhoud

De instelling schrijft voor elke opleiding en voor elk opleidingsonderdeel leerresultaten uit.

Op basis van de niveaudescriptoren zoals bepaald in artikel II.141, schrijven de instellingen onder coördinatie van de Vlaamse Hogescholenraad en de Vlaamse Interuniversitaire Raad daarenboven gezamenlijk de domeinspecifieke leerresultaten uit. Zij waarborgen de toepassing van Vlaamse, federale en internationale regelgeving over beroepsuitoefening.

Die beschrijving van de domeinspecifieke leerresultaten wordt gevalideerd door de accreditatieorganisatie.

De Vlaamse Regering kan daarvoor nadere regels uitwerken.

De in het tweede lid vermelde opmaak van domeinspecifieke leerresultaten geldt niet voor de graad van doctor.

De domeinspecifieke leerresultaten voor de opleidingen van het hoger beroepsonderwijs komen tot stand volgens de procedure, vermeld in artikel 15/2 van het decreet van 30 april 2009 betreffende de kwalificatiestructuur.

Artikel II.69. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 30/04/2004 Decreet betreffende de flexibilisering van het hoger onderwijs in Vlaanderen en houdende dringende hogeronderwijsmaatregelen 6.

Commentaar

Flexibiliseringsdecreet, artikel 6.

Inhoud

Het instellingsbestuur drukt de studieomvang van elk opleidingsonderdeel uit in gehele studiepunten.

 

De studieomvang van een opleidingsonderdeel bedraagt ten minste 3 studiepunten.

Artikel II.70. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 30/04/2004 Decreet betreffende de flexibilisering van het hoger onderwijs in Vlaanderen en houdende dringende hogeronderwijsmaatregelen 7.

Commentaar

Flexibiliseringsdecreet, artikel 7.

Inhoud

Het instellingsbestuur kan een opleiding of een opleidingsonderdeel geheel of gedeeltelijk in de vorm van afstandsonderwijs aanbieden.

 

Het instellingsbestuur ontwikkelt daartoe geschikt studie- en leermateriaal en organiseert daartoe geschikte begeleiding.

Hoofdstuk 4 Studiegebieden, graden en titels (... - ...)

Artikel II.71. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 25/04/2014 Decreet betreffende het onderwijs XXIV VI.2.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 23.

Inhoud

§1. De hogescholen kunnen in het hoger beroepsonderwijs en in het hoger professioneel onderwijs opleidingen organiseren en de overeenstemmende graden van gegradueerde respectievelijk van bachelor verlenen in of over de volgende studiegebieden :
1°   Architectuur;
2°   Gezondheidszorg;
3°   Industriële wetenschappen en technologie;
4°   Biotechniek;
5°   Onderwijs;
6°   Sociaal-agogisch werk;
7°   Handelswetenschappen en bedrijfskunde.

§2. De hogescholen kunnen binnen een School of Arts in het hoger beroepsonderwijs, in het hoger professioneel onderwijs en in het academisch onderwijs opleidingen aanbieden en de overeenstemmende diploma's van gegradueerde, de overeenstemmende graden van bachelor, respectievelijk van bachelor en master verlenen in de volgende studiegebieden:
1°   Audiovisuele en beeldende kunst;
2°   Muziek en podiumkunsten.

§ 3. De Hogere Zeevaartschool kan in het hoger beroepsonderwijs, in het hoger professioneel onderwijs en in het academisch onderwijs opleidingen aanbieden en de overeenstemmende graden van respectievelijk gegradueerde, van bachelor en van bachelor en master verlenen in het studiegebied Nautische wetenschappen.

§4. Met ingang van het academiejaar 2013-2014 dragen de hogescholen hun bevoegdheid inzake het aanbieden van academische opleidingen en het verlenen van de overeenstemmende graden van bachelor en master in de volgende studiegebieden over aan de universiteit van de associatie:
1°   Architectuur;
2°   Gezondheidszorg;
3°   Industriële wetenschappen en technologie;
4°   Biotechniek;
5°   Productontwikkeling;
6°   Toegepaste taalkunde;
7°   Handelswetenschappen en bedrijfskunde.

Met ingang van het academiejaar 2013-2014 kunnen de hogescholen in het academisch onderwijs niet langer opleidingen aanbieden en de overeenstemmende graden van bachelor en master verlenen in de in het eerste lid vermelde studiegebieden.

Artikel II.72. (01/09/2021- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 18/12/2020 Decreet Programmadecreet bij de begroting 2021 25.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 23bis.

Inhoud

De professioneel gerichte opleidingen "bachelor in de audiovisuele technieken: beeld, geluid en montage" en "bachelor in de audiovisuele technieken: assistentie", gerangschikt in het studiegebied Industriële wetenschappen en technologie en aangeboden door de Erasmushogeschool Brussel, worden vanaf het academiejaar 2013-2014 samengevoegd tot 1 opleiding, namelijk de professioneel gerichte opleiding "bachelor in de audiovisuele kunsten". Deze opleiding wordt gerangschikt in het studiegebied Audiovisuele en beeldende kunst van het hoger professioneel onderwijs.

 

De academisch gerichte opleidingen "bachelor in de conservatie-restauratie" en "master in de conservatie-restauratie", gerangschikt in het studiegebied Audiovisuele en beeldende kunst en aangeboden door de Artesis Hogeschool Antwerpen worden vanaf het academiejaar 2013-2014 gerangschikt in het studiegebied Conservatie-restauratie in het academisch onderwijs.

 

De academisch gerichte opleidingen "bachelor in het milieu- en preventiemanagement" en "master in het milieu-en preventiemanagement", gerangschikt in het studiegebied Gezondheidszorg en aangeboden door de HUB-EHSAL, worden vanaf het academiejaar 2013-2014 gerangschikt in het studiegebied Sociale gezondheidswetenschappen in het academisch onderwijs.

De volgende professioneel gerichte bacheloropleidingen, gerangschikt in het studiegebied Handelswetenschappen en bedrijfskunde, worden vanaf het academie- jaar 2021-2022 gerangschikt in het studiegebied Industriële wetenschappen en technologie van het hoger professioneel onderwijs:
1° bachelor in de toegepaste informatica; 2° bachelor of Applied Computer Science;
3° bachelor of Applied Information Technology.

Artikel II.73. (01/09/2017- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 16/06/2017 Decreet betreffende het onderwijs XXVII VI.4.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 24.

Inhoud

§1. De universiteiten kunnen in het academisch onderwijs opleidingen aanbieden en de overeenstemmende graden van bachelor en master verlenen in of over de volgende studiegebieden:

1°   Wijsbegeerte en moraalwetenschappen;

2°   Godgeleerdheid, godsdienstwetenschappen en kerkelijk recht;

3°   Taal- en letterkunde;

4°   Geschiedenis;

5°   Archeologie en kunstwetenschappen;

6°   Rechten, notariaat en criminologische wetenschappen;

7°   Psychologie en pedagogische wetenschappen;

8°   Economische en toegepaste economische wetenschappen;

9°   Politieke en sociale wetenschappen;

10°Sociale gezondheidswetenschappen;

11°Bewegings- en revalidatiewetenschappen;

12°Wetenschappen;

13°Toegepaste wetenschappen;

14°Toegepaste biologische wetenschappen;

15°Geneeskunde;

16°Tandheelkunde;

17°Diergeneeskunde;

18°Farmaceutische wetenschappen;

19°Biomedische wetenschappen;

20°Verkeerskunde.

 

Vanaf het academiejaar 2013-2014 kunnen de universiteiten in het academisch onderwijs ook opleidingen aanbieden en de overeenstemmende graden van bachelor en master verlenen in of over de volgende studiegebieden:

1°   Architectuur;

2°   Industriële wetenschappen en technologie;

3°   Biotechniek;

4°   Productontwikkeling;

5°   Toegepaste taalkunde;

6°   Handelswetenschappen en bedrijfskunde;

7°   Conservatie-restauratie.

 

§2. De universiteiten die krachtens het bepaalde in artikel II.78 tot II.82 in bepaalde studiegebieden enkel bacheloropleidingen mogen aanbieden, kunnen slechts in of over deze studiegebieden heen in het academisch onderwijs masteropleidingen aanbieden die alleen openstaan voor diegene die al een masteropleiding heeft voltooid en kunnen slechts de overeenstemmende graden van master verlenen indien zij hierover een samenwerkingsovereenkomst sluiten met een andere universiteit die krachtens artikel II.77 tot II.82 in het betrokken studiegebied of over de betrokken studiegebieden heen masteropleidingen kan aanbieden. Voor de toepassing van deze paragraaf worden de transnationale Universiteit Limburg en de Universiteit Hasselt als 1 universiteit beschouwd.

 

§3. De universiteiten kunnen de graad van doctor verlenen in of over de studiegebieden of delen van studiegebieden heen waarin zij krachtens artikel II.78 tot II.82 de bevoegdheid hebben tot het aanbieden van opleidingen die leiden tot de graad van master.

 

De universiteiten die in bepaalde studiegebieden of delen van studiegebieden enkel bacheloropleidingen kunnen aanbieden, kunnen de graad van doctor verlenen in of over deze studiegebieden of delen van studiegebieden heen op voorwaarde dat de openbare verdediging van het proefschrift zoals bedoeld in artikel II.251 gebeurt voor een interuniversitaire jury die wordt samengesteld in overleg met een universiteit die krachtens artikel II.78 tot II.82 in het betrokken studiegebied of deel van een studiegebied masteropleidingen kan aanbieden.

 

§4. De universiteit waaraan een hogeschool de bevoegdheid, vermeld in artikel II.71, §4, heeft overgedragen, oefent die bevoegdheid uit conform de bepalingen, vermeld in artikel II.78 tot en met II.82.

 

§5. De universiteit treedt na de overdracht van de bevoegdheden, vermeld in artikel II.71, §4, in de rechten en verplichtingen van de hogeschool die haar bevoegdheden heeft overgedragen aan de universiteit, en dit ten aanzien van de overgedragen bevoegdheden, met inbegrip van de aan de betrokken opleidingen gerelateerde onderzoekscontracten en contracten in het kader van de maatschappelijke dienstverlening.

 

§6. Naar aanleiding van de overdracht van de desbetreffende opleidingen sluiten de hogeschool en de universiteit een overeenkomst waarin ten minste afspraken gemaakt worden over de overdracht, de ter beschikking stelling en het gebruik van infrastructuur en onroerende goederen, en over financiële aangelegenheden.

 

Voor wat betreft het luik financiering bevat de overeenkomst ten minste een regeling over een eventuele overdracht tussen de hogeschool en universiteit van een deel van de werkingsuitkeringen voor de periode vanaf de start van het academiejaar 2013-2014 tot en met 31 december 2013.

 

In functie van de samenwerking tussen een universiteit en een hogeschool met betrekking tot de overgenomen opleidingen kan voor de periode vanaf 1 januari 2014 in de overeenkomst bepaald worden welk deel van de werkingsuitkering van de universiteit bestemd blijft als werkingsuitkering voor de hogeschool. In de overeenkomst worden daartoe de algemene principes van die samenwerking vastgelegd en de jaarlijkse invulling ervan wordt via de begroting van de hogeschool en universiteit gerealiseerd.

 

§7. De universiteiten voorzien in aangepaste overgangs- en begeleidingsmaatregelen, opdat studenten die vóór het academiejaar 2013-2014 gestart zijn in een academische opleiding aan een hogeschool, die met ingang van het academiejaar 2013-2014 overgedragen wordt naar een universiteit, hun opleiding kunnen voltooien. Dat betekent minimaal dat:

1°   de universiteit de credits die de student verworven heeft in de desbetreffende opleiding in de hogeschool en de studiepunten waarvoor de student gedelibereerd is, overneemt. Die credits en gedelibereerde studiepunten worden geacht verworven of gedelibereerd te zijn in de ontvangende universiteit;

2°   de universiteit de vrijstellingen voor een opleidingsonderdeel of voor een deel ervan overneemt die de student verkregen heeft voor de desbetreffende opleiding.

 

Voor het academiejaar 2013-2014 maken de universiteit en de hogeschool gezamenlijk afspraken over de toepassing van artikel II.222, 7°, 9° en 10°. Bij gebrek aan een overeenkomst tussen de twee partijen neemt de universiteit ten minste gedurende het academiejaar 2013-2014 het examenreglement met betrekking tot artikel II.222, 7°, 9° en 10°, die van toepassing is op het moment van de overdracht, over voor die studenten die vóór het academiejaar 2013-2014 gestart zijn in een academische hogeschoolopleiding.

 

§8. ...

Artikel II.74. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 24ter.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 24ter, ingevoegd bij het Aanvullingsdecreet, artikel V.5 en vervangen bij het integratiedecreet, artikel 19.
De woorden “artikel 32 tot en met 53” zijn vervangen door de woorden “artikel II.83 tot en met II.101”.

Inhoud

Een universiteit kan in of over de studiegebieden Audiovisuele en beeldende kunst, Muziek en podiumkunsten, en Nautische wetenschappen, of in of over delen van die studiegebieden heen de graad van doctor verlenen als het doctoraatsproject ingebed is in een gemeenschappelijke onderzoeksomgeving van de universiteit en 1 of meer hogescholen. De betrokken hogescholen hebben krachtens artikel II.83 tot en met II.101 de bevoegdheid om binnen het bedoelde studiegebied opleidingen aan te bieden die leiden tot de graad van master.

 

Artikel II.75. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 17/06/2016 Decreet betreffende het onderwijs XXVI VII.1.
Gewijzigd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 81.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 25.

Inhoud

§1. Alleen diegene aan wie overeenkomstig deze codificatie de graad van bachelor, master of doctor (doctor of philosophy met afkorting PhD of dr) is verleend met of zonder nadere specificatie, is gerechtigd tot het voeren van de overeenkomstige titel van bachelor, master of doctor met of zonder nadere specificatie.

De personen die in het bezit zijn van een diploma van een Nederlandse bachelor- of masteropleiding dat overeenkomstig het Protocol tot wijziging van het Verdrag tussen de Vlaamse Gemeenschap van België en het Koninkrijk der Nederlanden inzake de accreditatie van opleidingen binnen het Nederlandse en het Vlaamse hoger onderwijs, ondertekend te Den Haag op 12 december 2012 en te Brussel op 16 januari 2013, goedgekeurd bij decreet van 29 november 2013, gelijk werd gesteld met de overeenkomstige Vlaamse bachelor- of masteropleiding, zijn gerechtigd tot het voeren van de overeenkomstige titel van bachelor of master met of zonder de in Nederland wettige specificatie.

De personen die in het bezit zijn van een buitenlands diploma van hoger onderwijs dat in toepassing van artikel II.255, § 1, bij besluit van de Vlaamse Regering als gelijkwaardig werd erkend met de graad van bachelor, master of doctor, zijn gerechtigd tot het voeren van de overeenkomstige titel van bachelor, master of doctor met of zonder de in het land van oorsprong wettige specificatie.

De personen die in het bezit zijn van een buitenlandse diploma van hoger onderwijs dat in toepassing van artikel II.255, § 2, als gelijkwaardig werd erkend met de graad van bachelor of master, zijn gerechtigd tot het voeren van de overeenkomstige titel van bachelor of master met of zonder de in het land van oorsprong wettige specificatie.

§2. Alleen volgende personen kunnen de titel van licentiaat voeren:
1°   de houders van de graad van master in de opleidingen en studiegebieden waarvoor paragraaf 3 niet van toepassing is;
2°   de personen aan wie deze titel is verleend door een daartoe op grond van de onderwijsregelgeving bevoegde instelling;
3° de personen die in het bezit zijn van een diploma van een Nederlandse masteropleiding dat overeenkomstig het Protocol tot Wijziging van het Verdrag tussen de Vlaamse Gemeenschap van België en het Koninkrijk der Nederlanden inzake de accreditatie van opleidingen binnen het Nederlandse en het Vlaamse hoger onderwijs, ondertekend te Den Haag op 12 december 2012 en te Brussel op 16 januari 2013, goedgekeurd bij decreet van 29 november 2013, gelijk werd gesteld met de overeenkomstige Vlaamse masteropleiding;
4° de personen die in het bezit zijn van een buitenlands diploma van een masteropleiding onderwijs dat in toepassing van artikel II.255, § 1, bij besluit van de Vlaamse Regering als gelijkwaardig werd erkend met de graad van master;
5° de personen die in het bezit zijn van een buitenlandse diploma van een masteropleiding dat in toepassing van artikel II. 255, § 2, als gelijkwaardig werd erkend met de graad van master.

§3. Alleen volgende personen kunnen de titel van gegradueerde voeren:
1°   houders van de graad van bachelor in de opleidingen en studiegebieden bedoeld in artikel II.71, §1, en waarop paragraaf 2 niet van toepassing is;
2°   de personen aan wie deze titel is verleend door een daartoe op grond van de onderwijsregelgeving bevoegde instelling.
3°   houders van het diploma of de graad van gegradueerde (in het Engels vertaald als associate degree), uitgereikt in het hoger beroepsonderwijs.

§4. Alleen personen aan wie de graad van geaggregeerde werd verleend door een daartoe op grond van de onderwijsregelgeving bevoegde instelling, mogen de titel van geaggregeerde voeren.

§5. Degene aan wie op grond van een examen aan een niet in de Vlaamse Gemeenschap gevestigde instelling voor hoger onderwijs een graad is verleend van bachelor, master of doctor (doctor of philosophy, met afkorting PhD of dr) en die gerechtigd is die graad in het betreffende land als titel te voeren, is eveneens gerechtigd die graad als titel te voeren in de Vlaamse Gemeenschap op dezelfde wijze als in het betreffende land met aanduiding van de instelling van hoger onderwijs die de graad heeft verleend.

§6. Diegene die zonder daartoe gerechtigd te zijn de graden van bachelor of master met of zonder specificatie of doctor (doctor of philosophy met afkorting PhD of dr) of de graden en titels genoemd in paragraaf 2, 3 en in artikel II.76 verleent, wordt gestraft met een gevangenisstraf van 8 dagen tot 3 maanden en met een boete van 125 tot 500 euro of slechts met 1 van die straffen.

§7. Diegene die zonder daartoe gerechtigd te zijn de titel van bachelor of master met of zonder nadere specificatie of doctor (doctor of philosophy met afkorting PhD of dr) of de graden en titels genoemd in paragraaf 2, 3 en in artikel II.76 voert in strijd met deze codificatie, wordt gestraft met een boete van 125 tot 500 euro.

§8. De toevoeging van de specificaties “of Arts”, “of Science”, “of Laws”, “of Medicine”, “of Veterinary Science”, “of Veterinary Medicine” of “of Philosophy” en de afkortingen, vermeld in artikel II.77, genieten dezelfde bescherming als de graad zelf en de met de graad verbonden titel.

§9. De afkorting 'ing' is voorbehouden voor diegene die gerechtigd is tot het voeren van de titel van industrieel ingenieur.

§10. De afkorting 'ir' is voorbehouden voor diegene die gerechtigd is tot het voeren van de titel van burgerlijk ingenieur, burgerlijk ingenieur-architect of bio-ingenieur.

§ 11. De personen die in het bezit zijn van een diploma van een Nederlandse masteropleiding dat overeenkomstig het Protocol tot wijziging van het Verdrag tussen de Vlaamse Gemeenschap van België en het Koninkrijk der Nederlanden inzake de accreditatie van opleidingen binnen het Nederlandse en het Vlaamse hoger onderwijs, ondertekend te Den Haag op 12 december 2012 en te Brussel op 16 januari 2013, goedgekeurd bij decreet van 29 november 2013, gelijk werd gesteld met de overeenkomstige Vlaamse masteropleiding, en die in Nederland er toe gerechtigd zijn de afkorting `ing' of `ir' vóór of na hun naam te plaatsen, zijn er toe gerechtigd deze afkorting ook in Vlaanderen te gebruiken.

Artikel II.76. (01/10/2013- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 17/02/2017 tot vaststelling van de lijst van de bachelor- en masteropleidingen en afstudeerrichtingen binnen een masteropleiding met een bijkomende titel
Zie ook 15/12/2017 tot vaststelling van de lijst van de bachelor- en masteropleidingen en afstudeerrichtingen binnen een masteropleiding met een bijkomende titel
Zie ook 07/12/2018 tot vaststelling van de lijst van de bachelor- en masteropleidingen en afstudeerrichtingen binnen een masteropleiding met een bijkomende titel

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 25.
Zie ook 04/05/2016 Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de lijst van de bachelor- en masteropleidingen en afstudeerrichtingen binnen een masteropleiding met een bijkomende titel 1.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 25, paragraaf 2 en 3, gewijzigd bij het Aanvullingsdecreet, artikel V.6 en OD XXI, artikel V.29
Paragraaf 2 en 3 zijn hernummerd tot paragraaf 1 en 2.
In paragraaf 1, eerste lid, is de opdeling in streepjes vervangen door een opdeling in 1° en 2°.
In paragraaf 2, eerste lid, is de opdeling in streepjes vervangen door een opdeling in 1° tot en met 13°.
In paragraaf 2, eerste lid, 5° zijn de woorden “Audio-visuele” aan elkaar geschreven.

Inhoud

§1. Diegene die gerechtigd is de titel van bachelor te voeren mag naast die titel ook 1 van hierna genoemde titels voeren indien hij in het genoemde studiegebied de door de Vlaamse Regering bepaalde opleiding heeft voltooid:

1°   Gezondheidszorg: vroedvrouw, verantwoordelijk algemeen ziekenverple(e)g(st)er;

2°   Sociaal-agogisch werk: maatschappelijk assistent.

 

De personen aan wie de in het eerste lid bedoelde titels zijn verleend door een daartoe op grond van de onderwijsregelgeving bevoegde instelling, zijn tevens gerechtigd deze titels te voeren.

 

§2. Diegene die ertoe gerechtigd is de titel van master te voeren mag naast die titel ook 1 van de hierna genoemde titels voeren indien hij in het genoemde studiegebied de door de Vlaamse Regering bepaalde opleiding of afstudeerrichting binnen een opleiding heeft voltooid:

1°   Architectuur : architect en interieurarchitect;

2°   Industriële wetenschappen en technologie : industrieel ingenieur;

3°   Biotechniek : industrieel ingenieur;

4°   Handelswetenschappen en bedrijfskunde : handelsingenieur;

5°   Audiovisuele en beeldende kunst : meester;

6°   Muziek en podiumkunsten : meester;

7°   Economische en toegepaste economische wetenschappen : handelsingenieur;

8°   Toegepaste wetenschappen : burgerlijk ingenieur en burgerlijk ingenieur-architect;

9°   Toegepaste biologische wetenschappen : bio-ingenieur;

10°Geneeskunde : arts;

11°Tandheelkunde : tandarts;

12°Diergeneeskunde : dierenarts;

13°Farmaceutische wetenschappen : apotheker.

 

Indien de opleiding gerangschikt is over 2 of meer studiegebieden waarvan ten minste 1 hiervoor genoemd is, dan mag diegene die ertoe gerechtigd is de titel van master te voeren naast die titel ook 1 van de hiervoor genoemde titels voeren indien hij binnen deze opleiding een door de Vlaamse Regering bepaalde afstudeerrichting heeft voltooid.

 

De personen aan wie de in het eerste lid bedoelde titels zijn verleend door een daartoe op grond van de onderwijsregelgeving bevoegde instelling, zijn tevens gerechtigd deze titels te voeren.

 

Artikel II.77. (01/10/2018- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 07/12/2018 tot vaststelling van de lijst van de bachelor- en mastergraden in het academisch onderwijs waaraan de specificatie "of Arts", "of Science", "of Laws", "of Medicine", "of Veterinary Science", "of Veterinary Medicine" of "of Philosophy" mag worden toegevoegd

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 08/12/2017 Decreet houdende wijziging van het decreet van 30 april 2009 betreffende het secundair na secundair onderwijs en het hoger beroepsonderwijs en de Codex Hoger Onderwijs van 11 oktober 2013, wat betreft het hoger onderwijs 12.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 13.

Inhoud

In de lijst, vermeld in artikel II.170, § 2, legt de Vlaamse Regering, met het oog op de internationale herkenbaarheid, de bachelor- en mastergraden in het academisch onderwijs vast waaraan de specificatie "of Arts", "of Science", "of Laws", "of Medicine", "of Veterinary Science", "of Veterinary Medicine" of "of Philosophy" toegevoegd mag worden.

De onderstaande afkortingen zijn voor de volgende categorieën voorbehouden:
1°   Ba voor diegene die gerechtigd is tot het voeren van de graad van bachelor;
2°   Ma voor diegene die gerechtigd is tot het voeren van de graad van master;
3°   BA voor diegene die gerechtigd is tot het voeren van de graad van bachelor met de specificatie “of Arts”;
4°   MA voor diegene die gerechtigd is tot het voeren van de graad van master met de specificatie “of Arts”;
5°   BSc voor diegene die gerechtigd is tot het voeren van de graad van bachelor met de specificatie “of Science”;
6°   MSc voor diegene die gerechtigd is tot het voeren van de graad van master met de specificatie “of Science”;
7°   LL.B voor diegene die gerechtigd is tot het voeren van de graad van bachelor met de specificatie “of Laws”;
8°   LL.M voor diegene die gerechtigd is tot het voeren van de graad van master met de specificatie “of Laws”;
9°   MMed voor diegene die gerechtigd is tot het voeren van de graad van master met de specificatie “of Medicine”;
10°BVetSc voor diegene die gerechtigd is tot het voeren van de graad van bachelor met de specificatie “of Veterinary Science”;
11°MVetMed voor diegene die gerechtigd is tot het voeren van de graad van master met de specificatie “of Veterinary Medicine”;
12°MPhil voor diegene die gerechtigd is tot het voeren van de graad van master met de specificatie “of Philosophy”.

Hoofdstuk 5 Onderwijsbevoegdheid (... - ...)

Artikel II.78. (01/09/2017- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 29/01/2016 tot erkenning van de master-na-masteropleiding Master of Deglutology als nieuwe opleiding van de Katholieke Universiteit Leuven

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 22/05/2015 Besluit van de Vlaamse Regering tot overdracht van de onderwijsbevoegdheid van de Katholieke Universiteit Leuven van de vestiging Oostende naar de vestiging Brugge 1.
Gewijzigd bij 22/05/2015 Besluit van de Vlaamse Regering tot overdracht van de onderwijsbevoegdheid van de Katholieke Universiteit Leuven van de vestiging Oostende naar de vestiging Brugge 1.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 27.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 27, gewijzigd bij het Minidecreet, artikel 15, het integratiedecreet, artikel 21 en OD XXIII, artikel V.46.
In paragraaf 1, punt 1° is tussen de woorden “bachelor en master” en de woorden “worden verleend” het woord “kunnen” ingevoegd.
In paragraaf 1, punt 18°, zijn de woorden “kunnen verleend worden” vervangen door de woorden “kunnen worden verleend”.
In paragraaf 1, punt 19°, zijn de woorden “verleend kunnen worden” vervangen door de woorden “kunnen worden verleend”.
In paragraaf 3, punt 5°, 6° en 7° is de eerste letter van het studiegebied met een hoofdletter geschreven.

Inhoud

§1. De Katholieke Universiteit Leuven kan in het administratief arrondissement Leuven academisch gerichte opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in of over de volgende studiegebieden of delen van studiegebieden:

1°   Wijsbegeerte en moraalwetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

2°   Godgeleerdheid, godsdienstwetenschappen en kerkelijk recht, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

3°   Taal- en letterkunde, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

4°   Geschiedenis, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

5°   Archeologie en kunstwetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

6°   Rechten, notariaat en criminologische wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

7°   Psychologie en pedagogische wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

8°   Economische en toegepaste economische wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

9°   Politieke en sociale wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

10°Sociale gezondheidswetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

11°Bewegings- en revalidatiewetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

12°Wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

13°Toegepaste wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

14°Toegepaste biologische wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

15°Geneeskunde, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

16°Tandheelkunde, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

17°Farmaceutische wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

18°Biomedische wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

19°Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend.

 

§2. Op het grondgebied van de stad Kortrijk kan de Katholieke Universiteit Leuven academisch gerichte opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in of over de volgende studiegebieden of delen van studiegebieden:

1°   Taal- en letterkunde, waarvoor de graad van bachelor kan worden verleend;

2°   Geschiedenis, waarvoor de graad van bachelor kan worden verleend;

3°   Rechten, waarvoor de graad van bachelor kan worden verleend;

4°   Wetenschappen, waarvoor de graad van bachelor kan worden verleend;

5°   Geneeskunde, waarvoor de graad van bachelor kan worden verleend;

6°   Toegepaste economische wetenschappen, waarvoor de graad van bachelor kan worden verleend;

7°   Biomedische wetenschappen, waarvoor de graad van bachelor kan worden verleend;

8°   Onderwijskunde, waarvoor de graad van bachelor kan worden verleend.

 

§3. In de vestiging Brussel-Hoofdstad kan de Katholieke Universiteit Leuven academisch gerichte opleidingen aanbieden en de graden die daarop betrekking hebben, verlenen in of over de volgende studiegebieden of delen van studiegebieden:

1°   Architectuur, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

2°   Sociale gezondheidswetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

3°   Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

4°   Toegepaste taalkunde, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

5°   Rechten, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend. Daarbij kan de graad van master enkel en alleen verleend worden als het een master-na-masteropleiding betreft;

6°   Taal- en letterkunde, waarvoor de graad van bachelor kan worden verleend;

7°   Economische en toegepaste economische wetenschappen, waarvoor de graad van bachelor kan worden verleend.

 

§4. In de vestiging Gent kan de Katholieke UniversiteIt Leuven academisch gerichte opleidingen aanbieden en de graden die daarop betrekking hebben, verlenen in of over de volgende studiegebieden of delen van studiegebieden :

1°   Architectuur, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

2°   Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend.

 

§5. ...

 

§6. In de vestiging Geel kan de Katholieke Universiteit Leuven academisch gerichte opleidingen aanbieden en de graden die daarop betrekking hebben, verlenen in of over de volgende studiegebieden of delen van studiegebIeden:

1°   Biotechniek, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

2°   Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend.

 

§7. In de vestiging Diepenbeek kan de Katholieke Universiteit Leuven academisch gerichte opleidingen aanbieden en de graden die daarop betrekking hebben, verlenen in of over het studiegebied of delen van het studiegebied Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend.

 

§8. In de vestiging Aalst kan de Katholieke Universiteit Leuven academisch gerichte opleidingen aanbieden en de graden die daarop betrekking hebben, verlenen in of over het studiegebied of delen van het studiegebied Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend.

 

§9. In de vestiging Antwerpen kan de Katholieke Universiteit Leuven academisch gerichte opleidingen aanbieden en de graden die daarop betrekking hebben, verlenen in of over de volgende studiegebieden of delen van studiegebieden:

1°   Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

2°   Toegepaste taalkunde, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend.

 

§10. In de vestiging Sint-Katelijne-Waver kan de Katholieke Universiteit Leuven academisch gerichte opleidingen aanbieden en de graden die daarop betrekking hebben, verlenen in of over het studiegebied of delen van het studiegebied Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend.

 

§11. In de vestiging Brugge kan de Katholieke Universiteit Leuven academisch gerichte opleidingen aanbieden en de graden die daarop betrekking hebben, verlenen in of over het studiegebied of delen van het studiegebied Revalidatiewetenschappen, waarvoor de graad van bachelor kan worden verleend.

In de vestiging Brugge kan de Katholieke Universiteit Leuven academisch gerichte bacheloropleidingen aanbieden in of over het studiegebied of delen van het studiegebied Industriële wetenschappen en technologie.

In de vestiging Brugge kan de Katholieke Universiteit Leuven academisch gerichte opleidingen aanbieden en de graden die daarop betrekking hebben, verlenen in of over het studiegebied of delen van het studiegebied Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend.

Artikel II.79. (01/09/2020- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 05/04/2019 Decreet betreffende het Onderwijs XXIX 105
Gewijzigd bij 03/07/2020 Decreet over het onderwijs XXX 125.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 28.

Inhoud

§1. De transnationale Universiteit Limburg kan academisch gerichte opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in of over de studiegebieden of delen van studiegebieden zoals bepaald in het verdrag tussen de Vlaamse Gemeenschap en het Koninkrijk der Nederlanden inzake de transnationale Universiteit Limburg, ondertekend te Maastricht op 18 januari 2001 en goedgekeurd bij het decreet van 13 juli 2001.

Daarnaast kan de tUL een academisch gerichte opleiding aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden van bachelor en master verlenen in het studiegebied Rechten.

§2. De Universiteit Hasselt kan in het administratief arrondissement Hasselt academisch gerichte opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in of over de volgende studiegebieden of delen van studiegebieden:
1°   Toegepaste economische wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;
2°   Wetenschappen, waarvoor de graad van bachelor kan worden verleend;
3°   Geneeskunde, waarvoor de graad van bachelor kan worden verleend;
4°   Verkeerskunde, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;
5°   Revalidatiewetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;
6°   Architectuur, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;
7°   Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;
8°   Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend.

§ 3. De Universiteit Hasselt kan in het administratief arrondissement Hasselt de educatieve masteropleiding Wetenschappen en Technologie aanbieden en de desbetreffende graad van master uitreiken in het studiegebied Wetenschappen. Zij sluit hiertoe een samenwerkingsovereenkomst af met een andere Vlaamse universiteit die bevoegd is om deze masteropleiding te organiseren.

§ 4. Met behoud van de toepassing van paragraaf 2 en 3 kan de Universiteit Hasselt in het administratief arrondissement Hasselt de volgende academisch gerichte opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen:
1° in het studiegebied Geneeskunde de opleiding master in de verpleegen vroedkunde en de daarop betrekking hebbende graad van master verlenen;
2° in het studiegebied Geneeskunde de opleiding master Systeemen procesinnovatie in de gezondheidszorg en de daarop betrekking hebbende graad van master verlenen;
3° in het studiegebied Wetenschappen de opleiding master in Materiomics en de daarop betrekking hebbende graad van master verlenen;
4° in het studiegebied Politieke en Sociale Wetenschappen de opleiding bachelor in de sociale wetenschappen en de daarop betrekking hebbende graad van bachelor verlenen.

Artikel II.80. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 29.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 29, vervangen bij het decreet van 4 april 2003 houdende bepalingen tot de oprichting van een Universiteit Antwerpen en tot wijziging van het decreet van 22 december 1995 houdende wijziging van diverse decreten met betrekking tot de Universiteit Antwerpen, artikel 3 en gewijzigd bij het integratiedecreet, artikel 23 en bij OD XXIII, artikel V.48.
De woorden “academische opleidingen” zijn vervangen door de woorden “academisch gerichte opleidingen”.
In punt 2°, is het woord “Letterkunde” zonder hoofdletter geschreven.

Inhoud

De Universiteit Antwerpen kan in het administratief arrondissement Antwerpen academisch gerichte opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in of over de volgende studiegebieden of delen van studiegebieden:

1°   Wijsbegeerte, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

2°   Taal- en letterkunde, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

3°   Geschiedenis, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

4°   Rechten, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

5°   Onderwijskunde, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

6°   Toegepaste Economische Wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

7°   Politieke en Sociale Wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

8°   Wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

9°   Toegepaste Biologische Wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend op voorwaarde dat omtrent de organisatie van het onderwijs in de masteropleiding en bijhorend onderzoek een samenwerkingsakkoord is gesloten met een andere universiteit die in dit studiegebied onderwijsbevoegdheid heeft. Het samenwerkingsakkoord vernoemt uitdrukkelijk de kwalificatie die aan de graad wordt toegevoegd;

10°Geneeskunde, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

11°Diergeneeskunde, waarvoor de graad van bachelor kan worden verleend;

12°Farmaceutische wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

13°Biomedische wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

14°Revalidatiewetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

15°Architectuur, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

16°Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

17°Productontwikkeling, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

18°Toegepaste taalkunde, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

19°Conservatie-restauratie, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend.

 

Artikel II.81. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 30.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 30, gewijzigd bij het Minidecreet, artikel 15 en het integratiedecreet, artikel 24.

Inhoud

§1. De Universiteit Gent kan in het administratief arrondissement Gent academisch gerichte opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in of over de volgende studiegebieden of delen van studiegebieden:

1°   Wijsbegeerte en moraalwetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

2°   Taal- en letterkunde, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

3°   Geschiedenis, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

4°   Archeologie en kunstwetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

5°   Rechten, notariaat en criminologische wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

6°   Psychologie en pedagogische wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

7°   Economische en toegepaste economische wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

8°   Politieke en sociale wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

9°   Sociale gezondheidswetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

10°Bewegings- en revalidatiewetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

11°Wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

12°Toegepaste wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

13°Toegepaste biologische wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

14°Geneeskunde, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

15°Tandheelkunde, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

16°Diergeneeskunde, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

17°Farmaceutische wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

18°Biomedische wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

19°Biotechniek, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

20°Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

21°Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

22°Toegepaste taalkunde, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend.

 

§2. In de vestiging Kortrijk kan de Universiteit Gent academisch gerichte opleidingen aanbieden en de graden die daarop betrekking hebben, verlenen in of over het studiegebied of delen van het studiegebied Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend.

Artikel II.82. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 31.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 31, gewijzigd bij het Minidecreet, artikel 15 en het integratiedecreet, artikel 25.

Inhoud

De Vrije Universiteit Brussel kan in het gerechtelijk arrondissement Brussel academisch gerichte opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in of over de volgende studiegebieden of delen van studiegebieden:

1°   Wijsbegeerte en moraalwetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

2°   Taal- en letterkunde, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

3°   Geschiedenis, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

4°   Archeologie en kunstwetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

5°   Rechten, notariaat en criminologische wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

6°   Psychologie en pedagogische wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

7°   Economische en toegepaste economische wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

8°   Politieke en sociale wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

9°   Sociale gezondheidswetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

10°Bewegings- en revalidatiewetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

11°Wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

12°Toegepaste wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

13°Toegepaste biologische wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

14°Geneeskunde, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

15°Tandheelkunde, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

16°Farmaceutische wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

17°Biomedische wetenschappen, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

18°Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;

19°Toegepaste taalkunde, waarvoor de graden van bachelor en master kunnen worden verleend.

Artikel II.83. (01/09/2019- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 20/12/2019 tot erkenning van het graduaat in de marketing- en de communicatiesupport als nieuwe opleiding van de Arteveldehogeschool
Zie ook 04/02/2022 tot erkenning van het graduaat in het transport en de logistiek als nieuwe opleiding van de Arteveldehogeschool
Zie ook 11/03/2022 tot erkenning van het graduaat in het programmeren als nieuwe opleiding van de Arteveldehogeschool
Zie ook 06/05/2022 tot erkenning van het graduaat in de orthopedagogische begeleiding als nieuwe opleiding van de Arteveldehogeschool
Zie ook 07/07/2023 tot erkenning van het graduaat in de digitale vormgeving als nieuwe gezamenlijke opleiding van LUCA School of Arts en Arteveldehogeschool

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 82.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 32.

Inhoud

§ 1. De Arteveldehogeschool kan in de vestiging Gent opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in de volgende studiegebieden :
1° Gezondheidszorg, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
2° Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
3° Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
4° Onderwijs, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
5° Sociaal-agogisch werk, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

§ 2. De Arteveldehogeschool kan in de vestiging Oudenaarde opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in de volgende studiegebieden :
1° Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
2° Gezondheidszorg, waarvoor in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend

Artikel II.84. (01/09/2021- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 23/04/2021 tot erkenning van het graduaat in het systeem- en netwerkbeheer als nieuwe opleiding van Odisee

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 83.
Gewijzigd bij 18/12/2020 Decreet Programmadecreet bij de begroting 2021 26.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 33.

Inhoud

§ 1. Odisee kan in de vestiging Brussel-Hoofdstad en Dilbeek opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in de volgende studiegebieden :
1° Gezondheidszorg, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
2° Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
3° Onderwijs, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
4° Sociaal-agogisch werk, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

§ 2. Odisee kan in de vestigingen Gent, Sint-Niklaas en Aalst opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in de volgende studiegebieden :
1° Biotechniek, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
2° Gezondheidszorg, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
3° Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
4° Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
5° Onderwijs, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

§ 3. Odisee kan in de vestiging Brussel-Hoofdstad in het hoger professioneel onderwijs in het studiegebied Industriële wetenschappen en technologie de opleiding "bachelor in de toegepaste informatica" aanbieden en de daarop betrekking hebbende graad van bachelor verlenen.

Artikel II.85. (01/09/2019- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 10/01/2020 tot erkenning van het graduaat in de elektromechanische systemen als nieuwe opleiding van de Erasmushogeschool Brussel
Zie ook 29/05/2020 tot erkenning van het graduaat in de marketingen de communicatiesupport als nieuwe opleiding van de Erasmushogeschool Brussel
Zie ook 13/05/2022 tot erkenning van het graduaat in de podium- en eventtechnieken als nieuwe gezamenlijke opleiding van Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen en Erasmushogeschool Brussel
Zie ook 13/01/2023 tot erkenning van het graduaat in het sociaal-cultureel werk als nieuwe opleiding van de Erasmushogeschool Brussel

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 84.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 34.

Inhoud

§ 1. De Erasmushogeschool Brussel kan in de vestiging Brussel-Hoofdstad en Vilvoorde opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in de volgende studiegebieden :
1° Architectuur, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
2° Audiovisuele en beeldende kunst, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
b) in het academisch onderwijs de graden van bachelor en master kunnen worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
c) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
3° Biotechniek, waarvoor in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
4° Gezondheidszorg, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
5° Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
6° Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
7° Muziek en podiumkunsten, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
b) in het academisch onderwijs de graden van bachelor en master kunnen worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
c) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
8° Onderwijs, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
9° Sociaal-agogisch werk, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

§ 2. De Erasmushogeschool Brussel kan in de vestiging Leuven opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in de volgende studiegebieden :
1° Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
2° Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
3° Sociaal-agogisch werk, waarvoor in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

§ 3. De Erasmushogeschool kan in de vestiging Diest opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in het studiegebied Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

Artikel II.86. (01/09/2015- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 19/06/2015 Decreet betreffende het onderwijs XXV IV.45.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 35.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 35, gewijzigd bij het Aanvullingsdecreet, artikel V.3, het Minidecreet, artikel 5 en 17 en het integratiedecreet, artikel 29.
De woorden “Groep T-Leuven Hogeschool” zijn vervangen door de woorden “Groep T – Internationale Hogeschool Leuven”.
De opdeling in punt 1° en 2° is weggelaten.
De woorden “de volgende studiegebieden” zijn vervangen door de woorden “het studiegebied”.

Inhoud

...

Artikel II.87. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 85.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 36.

Inhoud

De Hogere Zeevaartschool kan in de vestiging Antwerpen opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in het studiegebied Nautische wetenschappen, waarvoor:
a)    in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b)    in het academisch onderwijs de graden van bachelor en master kunnen worden verleend;
c) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

Artikel II.88. (01/09/2020- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 05/02/2021 tot erkenning van het graduaat in het systeem- en netwerkbeheer als nieuwe opleiding van de Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen
Zie ook 13/05/2022 tot erkenning van het graduaat in de podium- en eventtechnieken als nieuwe gezamenlijke opleiding van Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen en Erasmushogeschool Brussel

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 86.
Gewijzigd bij 03/07/2020 Decreet over het onderwijs XXX 126.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 37.

Inhoud

§ 1. De Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen kan in de vestigingen Antwerpen, Turnhout, Mechelen en Lier opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in de volgende studiegebieden :
1° Audiovisuele en beeldende kunst, waarvoor :
a) in het academisch onderwijs de graden van bachelor en master kunnen worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
2° Gezondheidszorg, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
3° Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
4° Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
5° Muziek en podiumkunsten, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
b) in het academisch onderwijs de graden van bachelor en master kunnen worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
c) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
6° Onderwijs, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
7° Sociaal-agogisch werk, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

§ 2. De Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen kan in de vestiging Boom opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in de volgende studiegebieden :
1° Gezondheidszorg, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
2° Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
3° Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
4° Onderwijs, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
5° Sociaal-agogisch werk, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

§ 3. De Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen kan in de vestiging Antwerpen opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in het studiegebied Biotechniek, waarvoor in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

Artikel II.89. (01/09/2019- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 14/12/2018 tot erkenning van het graduaat in de elektromechanische systemen als nieuwe opleiding van de Hogeschool Gent
Zie ook 30/04/2020 tot erkenning van het graduaat in de marketing- en de communicatiesupport als nieuwe opleiding van de Hogeschool Gent
Zie ook 03/07/2020 tot erkenning van het graduaat in het systeem- en netwerkbeheer als nieuwe opleiding van de Hogeschool Gent

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 87.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 38.

Inhoud

§ 1. De Hogeschool Gent kan in de vestigingen Gent en Aalst opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in de volgende studiegebieden :
1° Architectuur, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
2° Audiovisuele en beeldende kunst, waarvoor :
a) in het academisch onderwijs de graden van bachelor en master kunnen worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
3° Biotechniek, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
4° Gezondheidszorg, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
5° Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
6° Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
7° Muziek en podiumkunsten, waarvoor :
a) in het academisch onderwijs de graden van bachelor en master kunnen worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
8° Onderwijs, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
9° Sociaal-agogisch werk, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

§ 2. De Hogeschool Gent kan in de vestiging Dendermonde opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in het studiegebied Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

§ 3. De Hogeschool Gent kan in de vestiging Lokeren opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in het studiegebied Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

Artikel II.90. (01/09/2019- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 09/11/2018 tot erkenning van het graduaat in de elektromechanische systemen als nieuwe opleiding van de Hogeschool PXL
Zie ook 20/12/2019 tot erkenning van het graduaat in de werforganisatie als nieuwe opleiding van de Hogeschool PXL
Zie ook 18/12/2020 tot erkenning van het graduaat in het systeem- en netwerkbeheer als nieuwe opleiding van de Hogeschool PXL
Zie ook 23/04/2021 tot erkenning van het graduaat in de orthopedagogische begeleiding als nieuwe opleiding van de Hogeschool PXL
Zie ook 23/04/2021 tot erkenning van het graduaat in de orthopedagogische begeleiding als nieuwe opleiding van Thomas More Kempen
Zie ook 15/07/2022 tot erkenning van het graduaat in de sales support als nieuwe opleiding van Hogeschool PXL
Zie ook 10/03/2023 tot erkenning van het graduaat in de digitale vormgeving als nieuwe opleiding van de Hogeschool PXL

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 88.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 39.

Inhoud

§ 1. De Hogeschool PXL kan in de vestiging Hasselt opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in de volgende studiegebieden :
1° Audiovisuele en beeldende kunst, waarvoor :
a) in het academisch onderwijs de graden van bachelor en master kunnen worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
2° Biotechniek, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
3° Gezondheidszorg, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
4° Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
5° Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
6° Muziek en podiumkunsten, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
7° Onderwijs, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
8° Sociaal-agogisch werk, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

§ 2. De Hogeschool PXL kan in de vestiging Maasmechelen opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in de volgende studiegebieden :
1° Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
2° Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

Artikel II.91. (01/09/2019- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 11/12/2020 tot erkenning van het graduaat in het systeem- en netwerkbeheer als nieuwe opleiding van de Hogeschool West-Vlaanderen
Zie ook 18/12/2020 tot erkenning van het graduaat in het maatschappelijk werk als nieuwe opleiding van de Hogeschool West-Vlaanderen
Zie ook 22/01/2021 tot erkenning van het graduaat in de orthopedagogische begeleiding als nieuwe opleiding van de Hogeschool West-Vlaanderen
Zie ook 22/01/2021 tot erkenning van het graduaat in het transport en de logistiek als nieuwe opleiding van de Hogeschool West-Vlaanderen
Zie ook 03/03/2023 tot erkenning van het graduaat in de digitale vormgeving als nieuwe opleiding van de Hogeschool West-Vlaanderen
Zie ook 03/03/2023 tot erkenning van het graduaat in de travel support als nieuwe opleiding van de Hogeschool West-Vlaanderen

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 89.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 41.

Inhoud

De Hogeschool West-Vlaanderen kan in de vestigingen Brugge, Oostende en Kortrijk opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in de volgende studiegebieden :
1° Architectuur, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
2° Gezondheidszorg, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
3° Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
4° Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
5° Onderwijs, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
6° Sociaal-agogisch werk, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

Artikel II.92. (01/09/2022- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 07/07/2023 tot erkenning van het graduaat in de digitale vormgeving als nieuwe gezamenlijke opleiding van LUCA School of Arts en Arteveldehogeschool

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 90.
Gewijzigd bij 15/07/2022 Decreet over de instroom en het optimaliseren van de studie-efficiëntie in het hoger onderwijs en overige organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 5.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 42.

Inhoud

§ 1. De LUCA School of Arts kan in de vestigingen Brussel-Hoofdstad, Leuven en Gent opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in de volgende studiegebieden :
1° Architectuur, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
2° Audiovisuele en beeldende kunst, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
b) in het academisch onderwijs de graden van bachelor en master kunnen worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
c) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
3° Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
4° Muziek en podiumkunsten, waarvoor :
a) in het academisch onderwijs de graden van bachelor en master kunnen worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts.

§ 2. De LUCA School of Arts kan in de vestiging Genk opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in volgende studiegebieden :
1° Audiovisuele en beeldende kunst, waarvoor :
a) in het academisch onderwijs de graden van bachelor en master kunnen worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts.

Artikel II.93. (01/09/2019- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 03/07/2020 tot erkenning van het graduaat in het maatschappelijk werk als nieuwe opleiding van de Karel de Grote Hogeschool, Katholieke Hogeschool Antwerpen
Zie ook 04/02/2022 tot erkenning van het graduaat in de voertuigtechnieken als nieuwe opleiding van de Karel de Grote Hogeschool, Katholieke Hogeschool Antwerpen
Zie ook 04/02/2022 tot erkenning van het graduaat in het maatschappelijk werk als nieuwe opleiding van de Karel de Grote Hogeschool, Katholieke Hogeschool Antwerpen
Zie ook 04/02/2022 tot erkenning van het graduaat in het Internet of Things als nieuwe opleiding van de Karel de Grote Hogeschool, Katholieke Hogeschool Antwerpen

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 91.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 43.

Inhoud

De Karel de Grote Hogeschool, Katholieke Hogeschool Antwerpen kan in de vestiging Antwerpen opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in de volgende studiegebieden :
1° Audiovisuele en beeldende kunst, waarvoor :
a) in het academisch onderwijs de graden van bachelor en master kunnen worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend, op voorwaarde dat het onderwijs verstrekt wordt in het kader van een School of Arts;
2° Gezondheidszorg, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
3° Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
4° Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
5° Onderwijs, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
6° Sociaal-agogisch werk, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

Artikel II.94. (01/09/2019- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 20/12/2019 tot erkenning van het graduaat in de voertuigtechnieken als nieuwe opleiding van de Karel de Grote Hogeschool, Katholieke Hogeschool Antwerpen
Zie ook 03/03/2023 tot erkenning van het graduaat in de digitale vormgeving als nieuwe opleiding van de Katholieke Hogeschool Vives Noord
Zie ook 05/07/2024 tot erkenning van het graduaat in de HVAC-systemen als nieuwe opleiding van de Katholieke Hogeschool Vives Noord

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 92.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 44.

Inhoud

§ 1. De Katholieke Hogeschool Vives Noord kan in de vestigingen Brugge en Oostende opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in de volgende studiegebieden :
1° Gezondheidszorg, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
2° Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
3° Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
4° Onderwijs, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

§ 2. De Katholieke Hogeschool Vives Noord kan in de vestigingen Ieper en Koksijde opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in de volgende studiegebieden :
1° Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
2° Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

Artikel II.95. (01/09/2019- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 26/06/2020 tot erkenning van het graduaat in het systeem- en netwerkbeheer als nieuwe opleiding van Thomas More Kempen
Zie ook 15/07/2022 tot erkenning van het graduaat in de verzekeringen als nieuwe opleiding van Thomas More Kempen

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 93.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 45.

Inhoud

§ 1. Thomas More Kempen kan in de vestigingen Vorselaar, Turnhout, Geel en Lier opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in de volgende studiegebieden :
1° Biotechniek, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
2° Gezondheidszorg, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
3° Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
4° Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
5° Onderwijs, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
6° Sociaal-agogisch werk, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

§ 2. Thomas More Kempen kan in de vestiging Westerlo opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in de volgende studiegebieden :
1° Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
2° Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
3° Sociaal-agogisch werk, waarvoor in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

Artikel II.96. (01/09/2019- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 21/12/2018 houdende wijzigingen van de bachelor- en masteropleidingen die per instelling worden aangeboden in het hoger onderwijs in Vlaanderen
Zie ook 27/03/2020 tot erkenning van het graduaat in de accounting administration als nieuwe opleiding van UC Leuven
Zie ook 03/07/2020 tot erkenning van het graduaat in het Internet of Things als nieuwe opleiding van UC Leuven
Zie ook 23/04/2021 tot erkenning van het graduaat in de orthopedagogische begeleiding als nieuwe opleiding van UC Leuven
Zie ook 25/06/2021 tot erkenning van het graduaat in het systeem- en netwerkbeheer als nieuwe opleiding van UC Leuven
Zie ook 01/04/2022 tot erkenning van het graduaat in het productiebeheer als nieuwe opleiding van UC Leuven
Zie ook 13/05/2022 tot erkenning van het graduaat in de sales support als nieuwe opleiding van UC Leuven

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 94.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 46.

Inhoud

§ 1. UC Leuven kan in de vestigingen Leuven en Diest opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in de volgende studiegebieden :
1° Gezondheidszorg, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
2° Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
3° Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
4° Onderwijs, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
5° Sociaal-agogisch werk, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

§ 2. UC Leuven kan in de vestiging Leuven opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in het studiegebied Biotechniek, waarvoor in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

Artikel II.97. (01/09/2019- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 29/05/2020 tot erkenning van het graduaat in het sociaal-cultureel werk als nieuwe opleiding van UC Limburg
Zie ook 29/05/2020 tot erkenning van het graduaat in de hernieuwbare energiesystemen als nieuwe opleiding van UC Limburg
Zie ook 03/07/2020 tot erkenning van het graduaat in het Internet of Things als nieuwe opleiding van UC Limburg
Zie ook 25/06/2021 tot erkenning van het graduaat in de orthopedagogische begeleiding als nieuwe opleiding van UC Limburg
Zie ook 04/02/2022 tot erkenning van het graduaat in de sales support als nieuwe opleiding van Thomas More Kempen
Zie ook 01/04/2022 tot erkenning van het graduaat in het productiebeheer als nieuwe opleiding van UC Limburg

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 95.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 47.

Inhoud

UC Limburg kan in de vestiging Diepenbeek opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in de volgende studiegebieden :
1° Gezondheidszorg, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
2° Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
3° Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
4° Onderwijs, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
5° Sociaal-agogisch werk, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

Artikel II.98. (01/09/2019- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 26/06/2020 tot erkenning van het graduaat in de orthopedagogische begeleiding als nieuwe opleiding van Thomas More Mechelen-Antwerpen
Zie ook 26/06/2020 tot erkenning van het graduaat in het systeem- en netwerkbeheer als nieuwe opleiding van Thomas More Mechelen-Antwerpen
Zie ook 03/03/2023 tot erkenning van het graduaat in de travel support als nieuwe opleiding van Thomas More Mechelen-Antwerpen

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 96.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 48.

Inhoud

§ 1. Thomas More Mechelen-Antwerpen kan in de vestigingen Mechelen en Sint-Katelijne-Waver opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in de volgende studiegebieden :
1° Architectuur, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
2° Gezondheidszorg, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
3° Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
4° Onderwijs, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
5° Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

§ 2. Thomas More Mechelen-Antwerpen kan in de vestiging Antwerpen opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in de volgende studiegebieden :
1° Biotechniek, waarvoor in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
2° Gezondheidszorg, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
3° Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
4° Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
5° Sociaal-agogisch werk, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

Artikel II.99. (01/01/2014- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 20/12/2013 Besluit van de Vlaamse Regering tot aanpassing van de lijst van hogescholen ten gevolge van de fusie van de hogescholen HUB-EHSAL en de Katholieke Hogeschool Sint-Lieven tot de hogeschool HUB-KAHO 3.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 49.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 49, gewijzigd bij het Aanvullingsdecreet, artikel V.3, het Minidecreet, artikel 17 en het integratiedecreet, artikel 41.
In punt 4° is de onderverdeling in punt a) en b) weggelaten.

Inhoud

...

Artikel II.100. (01/09/2019- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 11/12/2020 tot erkenning van het graduaat in het systeem- en netwerkbeheer als nieuwe opleiding van de Katholieke Hogeschool Vives Zuid
Zie ook 11/12/2020 tot erkenning van het graduaat in de orthopedagogische begeleiding als nieuwe opleiding van de Katholieke Hogeschool Vives Zuid
Zie ook 11/03/2022 tot erkenning van het graduaat in de sales support als nieuwe opleiding van de Katholieke Hogeschool Vives Zuid
Zie ook 13/01/2023 tot erkenning van het graduaat in de werkvoorbereiding hout als nieuwe opleiding van de Katholieke Hogeschool Vives Zuid

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 97.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 50.

Inhoud

De Katholieke Hogeschool Vives Zuid kan in de vestigingen Kortrijk, Tielt, Roeselare en Torhout opleidingen aanbieden en de daarop betrekking hebbende graden verlenen in de volgende studiegebieden :
1° Biotechniek, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
2° Gezondheidszorg, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
3° Handelswetenschappen en bedrijfskunde, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
4° Industriële wetenschappen en technologie, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
5° Onderwijs, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend;
6° Sociaal-agogisch werk, waarvoor :
a) in het hoger professioneel onderwijs de graad van bachelor kan worden verleend;
b) in het hoger beroepsonderwijs de graad van gegradueerde kan worden verleend.

Artikel II.100/1. (01/09/2019- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 26/06/2020 tot erkenning van het graduaat in het systeem- en netwerkbeheer als nieuwe opleiding van Thomas More Kempen
Zie ook 11/12/2020 tot erkenning van het graduaat in het systeem- en netwerkbeheer als nieuwe opleiding van de Katholieke Hogeschool Vives Zuid

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Ingevoegd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 98.

Inhoud

Naast de opleidingen, vermeld in artikel II.88, kan de Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen in de vestiging Mol de opleiding van het hoger beroepsonderwijs Openbare Werken aanbieden en de graad van gegradueerde verlenen.

Naast de opleidingen, vermeld in artikel II.89, kan de Hogeschool Gent in de vestiging Geraardsbergen de opleiding van het hoger beroepsonderwijs Boekhouden aanbieden en de graad van gegradueerde verlenen.

Naast de opleidingen, vermeld in artikel II.91, kan de Hogeschool West-Vlaanderen in de vestiging Antwerpen de opleiding van het hoger beroepsonderwijs Bouwkundig Tekenaar aanbieden en de graad van gegradueerde verlenen.

Naast de opleidingen, vermeld in artikel II.94, kan de Katholieke Hogeschool Vives Noord in de vestiging Kortrijk de opleidingen van het hoger beroepsonderwijs Elektromechanica, Elektronica en Mechanica aanbieden en de graad van gegradueerde verlenen.

Naast de opleidingen, vermeld in artikel II.95, kan Thomas More Kempen in de vestiging Herentals de opleidingen van het hoger beroepsonderwijs Boekhouden en Informatica aanbieden en de graad van gegradueerde verlenen.

Naast de opleidingen, vermeld in artikel II.97, kan UC Limburg :
1° in de vestiging Maasmechelen de opleiding van het hoger beroepsonderwijs Boekhouden aanbieden en de graad van gegradueerde verlenen;
2° in de vestiging Overpelt de opleidingen van het hoger beroepsonderwijs Elektriciteit en Mechanica aanbieden en de graad van gegradueerde verlenen.

Naast de opleidingen, vermeld in artikel II.98, kan Thomas More Mechelen-Antwerpen in de vestiging Sint-Niklaas de opleiding van het hoger beroepsonderwijs Boekhouden aanbieden en de graad van gegradueerde verlenen.

Naast de opleidingen, vermeld in artikel II.100, kan de Katholieke Hogeschool Vives Zuid in de vestiging Brugge de opleidingen van het hoger beroepsonderwijs Informatica en Motorvoertuigentechniek aanbieden en de graad van gegradueerde verlenen.

Indien een opleiding, vermeld in dit artikel, gedurende twee opeenvolgende academiejaren niet wordt ingericht, vervalt de onderwijsbevoegdheid.

Artikel II.100/2. (01/09/2020- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Ingevoegd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 99.
Gewijzigd bij 03/07/2020 Decreet over het onderwijs XXX 127.

Inhoud

§ 1. Naast de opleidingen, vermeld in artikel II.83 tot en met II.100, kan een hogeschool, in functie van de laagdrempeligheid van het aanbod, de educatieve graduaatsopleiding voor secundair onderwijs, vermeld in artikel II.112, en het verkorte traject van een educatieve bacheloropleiding voor secundair onderwijs, vermeld in artikel II.113, § 4, ook aanbieden op de vestigingsplaats van een centrum voor volwassenenonderwijs als aan al de volgende voorwaarden wordt voldaan :
1° het centrum voor volwassenenonderwijs had onderwijsbevoegdheid voor de specifieke lerarenopleiding conform bijlage 2 bij het besluit van de Vlaamse Regering van 8 september 2017 betreffende de onderwijsbevoegdheden per vestigingsplaats van de centra voor volwassenonderwijs;
2° het centrum voor volwassenenonderwijs heeft een overeenkomst gesloten met de hogeschool in kwestie als vermeld in artikel III.33/1.

§ 2. Naast de opleidingen vermeld in artikel II.78 tot en met II.100, kan een hogeschool, in het kader van een School of Arts, of een universiteit in functie van de laagdrempeligheid van het aanbod, het verkorte traject van een educatieve masteropleiding, vermeld in artikel II.114, § 4, en het consecutief traject van een educatieve masteropleiding aan een universiteit, voor zover nominatim vermeld in artikel II.114, § 6, ook aanbieden op de vestigingsplaats van een centrum voor volwassenenonderwijs, als aan al de volgende voorwaarden wordt voldaan :
1° het centrum voor volwassenenonderwijs had onderwijsbevoegdheid voor de specifieke lerarenopleiding conform bijlage 2 bij het besluit van de Vlaamse Regering van 8 september 2017 betreffende de onderwijsbevoegdheden per vestgingsplaats van de centra voor volwassenonderwijs;
2° het centrum voor volwassenenonderwijs heeft een overeenkomst gesloten met de hogeschool of universiteit in kwestie als vermeld in artikel III.33/1.

§ 3. Onverminderd de toepassing van paragraaf 2, kan de Universiteit Gent het verkorte traject van een educatieve masteropleiding voor secundair onderwijs ook aanbieden in de vestiging Kortrijk.

Artikel II. 101. (01/01/2014- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 20/12/2013 Besluit van de Vlaamse Regering tot aanpassing van de lijst van hogescholen ten gevolge van de fusie van de hogescholen Thomas More Antwerpen en Thomas More Mechelen tot de hogeschool Thomas More Mechelen-Antwerpen 3.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 51.
Zie ook 12/06/1991 Decreet betreffende de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap 175.

Inhoud

...

Artikel II.102. (01/10/2018- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 30/03/2018 tot vastlegging van de lijst van de bachelor- en masteropleidingen die per instelling worden aangeboden in het hoger onderwijs in Vlaanderen

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 19/06/2015 Decreet betreffende het onderwijs XXV IV.46.
Gewijzigd bij 16/06/2017 Decreet betreffende het onderwijs XXVII VI.6.
Gewijzigd bij 08/12/2017 Decreet houdende wijziging van het decreet van 30 april 2009 betreffende het secundair na secundair onderwijs en het hoger beroepsonderwijs en de Codex Hoger Onderwijs van 11 oktober 2013, wat betreft het hoger onderwijs 13.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 53/1.
Zie ook 24/10/2014 Besluit van de Vlaamse Regering tot vastlegging van de lijst van de bachelor en masteropleidingen die per instelling worden aangeboden in het hoger onderwijs in Vlaanderen 1.

Inhoud

§1. ...

§2. ...

§3. ...

§4....

§ 5. De bachelor-na-bacheloropleidingen, leidende tot de volgende bachelordiploma's, worden na het academiejaar 2021-2022 niet meer aangeboden :
- bachelor in de intensieve zorg en spoedgevallenzorg;
- bachelor in de oncologie;
- bachelor in de pediatrie en neonatologie;
- bachelor in de interdisciplinaire ouderenzorg;
- bachelor in de operatieverpleegkunde;
- bachelor in de palliatieve zorg;
- bachelor in de geestelijke gezondheidszorg;
- bachelor in de geriatrie;
- bachelor in de sociale gezondheidszorg.

In het academiejaar 2021-2022 kunnen nieuwe studenten zich niet inschrijven.

Vanaf het academiejaar 2022-2023 kan het overeenstemmende diploma van bachelor niet meer worden uitgereikt.

Artikel II.103. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 53bis.
Zie ook 12/06/1991 Decreet betreffende de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap 178.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 53bis, ingevoegd bij het minidecreet, artikel 21 en vervangen bij het OD XVIII, artikel V.43.
De woorden “dit decreet” zijn telkens vervangen door de woorden “dit deel”.

Inhoud

De ambtshalve geregistreerde instellingen en de geregistreerde instellingen met hoofdzetel in Vlaanderen kunnen de opleidingen die ze bij of krachtens dit deel mogen aanbieden ook organiseren buiten het Belgische grondgebied en de daarop betrekking hebbende graden verlenen op voorwaarde dat:

1°   die opleidingen afzonderlijk geaccrediteerd werden overeenkomstig dit deel en de accreditatieprocedure volgen van de Vlaamse opleiding, of die opleidingen afzonderlijk erkend zijn als nieuwe opleiding overeenkomstig dit deel als de instelling een nieuwe opleiding start buiten het Belgische grondgebied al dan niet gelijktijdig met eenzelfde opleiding in Vlaanderen;

2°   die opleidingen voldoen aan de wettelijke bepalingen van het land van vestiging;

3°   de opleidingen afzonderlijk worden geregistreerd in het Hogeronderwijsregister;

4°   de kosten van die opleidingen integraal gedekt worden met andere middelen dan de middelen uit de begroting van de Vlaamse Gemeenschap.

 

De in het vorige lid vermelde voorwaarde geldt niet voor de voortgezette academische opleidingen in afbouw en voor de opleidingen die door de instelling ook aangeboden worden in België en die aldaar genieten van een overgangsaccreditatie.

 

Artikel II.104. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 100.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 53ter.

Inhoud

...

Artikel II.105. (01/09/2024- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 19/04/2024 Decreet over het onderwijs XXXIV 137.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 54.

Inhoud

Als ambtshalve geregistreerde instelling voor hoger onderwijs kan de Evangelische Theologische Faculteit, Leuven in het studiegebied godsdienstwetenschappen en godgeleerdheid de graden van bachelor, master en doctor verlenen.

Artikel II.106. (01/09/2018- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 01/03/2019 Decreet tot wijziging van de regelgeving betreffende het toezicht op en bepaalde organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 18.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 55.

Inhoud

Als ambtshalve geregistreerde instelling voor hoger onderwijs kan de Faculteit voor Protestantse Theologie en Religiestudies te Brussel in het studiegebied godsdienstwetenschappen en godgeleerdheid de graden van bachelor, master en doctor verlenen.

Hoofdstuk 6 Lerarenopleidingen (... - ...)

[Afdeling 1 Inhoudelijke bepalingen (ing. decr. 4 mei 2018, art. 101, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Artikel II.107. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 102.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 55bis.
Zie ook 13/07/1994 Decreet betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap 241.

Inhoud

§ 1. Het beroepsprofiel van de leraar is de omschrijving van de kennis, vaardig-heden en attitudes van de leraar bij zijn beroepsuitoefening en bevat de kennis van de te onderwijzen vakinhoud, de noodzakelijke didactische vaardigheden, klasmanagement, omgaan met de grootstedelijke context, de taalvaardigheid in het Nederlands, de meertaligheid en de diversificatie van het onderwijsgebeuren. Het beroepsprofiel bevat de taken die een ervaren leraar verricht en zal verrichten. Er zal naast een stevige basis ook rekening gehouden worden met het inspelen op maatschappelijke en andere ontwikkelingen.

De Vlaamse Regering bepaalt het beroepsprofiel van de leraar op advies van de Vlaamse Onderwijsraad. De Vlaamse Regering dient dit beroepsprofiel ter goedkeuring in bij het Vlaams Parlement.

§ 2. De basiscompetenties van de pas afgestudeerde leraar zijn de omschrijving van de kennis, vaardigheden en attitudes, waarover iedere afgestudeerde moet beschikken om op een volwaardige en kwalitatief gelijkwaardige manier als beginnend leraar te kunnen fungeren met de gepaste beroepshouding. De basiscompetenties stellen de leraar in staat door te groeien naar het beroepsprofiel en worden rechtstreeks afgeleid van het beroepsprofiel.

De Vlaamse Regering bepaalt de basiscompetenties op advies van de Vlaamse Onderwijsraad.

Artikel II.108. (01/09/2023- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 103.
Gewijzigd bij 14/07/2023 Decreet tot uitvoering van maatregelen over het lerarenambt 86.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 55ter.

Inhoud

§ 1. In dit hoofdstuk wordt verstaan onder :
1° inservicetraining : de praktijkcomponent van de lerarenopleiding die de kandidaat-leraar vervult als een personeelslid van een centrum, instelling of school;
1°/1 LIO-baan: een leraar-in-opleidingbaan;
2° preservicetraining : de praktijkcomponent van de lerarenopleiding die de student zonder een statutaire relatie met een centrum, instelling of school vervult.

§ 2. Het opleidingsprogramma van een lerarenopleiding vormt een geïntegreerd geheel van een of meer vakinhouden en het aspect leraarschap, met inbegrip van een luik vakdidactiek en klasmanagement, en bestaat uit een combinatie van theoretisch en praktisch onderwijs dat inspeelt op actuele maatschappelijke thema's en ontwikkelingen.

De praktijkcomponent van het opleidingsprogramma, waarbij de student in hoofdzaak taken uitvoert in een reële school- en klascontext, omvat het geheel van praktijkgerichte onderwijsactiviteiten, preservicetraining en/of inservicetraining. De studieomvang van de praktijkcomponent, uitgedrukt in studiepunten bedraagt ten minste dertig studiepunten.

§ 3. De preservicetraining wordt begeleid door een personeelslid van de instelling die de lerarenopleiding aanbiedt, de stagebegeleider genaamd, en een personeelslid van het centrum, de instelling of de school, dat belast is met het mentorschap. De instellingen die de lerarenopleidingen aanbieden, sluiten een overeenkomst met de centra, instellingen of scholen. Die overeenkomst bevat onder meer : de verantwoordelijkheidsverdeling tussen het centrum, de instelling of de school, de student en de instelling die de lerarenopleiding aanbiedt, waarbij de rol van het centrum, de instelling of de school bij de evaluatie van de student wordt vastgelegd, de periode van het schooljaar waarin die preservicetraining plaatsvindt en de opdrachten die de stagiair moet opnemen.

De inservicetraining gebeurt in de vorm van een LIO-baan.

§4. De LIO-baan voldoet aan al de volgende voorwaarden:
1° de LIO-baan wordt uitgeoefend in een of meer erkende, gefinancierde of gesubsidieerde onderwijsinstellingen van het gewoon of buitengewoon basisonderwijs, het gewoon of buitengewoon secundair onderwijs of deeltijds beroepssecundair onderwijs, het deeltijds kunstonderwijs, het volwassenenonderwijs of de basiseducatie;
2° de leraar in opleiding is aangesteld in een ambt van het onderwijzend personeel en volgt een lerarenopleiding die opleiding biedt voor hetzelfde onderwijsniveau als waar het ambt wordt uitgeoefend;
3° de leraar in opleiding wordt begeleid door een personeelslid van een of meer onderwijsinstellingen, dat belast is met het mentorschap;
4° de instellingen die de lerarenopleidingen aanbieden, sluiten een overeenkomst met de betrokken onderwijsinstellingen. Die overeenkomst bevat onder meer de verantwoordelijkheidsverdeling tussen de onderwijsinstelling, de leraar in opleiding en de instelling die de lerarenopleiding aanbiedt, waarbij de rol van de onderwijsinstelling bij de opleiding, begeleiding en evaluatie van de leraar in opleiding wordt vastgelegd;
5° een LIO-baan die op jaarbasis ten minste vijfhonderd uren-leraar, lesuren, leraarsuren of lestijden bedraagt, kan maximaal dertig studiepunten praktijkcomponent vervangen. In een centrum voor basiseducatie kan een LIO-baan die ten minste 0,6 vte bedraagt, maximaal dertig studiepunten praktijkcomponent vervangen. Een LIO-baan die op jaarbasis minder dan vijfhonderd uren-leraar, lesuren, leraarsuren of lestijden bedraagt, wordt aangevuld met preservicetraining. Een LIO-baan in een centrum voor basiseducatie die op jaarbasis minder dan 0,6 vte bedraagt, wordt aangevuld met preservicetraining;
6° de LIO-baan kan nooit meer dan dertig studiepunten praktijkcomponent vervangen.

Met behoud van de toepassing van het eerste lid is een LIO-baan in het basisonderwijs alleen mogelijk voor:
1° de leraar in opleiding die wordt aangesteld in een ambt als vermeld in artikel 2, 1°, a) tot en met d), van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 januari 2003 tot vaststelling en indeling van de ambten in het buitengewoon onderwijs;
2° de leraar in opleiding die wordt aangesteld in een ambt als vermeld in artikel 2, 1°, a) tot en met c), van het besluit van de Vlaamse Regering van 25 juni 2004 tot vaststelling en indeling van de ambten in de instellingen van het gewoon basisonderwijs.
 

Artikel II.109. (01/09/2024- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 104.
Gewijzigd bij 03/07/2020 Decreet over het onderwijs XXX 128.
Gewijzigd bij 19/04/2024 Decreet over het onderwijs XXXIV 138.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 55quater.

Inhoud

Onverminderd het aanbieden van de lerarenopleidingen, vermeld in artikel II.111, hebben de hogescholen en universiteiten die lerarenopleidingen aanbieden, en de Evangelische Theologische Faculteit, Leuven, de volgende opdrachten :
1° mee instaan voor de verdere ontwikkeling in het professionele continuüm en de ontwikkeling van het reflectieve vermogen bij aspirant-leraren;
2° een aanbod ontwikkelen voor professionalisering en permanente vorming, met een kwaliteitsvol en complementair team van lerarenopleiders, zeker ook op het vlak van het hebben van voldoende ervaring in het lesgeven zelf, en zo de brug slaan tussen de lerarenopleidingen, de pedagogische begeleidingsdiensten en de andere aanbieders van professionalisering voor leraren;
3° de aanvangsbegeleiding van beginnende leraren ondersteunen, onder verantwoordelijkheid van de school waar die leraren werken, en samen met de pedagogische begeleidingsdiensten.

Artikel II.110. (01/09/2024- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 106.
Gewijzigd bij 03/07/2020 Decreet over het onderwijs XXX 129.
Gewijzigd bij 19/04/2024 Decreet over het onderwijs XXXIV 139.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 55quinquies.

Inhoud

§ 1. De hogescholen en/of universiteiten en/of de Evangelische Theologische Faculteit, Leuven kunnen een overeenkomst sluiten over de organisatie van de lerarenopleidingen, namelijk over de onderwijs- en studieactiviteiten, de kwaliteitszorg en het gebruik van infrastructuur, zoals voorzien in artikel II.173.

§ 2. De Vlaamse Regering kan middelen toekennen voor initiatieven die de kwaliteit van de lerarenopleidingen verbeteren en/of de samenwerking tussen lerarenopleidingen bevorderen. Hiertoe zal ze ten minste om de vijf jaar de beleidsprioriteiten vastleggen.

Die initiatieven kunnen georganiseerd worden door hogescholen en/of universiteiten en/of de Evangelische Theologische Faculteit, Leuven die een of meer lerarenopleidingen organiseren.

De Vlaamse Regering stelt nadere inhoudelijke, organisatorische en procedurele regels vast voor de toekenning van de middelen.

[Afdeling 2 Organisatorische bepalingen (verv. decr. 4 mei 2018, art. 107, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Artikel II.111. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 108.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 55septies.

Inhoud

Vanaf het academiejaar 2019-2020 worden in het hoger onderwijs de volgende lerarenopleidingen aangeboden :
1° de educatieve graduaatsopleiding voor secundair onderwijs;
2° de educatieve bacheloropleiding voor kleuteronderwijs;
3° de educatieve bacheloropleiding voor lager onderwijs;
4° de educatieve bacheloropleiding voor secundair onderwijs;
5° de educatieve masteropleiding voor secundair onderwijs;
6° de educatieve masteropleiding voor kunstvakken.

Artikel II.112. (01/09/2020- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 109.
Gewijzigd bij 03/07/2020 Decreet over het onderwijs XXX 130.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 55octies.

Inhoud

§ 1. De educatieve graduaatsopleiding voor secundair onderwijs wordt door de hogescholen aangeboden binnen het hoger beroepsonderwijs in het studiegebied Onderwijs en heeft een studieomvang van negentig studiepunten.

§ 2. De toegang tot de educatieve graduaatsopleiding voor secundair onderwijs wordt beperkt tot studenten die minstens drie jaar nuttige ervaring in een technisch of praktisch vak kunnen bewijzen. De Vlaamse Regering bepaalt de wijze waarop deze nuttige ervaring wordt aangetoond.

§ 3. Om optimaal tegemoet te komen aan de behoeften van de doelgroep van de educatieve graduaatsopleiding voor secundair onderwijs, wordt de opleiding op het vlak van organisatie en methodiek op maat van de student aangeboden. Er wordt versterkt ingezet op de mogelijkheid om de opleiding te volgen binnen een LIO-baan.

§ 4. In afwijking van de procedure, vermeld in hoofdstuk IV, afdeling II/1, van het decreet van 30 april 2009 betreffende de kwalificatiestructuur, wordt de educatieve graduaatsopleiding voor secundair onderwijs ontwikkeld volgens de procedures, vermeld in artikel II.68, II.108, § 2, II.141, II.152 en II.153.

De aanvraag, vermeld in artikel II.152, kan voor de educatieve graduaatsopleiding voor secundair onderwijs worden ingediend zonder de beslissing van de Vlaamse Regering tot erkenning van een beroepskwalificatie.

§ 5. Met behoud van paragraaf 2 moet een kandidaat, om toegelaten te worden tot de educatieve graduaatsopleiding voor secundair onderwijs, onderwijsvak dans, geslaagd zijn voor een artistiek toelatingsexamen, georganiseerd door de hogeschool die, in het kader van een School of Arts, de professionele bacheloropleiding Dans organiseert. De toelatingsvoorwaarden, vermeld in artikel II.176, zijn niet van toepassing.

§ 6. De Vlaamse Regering kan nadere regels en voorwaarden bepalen waaronder de educatieve graduaatsopleiding voor secundair onderwijs wordt georganiseerd.

Artikel II.113. (01/09/2023- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 110.
Gewijzigd bij 03/07/2020 Decreet over het onderwijs XXX 131.
Gewijzigd bij 09/07/2021 Decreet over het onderwijs XXXI 205.
Gewijzigd bij 09/07/2021 Decreet over het onderwijs XXXI 204.
Gewijzigd bij 07/07/2023 Decreet over het onderwijs XXXIII 120.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 55octies.

Inhoud

§ 1. De educatieve bacheloropleidingen, respectievelijk voor kleuteronderwijs, lager onderwijs en secundair onderwijs, worden door de hogescholen aangeboden binnen het hoger professioneel onderwijs in het studiegebied Onderwijs en hebben een studieomvang van 180 studiepunten.

In afwijking van artikel II.108, § 2, tweede lid, bedraagt de praktijkcomponent ten minste 45 studiepunten.

§ 2. De Vlaamse Regering legt een lijst van onderwijsvakken vast die de hogescholen mogen aanbieden binnen de educatieve bacheloropleiding voor secundair onderwijs. De studenten van die opleiding kiezen twee onderwijsvakken uit het aanbod van de hogeschool.

§ 3. Een student die al beschikt over een van volgende diploma's of diplomacombinaties kan, in afwijking van paragraaf 2, een diploma van de educatieve bacheloropleiding voor secundair onderwijs behalen met maar één onderwijsvak :
1° een diploma van een educatieve bachelor of educatieve master;
2° een bewijs van pedagogische bekwaamheid, als vermeld in artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering 14 juni 1989 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de salarisschalen, het prestatiestelsel en de bezoldigingsregeling in het secundair onderwijs, in combinatie met een bachelorof masterdiploma;
3° een studiebewijs dat krachtens een wettelijke norm, een Europese richtlijn of een internationale overeenkomst als gelijkwaardig met een van de voorgaande diploma's wordt erkend;

§ 4. Een student die al beschikt over een bachelordiploma kan, in afwijking van paragraaf 2, een diploma van de educatieve bacheloropleiding voor secundair onderwijs behalen zonder de vermelding van onderwijsvakken. In afwijking van paragraaf 2 kan ook een student die beschikt over een diploma van master of een studiebewijs dat krachtens een wettelijke norm, een Europese richtlijn of een internationale overeenkomst wordt erkend als gelijkwaardig met een diploma van master, een diploma van de educatieve bacheloropleiding voor secundair onderwijs behalen zonder de vermelding van onderwijsvakken.

De hogescholen die de educatieve bacheloropleiding voor secundair onderwijs aanbieden, bieden de component leraarschap, met inbegrip van een cluster vakdidactiek, aan als een verkort traject van die opleiding.

Het verkorte traject, dat focust op de component leraarschap, vormt een coherent geheel van zestig studiepunten, met inbegrip van de praktijkcomponent van ten minste dertig studiepunten en van een vakdidactische cluster. Het traject wordt op het vlak van organisatie en methodiek op maat van de student aangeboden.

Het verkort traject, dat volgt op een bachelordiploma of een diploma gelijkgeschakeld met de graad van master, behaald in een kunstopleiding, kan enkel gezamenlijk met een School of Arts georganiseerd worden. In afwijking van artikel II.171 kan een School of Arts mee de gezamenlijke opleiding inrichten binnen het studiegebied onderwijs, ook als de hogeschool waartoe de School of Arts behoort niet de onderwijsbevoegdheid heeft voor het studiegebied onderwijs.

In het verkorte traject wordt versterkt ingezet op de mogelijkheid om de opleiding te volgen binnen een LIO-baan.

Artikel II.114. (01/09/2024- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 111.
Gewijzigd bij 01/03/2019 Decreet tot wijziging van de regelgeving betreffende het toezicht op en bepaalde organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 19.
Gewijzigd bij 03/07/2020 Decreet over het onderwijs XXX 132.
Gewijzigd bij 03/07/2020 Decreet over het onderwijs XXX 133.
Gewijzigd bij 19/04/2024 Decreet over het onderwijs XXXIV 140.

Inhoud

§ 1. De educatieve masteropleidingen voor secundair onderwijs en kunstvakken worden door respectievelijk de universiteiten of de hogescholen in het kader van een School of Arts aangeboden binnen het academisch onderwijs en hebben een studieomvang van 90 of 120 studiepunten.

Aan een student kan alleen het diploma van een educatieve master uitgereikt worden en de graad van master toegekend worden als die student een totale component leraarschap van 60 studiepunten met succes doorlopen heeft.

De component leraarschap in een educatieve masteropleiding heeft ongeacht de studieomvang van de masteropleiding een studieomvang van ten minste 45 studiepunten.

Een student kan de 15 resterende studiepunten verwerven op de volgende manieren :
1° hij volgt studiepunten van de component leraarschap als een pakket van keuzevakken in een academische bacheloropleiding. De hogeschool in het kader van een School of Arts of de universiteit biedt daarvoor vijftien studiepunten educatieve keuzevakken in die academische bacheloropleidingen die rechtstreeks toeleiden naar een educatieve masteropleiding aan;
2° als de student de component leraarschap niet opneemt in een bacheloropleiding, kan hij die alsnog verwerven in het kader van een voorbereidingsprogramma dat hij vooraf of samen met de educatieve masteropleiding volgt;
3° als de student de component leraarschap niet opneemt in een bacheloropleiding of in het kader van een voorbereidingsprogramma, kan hij deze alsnog verwerven als een pakket van keuzevakken in de educatieve masteropleiding. Deze manier kan enkel worden ingericht als, binnen de eigen instelling, de twee eerste manieren ook ingericht worden.

In de educatieve masteropleidingen voor kunstvakken telt de artistieke component ten minste de helft van de studiepunten.

In afwijking van het vierde lid kan een student die rechtstreeks instroomt uit een bacheloropleiding uit het studiegebied Architectuur, Audiovisuele en beeldende kunsten, Bewegings- en revalidatiewetenschappen, Biomedische wetenschappen, Diergeneeskunde, Farmaceutische wetenschappen, Geneeskunde, Industriële wetenschappen en technologie, Muziek en podiumkunsten, Rechten, notariaat en criminologische wetenschappen, Sociale gezondheidswetenschappen, Tandheelkunde, Toegepaste biologische wetenschappen, of Toegepaste wetenschappen, het pakket van 15 studiepunten component leraarschap verwerven op volgende manieren :
1° in het kader van een voorbereidingsprogramma dat hij vooraf of samen met de educatieve masteropleiding volgt;
2° als een pakket van keuzevakken in de educatieve masteropleiding.

De bijzondere toelatingsvoorwaarden, vermeld in artikel II.186, zijn niet van toepassing voor het voorbereidingsprogramma, vermeld in het vierde lid

§ 2. De Vlaamse Regering legt vast welke educatieve masteropleidingen hogescholen, in het kader van een School of Arts, en de universiteiten kunnen aanbieden. De Vlaamse Regering bepaalt ook de studieomvang van de educatieve masteropleidingen en het studiegebied waaronder de educatieve masteropleidingen ressorteren.

§ 3. De Vlaamse Regering legt een lijst van vakdidactieken vast die de hogescholen, in het kader van een School of Arts, en de universiteiten mogen aanbieden binnen de educatieve masteropleidingen voor secundair onderwijs en kunstvakken. De studenten van deze opleidingen kiezen minstens één vakdidactiek uit het aanbod van de hogeschool of de universiteit, die erover waken dat de student de nodige vakinhoudelijke voorkennis heeft. De vakdidactieken en aanverwante opleidingsonderdelen vormen een voorwaarde voor het toekennen van bekwaamheidsbewijzen in het secundair onderwijs.

§ 4. Een student die al beschikt over een masterdiploma kan op basis van dat diploma vrijgesteld worden van de vakinhoudelijke component van een educatieve masteropleiding voor secundair onderwijs of kunstvakken.

De universiteiten die de educatieve masteropleiding voor secundair onderwijs aanbieden, bieden de component leraarschap, met inbegrip van een cluster vakdidactiek, aan als een verkort traject van die opleiding voor studenten die al over een masterdiploma beschikken.

De hogescholen, in het kader van een School of Arts, die de educatieve masteropleiding voor kunstvakken aanbieden, bieden de component leraarschap, met inbegrip van een cluster vakdidactiek, aan als een verkort traject van die opleiding voor studenten die al over een masterdiploma beschikken.

Het verkorte traject vormt een coherent geheel van 60 studiepunten, met inbegrip van de praktijkcomponent van ten minste 30 studiepunten, en wordt op het vlak van organisatie en methodiek op maat van de student aangeboden.

In het verkorte traject wordt versterkt ingezet op de mogelijkheid om de opleiding te volgen binnen een LIO-baan.

§ 4/1. Artikel II.244 is niet van toepassing op een student die al een diploma van een educatieve masteropleiding heeft en die deze educatieve masteropleiding wil volgen om een bijkomende vakdidactiek te behalen.

§ 5. In afwijking van paragraaf 4 kan een hogeschool, in het kader van een School of Arts, een educatieve masteropleiding voor kunstvakken organiseren in de vorm van een consecutief traject.

Dit consecutief traject heeft een omvang van 60 studiepunten, met inbegrip van de praktijkcomponent van ten minste 30 studiepunten, en wordt op het vlak van organisatie en methodiek op maat van de student aangeboden. De hogeschool biedt het consecutief traject aan zonder dat ze de volledige educatieve masteropleiding voor kunstvakken organiseert.

Als toelatingsvoorwaarde voor een educatieve masteropleiding voor kunstvakken waarvoor de hogeschool enkel het consecutieve traject organiseert, geldt dat de student moet beschikken over een masterdiploma in het studiegebied waartoe de educatieve masteropleiding behoort.

§ 6. In afwijking van paragraaf 4 kan een universiteit een educatieve masteropleiding organiseren in de vorm van een consecutief traject, als het gaat om een educatieve masteropleiding binnen het studiegebied Biomedische wetenschappen, Geneeskunde, of Sociale gezondheidswetenschappen, of als de educatieve masteropleiding volgt op een masteropleiding die een bacheloropleiding in het hoger professioneel onderwijs als algemene toelatingsvoorwaarde heeft, met toepassing van artikel II.182, § 2/1.

 § 7. De Evangelische Theologische Faculteit, Leuven kan een educatieve masteropleiding voor secundair onderwijs aanbieden overeenkomstig de bepalingen, vermeld in paragraaf 1 tot en met 4 van dit artikel.

Artikel II.114/1. (01/09/2024- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Ingevoegd bij 19/04/2024 Decreet over het onderwijs XXXIV 141.

Inhoud

Vanaf het academiejaar 2025-2026 kan een masteropleiding voor basisonderwijs aangeboden worden, die gericht is op het lesgeven in het basisonderwijs en op het uitbouwen van wetenschappelijke expertise die kan worden ingezet in het basisonderwijs ter versterking van de eigen klaspraktijk, het schoolbeleid en de schoolontwikkeling.

In toepassing van artikel II.68 worden de domeinspecifieke leerresultaten van deze opleiding gezamenlijk opgesteld door de betrokken universiteiten en hogescholen en gevalideerd door de accreditatieorganisatie.

In afwijking van artikel II.59 en II.71 wordt de masteropleiding voor basisonderwijs gezamenlijk aangeboden door een universiteit en een of meer hogescholen.
 
De betrokken universiteit reikt het diploma en de graad van master uit in het studiegebied psychologie en pedagogische wetenschappen en in het studiegebied onderwijs. De betrokken hogeronderwijsinstellingen vragen hiervoor gezamenlijk een ‘toets nieuwe opleiding’ aan bij de accreditatieorganisatie volgens de procedure, vermeld in deel 2, titel 3, hoofdstuk 9, afdeling 3/1. De accreditatieorganisatie gaat na of er effectief sprake is van een structurele en duurzame samenwerking tussen de hogescholen en de universiteiten. De accreditatieorganisatie kan enkel een positief accreditatiebesluit verlenen als er effectief sprake is van een structurele en duurzame samenwerking. Een tweede voorwaarde is een ruime betrokkenheid van het afnemend veld bij de opmaak van het curriculum. De bepalingen in artikel II.153, §2 tot en met §6, zijn niet van toepassing op de masteropleiding voor basisonderwijs.

De Vlaamse Regering kan maximaal vijf masteropleidingen voor basisonderwijs erkennen. Elke opleiding kan op slechts één vestiging worden aangeboden én in West-Vlaanderen voor de universiteiten die daar een vestigingsplaats hebben. Bovendien hebben de hogeronderwijsinstellingen de mogelijkheid om maximaal een derde van de studiepunten van de masteropleiding in co-creatie te organiseren op de vestigingsplaatsen van de hogescholen waarmee de universiteit de masteropleiding gezamenlijk aanbiedt.

Deel 2, titel 3, hoofdstuk 5, is voor deze erkenning niet van toepassing.

De Vlaamse Regering kan een masteropleiding voor basisonderwijs erkennen na ontvangst van een positief toetsingsbesluit van de accreditatieorganisatie, vermeld in deel 2, titel 3, hoofdstuk 9, afdeling 3/1, onderafdeling 4. De Vlaamse Regering neemt het besluit tot erkenning van de nieuwe opleiding binnen een ordetermijn van dertig dagen, die ingaat de dag na de dag van de ontvangst van het positief toetsingsbesluit en het onderliggende beoordelingsrapport van de accreditatieorganisatie. Het besluit treedt in werking met ingang van de bekendmaking ervan aan de instelling. De opleiding krijgt een erkenning als nieuwe opleiding tot en met het einde van het tweede academiejaar dat volgt op het einde van het academiejaar waarin de studieomvang van de masteropleiding voor basisonderwijs voor de eerste keer geheel doorlopen werd.

De hogescholen en de universiteiten die de gezamenlijk georganiseerde masteropleiding voor basisonderwijs aanbieden, sluiten een overeenkomst die afspraken bevat omtrent het opleidingsprogramma, de wijze van administratie van de studenten en de financiële transacties tussen de instellingen. De financiering vanuit de werkingsenveloppe wordt als volgt verdeeld: de opgenomen studiepunten in een master basisonderwijs worden naar rato van de werklast verdeeld over de verschillende aanbieders, met minstens 30% voor de deelnemende hogescholen.

Artikel II.115. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 113.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 55decies.

Inhoud

Met behoud van de toepassing van artikel II.189 hebben met ingang van het academiejaar 2006-2007 alle personeelsleden van het onderwijs toegang tot de bachelor-na-bacheloropleiding Buitengewoon Onderwijs en de bachelor-na-bacheloropleiding Zorgverbreding en Remediërend Leren.

Artikel II.116. (01/09/2020- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 03/07/2020 Decreet over het onderwijs XXX 134.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 55undecies.

Inhoud

...

[Hoofdstuk 7 Inclusief hoger onderwijs (verv. decr. 16 juni 2017, art. VI.7, I: 1 september 2017)] (... - ...)

Artikel II.117. (01/09/2017- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 16/06/2017 Decreet betreffende het onderwijs XXVII VI.8.
Zie ook 13/07/1994 Decreet betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap 57bis.

Inhoud

Ter ondersteuning van het beleid dat hogescholen en universiteiten voeren in het kader van inclusief hoger onderwijs wordt vanaf begrotingsjaar 2017 een extra bedrag toegevoegd aan de sociale toelage die krachtens artikel III.66 van deze codex jaarlijks aan de hogescholen en universiteiten wordt toegekend.

Artikel II.118. (01/09/2017- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 16/06/2017 Decreet betreffende het onderwijs XXVII VI.9.
Zie ook 13/07/1994 Decreet betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap 57ter.

Inhoud

Het in artikel II.117 bij de sociale toelage toegevoegde bedrag kan zoals bedoeld in artikel III.66 van deze codex enkel aangewend worden voor opleidingsgebonden materies inzake studenten met functiebeperkingen, zoals omschreven in artikel II.276, § 3, van deze codex.

Artikel II.119. (01/09/2017- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 16/06/2017 Decreet betreffende het onderwijs XXVII VI.10.

Inhoud

De hogescholen en universiteiten rapporteren in het jaarverslag over studentenvoorzieningen over de globale inhoud van de begeleiding en de aanwending in functie van de ondersteuning van de student van het volgens artikel II.117 van deze codex aan de sociale toelage toegevoegde bedrag.

Artikel II.120. (01/09/2017- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 16/06/2017 Decreet betreffende het onderwijs XXVII VI.11.
Zie ook 13/07/1994 Decreet betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap 57sexies.

Inhoud

...

Hoofdstuk 8 Kwaliteitszorg (... - ...)

Afdeling 1 Interne en externe kwaliteitszorg (... - ...)

Artikel II.121. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 92.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 92, gewijzigd bij het Aanvullingsdecreet, artikel V.19.
De opdeling in streepjes is vervangen door een opdeling in 1°, 2° en 3°.

Inhoud

De ambtshalve geregistreerde instellingen zorgen voor de interne en de externe kwaliteitszorg van de onderzoeksactiviteiten:

1°   zij zien permanent en op eigen initiatief toe op de kwaliteit van hun onderzoeksactiviteiten;

2°   zij voorzien, zoveel mogelijk met andere binnenlandse en buitenlandse instellingen, in een regelmatige beoordeling, ten minste om de 8 jaar, van de kwaliteit van de onderzoeksactiviteiten van de instelling. Van de uitkomsten van deze beoordeling wordt er een openbaar verslag gemaakt;

3°   zij geven gevolg aan de uitkomsten van de kwaliteitsbeoordeling in hun beleid.

Artikel II.122. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 9.
Gewijzigd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 115.
Gewijzigd bij 01/03/2019 Decreet tot wijziging van de regelgeving betreffende het toezicht op en bepaalde organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 20.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 93.

Inhoud

§ 1. De instellingen voor hoger onderwijs zorgen voor de kwaliteitszorg van de onderwijsactiviteiten. Ze zien permanent en op eigen initiatief toe op de kwaliteit van hun onderwijsactiviteiten. Ze betrekken interne en externe stakeholders en externe, onafhankelijke deskundigen bij de processen van kwaliteitsbewaking. Ze voorzien in een regelmatige beoordeling van de kwaliteit van hun onderwijsactiviteiten.

§ 2. De instellingen voor hoger onderwijs leggen verantwoording af over de kwaliteit van hun opleidingen.

De instellingen, vermeld in artikel II.2 en II.3, doen dat binnen of op maat van de eigen regie van de borging van de kwaliteit van hun opleidingen conform de bepalingen, vermeld in hoofdstuk 9/1, afdeling 2 en 3.

Voor wat betreft de transnationale Universiteit Limburg zijn de bepalingen, vermeld in hoofdstuk 9/1, enkel van toepassing op de universitaire campus Diepenbeek-Hasselt.

De instellingen, vermeld in artikel II.19, II.20, II.21, II.105 en II.106, en de geregistreerde instellingen, vermeld in artikel II.6, doen dat door beoordelingen door externe evaluatieorganen op opleidingsniveau conform de bepalingen, vermeld in hoofdstuk 9/1, afdeling 4.

Artikel II.123. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 8quater.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 8quater, tweede lid, ingevoegd bij het integratiedecreet, artikel 6.

Inhoud

De betrokken hogeschool of, in het kader van een samenwerkingsverband, de betrokken hogescholen zien toe op de kwaliteitsbewaking van het onderwijs en het onderzoek van de School of Arts.

Artikel II.124. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 12/06/1991 Decreet betreffende de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap 169quater.

Commentaar

Universiteitendecreet, artikel 169quater, §5, ingevoegd bij het Decreet tertiair onderwijs, artikel 73.
Tussen de woorden ‘Initiërende Universiteit” en de woorden “ziet toe op” zijn de woorden “, bedoeld in artikel II.5,” gevoegd.

Inhoud

De Initiërende Universiteit, bedoeld in artikel II.5, ziet toe op de kwaliteitsbewaking van het onderzoek en onderwijs van het instituut.

Artikel II.124/1. (01/09/2021- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Ingevoegd bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 10.
Gewijzigd bij 03/07/2020 Decreet over het onderwijs XXX 135.
Gewijzigd bij 09/07/2021 Decreet over het onderwijs XXXI 206.

Inhoud

De instellingen dragen de kosten van de beoordelingsprocedures, vermeld in hoofdstuk 9 en 9/1. De Vlaamse minister bevoegd voor het onderwijs bepaalt de tarieven voor de uitvoering van die beoordelingsprocedures. De tariefbepaling gebeurt binnen de volgende parameters :
1° het tarief voor de toets nieuwe opleiding, vermeld in hoofdstuk 9, afdeling 3/1, bedraagt per opleiding ten minste 5000 euro en ten hoogste 20.000 euro;
2° het tarief voor de instellingsreview, vermeld in hoofdstuk 9/1, afdeling 2, bedraagt per instelling ten minste 20.000 euro en ten hoogste 60.000 euro;
3° het tarief voor de opleidingsaccreditatie, vermeld in hoofdstuk 9/1, afdeling 3, bedraagt per opleiding ten minste 5000 euro en ten hoogste 20.000 euro;
4° het tarief voor de opleidingsaccreditatie, vermeld in hoofdstuk 9/1, afdeling 4, bedraagt per opleiding ten minste 500 euro en ten hoogste 2000 euro.
5° het tarief voor de toets nieuwe opleiding, vermeld in artikel II.153/5, bedraagt per opleiding ten minste 500 euro en ten hoogste 2000 euro;
6° het tarief voor de opleidingsaccreditatie, vermeld in artikel II.170/12, vierde lid en II.170/17, § 3, bedraagt per opleiding ten minste 500 euro en ten hoogste 2000 euro.

Vanaf 2020 worden de bedragen, vermeld in het eerste lid, en de bedragen die de Vlaamse minister bevoegd voor onderwijs bepaald heeft overeenkomstig dit lid, aangepast aan de jaarlijkse stijging van de index van de consumptieprijzen met als referentiedatum 1 september 2019. Het bedrag wordt afgerond naar het dichtstbijzijnde geheel getal.

Artikel II.124/2. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Ingevoegd bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 11.
Gewijzigd bij 01/03/2019 Decreet tot wijziging van de regelgeving betreffende het toezicht op en bepaalde organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 21.

Inhoud

§ 1. De accreditatieorganisatie voert jaarlijkse systeembrede analyses uit in het hoger onderwijs. Deze analyses brengen goede praktijken inzake onderwijsbeleid en onderwijskwaliteit in beeld en bieden de mogelijkheid om van elkaar te leren.

§ 2. De instellingen, vermeld in artikel II.2 en II.3, nemen tijdens een periode van zes jaar ten minste twee keer deel aan een systeembrede analyse.

Voor de toepassing van het eerste lid worden de transnationale Universiteit Limburg en de Universiteit Hasselt als één instelling beschouwd.

De VLUHR, de studentenkoepelverenigingen, de accreditatieorganisatie en de bevoegde dienst van de Vlaamse Regering leggen samen de onderwerpen en de kalender vast. De eerste periode van zes jaar gaat van start in het academiejaar 2020-2021.

Artikel II.124/3. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Ingevoegd bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 12.
Vervangen bij 01/03/2019 Decreet tot wijziging van de regelgeving betreffende het toezicht op en bepaalde organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 22.

Inhoud

De Vlaamse Regering kan de accreditatieorganisatie belasten met volgende aanvullende opdrachten :
1° studie en advies inzake kwaliteitszorg in het hoger onderwijs;
2° het uitvoeren van accreditatieactiviteiten op vraag van buitenlandse instellingen voor hoger onderwijs in andere landen dan België en Nederland, voor zover deze activiteiten de hoofdopdracht van de accreditatieorganisatie ondersteunen of aanvullen en dit de optimale werking, dienstverlening en voorziene termijnen ten aanzien van opleidingen binnen het hoger onderwijs, verzorgd door in Nederland of in Vlaanderen gevestigde instellingen, op geen enkele manier in het gedrang brengt.

Artikel II.124/4. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Ingevoegd bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 13.

Inhoud

De bevoegde dienst van de Vlaamse Regering stelt op een toegankelijke wijze kwantitatieve basisindicatoren tot op opleidingsniveau ter beschikking. Die basisindicatoren verduidelijken het profiel van een opleiding.

Artikel II.125. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 116.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 93bis.

Inhoud

...

Afdeling 2 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 14, I: 1 september 2019)] (... - ...)
Onderafdeling 1 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 14, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Artikel II.126. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 14.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 93ter.

Inhoud

...

Onderafdeling 2 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 14, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Artikel II.127. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 14.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 93quater.

Inhoud

...

Onderafdeling 3 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 14, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Artikel II.128. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 14.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 93quinquies.

Inhoud

...

Onderafdeling 4 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 14, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Artikel II.129. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 14.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 93sexies.

Inhoud

...

Onderafdeling 5 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 14, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Artikel II.130. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 14.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 93septies.

Inhoud

...

Onderafdeling 6 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 14, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Artikel II.131. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 14.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 93octies.

Inhoud

...

Onderafdeling 7 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 14, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Artikel II.132. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 14.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 93nonies.

Inhoud

...

[Hoofdstuk 9 Programmatie en registratie van opleidingen (verv. decr. 18 mei 2018, art. 15, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Afdeling 1 Algemeen (... - ...)

Artikel II.133. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 19/06/2015 Decreet houdende wijziging van de Codex Hoger Onderwijs met betrekking tot het stelsel van kwaliteitszorg en accreditatie in het hoger onderwijs 6.
Gewijzigd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 117.
Gewijzigd bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 16.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 56.

Inhoud

§1. De instellingen voor hoger onderwijs verlenen de graden van gegradueerde, bachelor of master op grond van het met goed gevolg voltooien van een opleiding die overeenkomstig deze codificatie georganiseerd wordt en die:
1°   ofwel overeenkomstig deze codex geaccrediteerd is voor de in het accreditatiebesluit bepaalde duur;
2°   ofwel overeenkomstig afdeling 3 en 3/1 erkend is als nieuwe opleiding;
3°   ofwel een verlenging geniet van de geldigheidsduur van de accreditatie overeenkomstig hoofdstuk 9/1;
4° ofwel als opleiding van het hoger beroepsonderwijs is geactualiseerd conform afdeling 3/2;
5° ofwel geaccrediteerd is overeenkomstig een accreditatiebesluit genomen voor 1 september 2019 voor de in het accreditatiebesluit bepaalde duur;
6° ofwel erkend is als nieuwe opleiding overeenkomstig een erkenningsbesluit genomen voor 1 september 2019.

§2. Een opleiding die niet meer voldoet aan de voorwaarden vermeld in paragraaf 1 wordt geschrapt uit het Hogeronderwijsregister, vermeld in artikel II.170, vanaf het academiejaar dat volgt op het academiejaar waarin de geldigheid van de lopende accreditatie, de erkenning als nieuwe opleiding of de verlenging van de accreditatie vervalt.

Het instellingsbestuur kan eerst na verloop van een periode van 3 jaar te rekenen vanaf de datum van de schrapping van een opleiding een aanvraag tot erkenning als nieuwe opleiding indienen van:
1°   de geschrapte opleiding, of
2°   een opleiding waarvan het opleidingsprogramma grotendeels overeenstemt met dat van de geschrapte opleiding.

In geval van schrapping van een opleiding sluit het instellingsbestuur een overeenkomst met (een) binnenlandse of buitenlandse instelling(en) die de betrokken opleiding kan/kunnen aanbieden. Deze overeenkomst betreft de wijze waarop de ingeschreven studenten hun opleiding kunnen voltooien.

§3. De accreditatiestatus van een opleiding, zoals bepaald in paragraaf 1, wordt bij overdracht van de ene instelling voor hoger onderwijs naar een andere instelling voor hoger onderwijs behouden.

 

[Afdeling 2 Domeinspecifieke leerresultaten (verv. decr. 18 mei 2018, art. 17, I: 1 september 2019)] (... - ...)
Onderafdeling 1 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 18, I: 1 september 2019)] (... - ...)
[... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 18, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Artikel II.134. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 18.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 56bis.

Inhoud

...

[... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 18, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Artikel II.135. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 18.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 57.

Inhoud

...

Artikel II.136. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 18.
Zie ook 18/05/1999 Decreet betreffende sommige instellingen van openbaar nut voor postinitieel onderwijs, wetenschappelijk onderzoek en wetenschappelijke dienstverlening 11.
Zie ook 18/05/1999 Decreet betreffende sommige instellingen van openbaar nut voor postinitieel onderwijs, wetenschappelijk onderzoek en wetenschappelijke dienstverlening 12.

Inhoud

...

Artikel II.137. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 18.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 57bis.

Inhoud

...

Artikel II.138. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 18.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 57ter.

Inhoud

...

[... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 18, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Artikel II.139. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 18.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 57quater.

Inhoud

...

Onderafdeling 2 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 19, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Artikel II.140. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 20.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 58.

Inhoud

...

Artikel II.141. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 01/03/2019 Decreet tot wijziging van de regelgeving betreffende het toezicht op en bepaalde organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 23.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 58.

Inhoud

De domeinspecifieke leerresultaten, vermeld in artikel II.68 zijn een vertaling van de volgende niveaudescriptoren:

1°   in de opleidingen leidend tot de graad van gegradueerde in het hoger beroepsonderwijs :

a)    het uitbreiden of met ontbrekende gegevens aanvullen van de informatie uit een specifiek domein met concrete en abstracte gegevens; het hanteren van begrippenkaders en het zich bewust zijn van de reikwijdte van de domeinspecifieke kennis;

b)    het toepassen van geïntegreerde cognitieve en motorische vaardigheden;

c)    het transfereren van kennis en flexibel en inventief aanwenden van procedures voor het uitvoeren van taken en voor het strategisch oplossen van concrete en abstracte problemen;

d)    het handelen in een reeks van nieuwe, complexe contexten;

e)    het autonoom functioneren met initiatief;

f)     het opnemen van verantwoordelijkheid voor het bereiken van persoonlijke resultaten en voor het stimuleren van collectieve resultaten.

2°   in de opleidingen leidend tot de graad van bachelor in het hoger professioneel onderwijs:

a)    het beheersen van algemene competenties als denk- en redeneervaardigheid, het verwerven en verwerken van informatie, het vermogen tot kritische reflectie en projectmatig werken, creativiteit, het kunnen uitvoeren van eenvoudige leidinggevende taken, ondernemend handelen, het vermogen tot communiceren van informatie, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken en een ingesteldheid tot levenslang leren;

b)    het beheersen van de algemene beroepsgerichte competenties als teamgericht kunnen werken, oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig kunnen definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën, en het besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk;

c)    het beheersen van beroepsspecifieke competenties op het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar al dan niet als ondernemer;

3°   in de opleidingen leidend tot de graad van bachelor in het academisch onderwijs:

a)    het beheersen van algemene competenties als denk- en redeneervaardigheid, het verwerven en verwerken van informatie, het vermogen tot kritische reflectie, creativiteit, het kunnen uitvoeren van eenvoudige managementtaken, ondernemend handelen, het vermogen tot communiceren van informatie, ideeën, problemen en oplossingen zowel aan specialisten als aan leken en een ingesteldheid tot levenslang leren;

b)    het beheersen van algemene wetenschappelijke competenties als een onderzoekende houding, kennis hebben van onderzoeksmethoden en technieken en deze adequaat kunnen toepassen, het vermogen om de relevante data te verzamelen die de oordeelsvorming over maatschappelijke, wetenschappelijke en ethische vraagstukken kunnen sturen, een appreciatie van de onzekerheid, de ambiguïteit en de grenzen van de kennis en de vaardigheid tot het probleemgestuurd initiëren van onderzoek;

c)    het begrip van de wetenschappelijk-disciplinaire basiskennis eigen aan een bepaald domein van de wetenschappen of de kunsten, een systematische kennis van de kernelementen van een discipline met inbegrip van het verwerven van coherente en gedetailleerde kennis deels geïnspireerd door de nieuwste ontwikkelingen van de discipline en een begrip van de structuur van het vakgebied en de samenhang met andere vakgebieden;

4°   in de opleidingen leidend tot de graad van master:

a)    het beheersen van algemene competenties op een gevorderd niveau als het vermogen om op een wetenschappelijke wijze te denken en handelen, het om kunnen gaan met complexe problemen, het kunnen reflecteren op het eigen denken en werken en het kunnen vertalen van die reflectie naar de ontwikkeling van meer adequate oplossingen, het vermogen tot communiceren van het eigen onderzoek en probleemoplossingen met vakgenoten en leken en het vermogen tot oordeelsvorming in een onzekere context;

b)    het beheersen van algemene wetenschappelijke competenties op een gevorderd niveau als het kunnen gebruiken van methoden en technieken in onderzoek, het kunnen ontwerpen van onderzoek, het kunnen toepassen van paradigma's in het domein van de wetenschappen of kunsten en het kunnen aanduiden van de grenzen van paradigma's, het vermogen tot originaliteit en creativiteit met het oog op het continu uitbreiden van de kennis en inzichten en het samen kunnen werken in een multidisciplinaire omgeving;

c)    een gevorderd begrip van en inzicht in de wetenschappelijk-disciplinaire kennis eigen aan een bepaald domein van de wetenschappen of de kunsten, inzicht hebben in de nieuwste kennis van het vakgebied of delen ervan, in staat zijn om de wijze waarop de theorievorming beweegt te volgen en te interpreteren, in staat zijn om in 1 of enkele delen van het vakgebied een originele bijdrage aan de kennis te leveren en het bezitten van specifieke bij het vakgebied horende vaardigheden als ontwerpen, onderzoeken, analyseren, diagnosticeren;

d)    hetzij het beheersen van de competenties nodig voor het zelfstandig kunnen verrichten van wetenschappelijk onderzoek of de zelfstandige beoefening van de kunsten op het niveau van een beginnend onderzoeker of kunstenaar, hetzij het beheersen van de algemene en specifieke beroepsgerichte competenties nodig voor de zelfstandige aanwending van wetenschappelijke of artistieke kennis op het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar al dan niet als ondernemer.

5°   in de doctoraatsvoorbereidingen, leidend tot de graad van doctor:

a)    het systematisch begrijpen van een vakgebied en het beheersen van de vaardigheden en methodieken van onderzoek in dat vakgebied;

b)    de bekwaamheid om met de geëigende integriteit van een onderzoeker een omvangrijk onderzoeksproces te ontwerpen, ontwikkelen, uit te voeren en aan te passen;

c)    het door origineel onderzoek leveren van een bijdrage aan verlegging van de grenzen van kennis door een omvangrijke hoeveelheid werk, waarvan een deel een nationaal of internationaal beoordeelde publicatie verdient;

d)    het in staat zijn tot kritische analyse, evaluatie en synthese van nieuwe en complexe ideeën;

e)    het kunnen communiceren met vakgenoten en de bredere wetenschappelijke gemeenschap nationaal en internationaal en de samenleving als geheel over het terrein waarop men deskundig is;

f)     een vernieuwende bijdrage leveren binnen de academische en professionele context, wat leidt tot technologische, sociale of culturele vooruitgang in een kennissamenleving.

Onderafdeling 3 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 21, I: 1 september 2019)] (... - ...)
[... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 21, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Artikel II.142. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 21.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 58bis.

Inhoud

...

Artikel II.143. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 21.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 59.

Inhoud

...

Artikel II.144. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 21.
Gewijzigd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 118.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 59bis.

Inhoud

...

[... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 21, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Artikel II.145. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 21.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 59ter.

Inhoud

...

Artikel II.146. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 21.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 59quater.

Inhoud

...

Onderafdeling 4 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 22, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Artikel II.147. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 22.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 60.

Inhoud

...

Onderafdeling 5 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 23, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Artikel II.148. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 23.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 60bis.

Inhoud

...

Onderafdeling 6 [... (opgeh. decr. 18 mei 2018, art. 24, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Artikel II.149. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 24.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 60sexies.

Inhoud

...

[Afdeling 3 Programmatie (verv. decr. 18 mei 2018, art. 25, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Artikel II.150. (01/10/2013- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 10/03/2017 tot erkenning van de masteropleiding master in de handelswetenschappen als nieuwe opleiding van de Universiteit Hasselt
Zie ook 11/03/2022 tot erkenning van het graduaat in de juridisch-administratieve ondersteuning als nieuwe opleiding van de Katholieke Hogeschool Vives Noord

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 60septies.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 60septies, ingevoegd bij het Aanvullingsdecreet, artikel V.10.
De woorden “artikel 64” zijn vervangen door de woorden “artikel II.170”.

Inhoud

Een opleiding die niet voorkomt in het in artikel II.170 bedoelde Hogeronderwijsregister of die in hoofde van de instelling niet voorkomt in het Hogeronderwijsregister, wordt een nieuwe opleiding genoemd.

Artikel II.150/1. (01/09/2019- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 26/06/2020 tot erkenning van het graduaat in het systeem- en netwerkbeheer als nieuwe opleiding van Thomas More Kempen
Zie ook 11/12/2020 tot erkenning van het graduaat in het systeem- en netwerkbeheer als nieuwe opleiding van de Katholieke Hogeschool Vives Zuid
Zie ook 22/01/2021 tot erkenning van het graduaat in het transport en de logistiek als nieuwe opleiding van de Hogeschool West-Vlaanderen
Zie ook 04/02/2022 tot erkenning van het graduaat in het transport en de logistiek als nieuwe opleiding van de Arteveldehogeschool
Zie ook 11/03/2022 tot erkenning van het graduaat in het programmeren als nieuwe opleiding van de Arteveldehogeschool
Zie ook 06/05/2022 tot erkenning van het graduaat in de orthopedagogische begeleiding als nieuwe opleiding van de Arteveldehogeschool
Zie ook 13/05/2022 tot erkenning van het graduaat in de podium- en eventtechnieken als nieuwe gezamenlijke opleiding van Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen en Erasmushogeschool Brussel
Zie ook 13/01/2023 tot erkenning van het graduaat in het sociaal-cultureel werk als nieuwe opleiding van de Erasmushogeschool Brussel
Zie ook 13/01/2023 tot erkenning van het graduaat in de travel support als nieuwe opleiding van de Erasmushogeschool Brussel
Zie ook 13/01/2023 tot erkenning van het graduaat in de werkvoorbereiding hout als nieuwe opleiding van de Katholieke Hogeschool Vives Zuid
Zie ook 03/03/2023 tot erkenning van het graduaat in de travel support als nieuwe opleiding van de Hogeschool West-Vlaanderen
Zie ook 03/03/2023 tot erkenning van het graduaat in de travel support als nieuwe opleiding van Thomas More Mechelen-Antwerpen

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Ingevoegd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 119.
Gewijzigd bij 01/03/2019 Decreet tot wijziging van de regelgeving betreffende het toezicht op en bepaalde organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 24.
Gewijzigd bij 01/03/2019 Decreet tot wijziging van de regelgeving betreffende het toezicht op en bepaalde organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 25.

Inhoud

§ 1. In het advies over de ontwikkeling van een onderwijskwalificatie, vermeld in artikel 15/1 van het decreet van 30 april 2009 betreffende de kwalificatiestructuur, verleent de bevoegde dienst van de Vlaamse Regering ook een advies over de verwantschap van :
1° de onderwijskwalificatie met een of meer bestaande opleidingen van het hoger beroepsonderwijs. Daarvoor vraagt de bevoegde dienst van de Vlaamse Regering inbreng van vertegenwoordigers van de hogescholen;
2° de beroepskwalificatie waarvoor geen onderwijskwalificatie wordt ontwikkeld, met een of meer bestaande opleidingen van het hoger beroepsonderwijs.

De bevoegde dienst van de Vlaamse Regering kan bij het advies over de verwantschap rekening houden met de volgende criteria :
1° de sectorale indeling;
2° de indeling naar beroepsgroep;
3° de wetenschappelijke discipline of het studiegebied.

De verwantschap kan worden vastgelegd op het niveau van de volledige opleiding of op het niveau van de afstudeerrichtingen of de opties van een opleiding van het hoger beroepsonderwijs.

§ 2. De Vlaamse Regering beslist over de verwantschap met bestaande hbo5-opleidingen.

Als de Vlaamse Regering beslist dat een bestaande hbo5-opleiding verwant is met een beroepskwalificatie waarvoor een onderwijskwalificatie wordt ontwikkeld, wordt de bestaande hbo5-opleiding omgevormd tot die onderwijskwalificatie.

Als er een verwantschap wordt bepaald met verschillende onderwijskwalificaties of met een onderwijskwalificatie met verschillende afstudeerrichtingen, hebben de hogescholen de vrijheid om te kiezen tot welke onderwijskwalificatie ze de bestaande hbo5-opleiding zullen omvormen.

In afwijking hiervan kunnen de hogescholen Katholieke Hogeschool Vives Zuid en Thomas More Kempen beslissen om een van een centrum voor volwassenenonderwijs overgenomen hbo5-opleiding Elektromechanica of een overgenomen hbo5-opleiding Informatica per optie om te vormen naar een onderwijskwalificatie waarmee die hbo5-opleiding verwant is verklaard, op voorwaarde dat de desbetreffende optie in het schooljaar 2017-2018 binnen het samenwerkingsverband werd georganiseerd.

In afwijking hiervan kan de Hogeschool PXL een van een centrum voor volwassenenonderwijs overgenomen hbo5-opleiding Hout- en bouwconstructies omvormen naar twee onderwijskwalificaties waarmee die hbo5-opleiding verwant is verklaard.

Hogescholen die een bestaande hbo5-opleiding omvormen, hoeven geen macrodoelmatigheidstoets als vermeld in artikel II.152, 3°, aan te vragen.

Als de Vlaamse Regering beslist dat een bestaande hbo5-opleiding verwant is met een beroepskwalificatie waarvoor geen onderwijskwalificatie wordt ontwikkeld, wordt die opleiding stopgezet. De hogeschool kan vanaf het volgende academiejaar geen nieuwe studenten meer inschrijven. Het instellingsbestuur garandeert de voorzieningen die nodig zijn om de ingeschreven studenten hun opleiding te kunnen laten voltooien.

Als de Vlaamse Regering beslist dat er geen bestaande hbo5-opleiding verwant is met een beroepskwalificatie waarvoor een onderwijskwalificatie wordt ontwikkeld, wordt de graduaatsopleiding die leidt tot de onderwijskwalificatie, als een nieuwe opleiding beschouwd. Hogescholen kunnen een aanvraag indienen om die opleiding aan te bieden volgens de procedure, vermeld in artikel II.152 en II.153.

§ 3. Hogescholen die geen onderwijsbevoegdheid hebben voor een bestaande hbo5-opleiding die wordt omgevormd, kunnen een aanvraag indienen om die opleiding aan te bieden. Die aanvraag wordt ingediend volgens de procedure, vermeld in artikel II.152 en II.153, en kan op zijn vroegst in het kalenderjaar dat volgt op de erkenning van de desbetreffende opleiding aan de andere hogescholen, worden ingediend.

Artikel II.151. (01/09/2022- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 09/07/2021 Decreet over het onderwijs XXXI 207.
Gewijzigd bij 07/07/2023 Decreet over het onderwijs XXXIII 121.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 95bis.1.

Inhoud

De bacheloren masteropleidingen die worden geselecteerd overeenkomstig de bepalingen van een Europees financieringsprogramma ter bevordering van de internationale samenwerking in het hoger onderwijs en waarbinnen multi- of gezamenlijke diplomering wordt vooropgesteld, worden niet beschouwd als nieuwe opleidingen zoals bedoeld in artikel II.150. De instellingen kunnen deze opleidingen alleen maar aanbieden voor zover ze over de vereiste onderwijsbevoegdheid beschikken. Deze worden geacht geaccrediteerd te zijn tot en met het einde van het tweede academiejaar volgend op het laatste academiejaar van de Europese erkenning of tot en met het einde van het tweede academiejaar na de verlenging van de Europese erkenning. De duur van de overgangsaccreditatie kan nooit meer dan 7 academiejaren zijn.

Het instellingsbestuur kan de inschrijving voor een bacheloren masteropleiding die geselecteerd werd overeenkomstig de bepalingen van een Europees financieringsprogramma ter bevordering van de internationale samenwerking in het hoger onderwijs en waarbinnen multiof gezamenlijke diplomering wordt vooropgesteld, wel afhankelijk maken van een onderzoek naar de geschiktheid en de bekwaamheid van de student om deze opleiding te volgen.

Een bachelor­ of masteropleiding die kadert binnen een ‘European Universities Initiative’ dat als pilootproject in 2019 of 2020 is goedgekeurd, of de verlengingen daarvan, wordt geacht een opleiding te zijn die is geselecteerd conform de bepalingen van een Europees financieringsprogramma ter bevordering van de internationale samenwerking in het hoger onderwijs en waarbinnen multi­ of gezamenlijke diplomering wordt vooropgesteld als vermeld in het eerste lid. De instellingen kunnen deze opleidingen alleen maar aanbieden voor zover ze over de vereiste onderwijsbevoegdheid beschikken. De voormelde opleidingen starten uiterlijk in het academiejaar dat volgt op het academiejaar waarin het pilootproject afloopt of waarin de verlengingen van het pilootproject aflopen. In afwijking van het eerste lid, worden deze opleidingen geacht geaccrediteerd te zijn tot en met het einde van het tweede academiejaar dat volgt op het einde van het academiejaar waarin de studieomvang bepaald voor de desbetreffende opleiding voor de eerste keer geheel doorlopen werd.

Artikel II.152. (01/09/2020- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 02/10/2020 tot vastlegging van de lijst van de opleidingen van het hoger beroepsonderwijs die per instelling worden aangeboden in het hoger onderwijs in Vlaanderen in het academiejaar 2020-2021
Zie ook 22/01/2021 tot erkenning van het graduaat in het transport en de logistiek als nieuwe opleiding van de Hogeschool West-Vlaanderen
Zie ook 23/04/2021 tot erkenning van de masteropleiding master in musical als nieuwe opleiding van de Erasmushogeschool Brussel, vestiging Brussel - Hoofdstad
Zie ook 25/06/2021 tot erkenning van de educatieve master in de godsdienst als nieuwe opleiding van de Evangelische Theologische Faculteit, vestiging Leuven
Zie ook 09/07/2021 tot erkenning van de masteropleiding master in de scheepswerktuigkunde als nieuwe opleiding van de Hogere Zeevaartschool, vestiging Antwerpen
Zie ook 04/02/2022 tot erkenning van het graduaat in de voertuigtechnieken als nieuwe opleiding van de Karel de Grote Hogeschool, Katholieke Hogeschool Antwerpen
Zie ook 04/02/2022 tot erkenning van de master-na-masteropleiding Master of Science in Cybersecurity als nieuwe opleiding van de Katholieke Universiteit Leuven, vestiging Leuven
Zie ook 04/02/2022 tot erkenning van het graduaat in het maatschappelijk werk als nieuwe opleiding van de Karel de Grote Hogeschool, Katholieke Hogeschool Antwerpen
Zie ook 04/02/2022 tot erkenning van het graduaat in het transport en de logistiek als nieuwe opleiding van de Arteveldehogeschool
Zie ook 04/02/2022 tot erkenning van het graduaat in het Internet of Things als nieuwe opleiding van de Karel de Grote Hogeschool, Katholieke Hogeschool Antwerpen
Zie ook 04/02/2022 tot erkenning van de master-na-masteropleiding Master of Science in Artificial Intelligence in Business and Industry als nieuwe opleiding van de Katholieke Universiteit Leuven, vestiging Brugge
Zie ook 11/03/2022 tot erkenning van de master-na-masteropleiding Master of Science in Sustainable Food Packaging als nieuwe opleiding van de Universiteit Gent, vestiging Kortrijk
Zie ook 11/03/2022 tot erkenning van het graduaat in het programmeren als nieuwe opleiding van de Arteveldehogeschool
Zie ook 01/04/2022 tot erkenning van de bachelor in de artificiële intelligentie als nieuwe opleiding van de Vrije Universiteit Brussel, vestiging Brussel
Zie ook 01/04/2022 tot erkenning van de initiële masteropleiding master in materiomics als nieuwe opleiding van de Universiteit Hasselt
Zie ook 01/04/2022 tot erkenning van de initiële masteropleiding master in de verpleegkunde en de vroedkunde als nieuwe opleiding van de Universiteit Hasselt
Zie ook 01/04/2022 tot erkenning van de initiële bacheloropleiding bachelor in de sociale wetenschappen als nieuwe opleiding van de Universiteit Hasselt
Zie ook 01/04/2022 tot erkenning van de bachelor-na-bacheloropleiding bachelor in de e-health als nieuwe opleiding van de Katholieke Hogeschool West-Vlaanderen, vestiging Brugge
Zie ook 01/04/2022 tot erkenning van de bacheloropleiding bachelor in media en entertainment business als nieuwe opleiding van de Katholieke Hogeschool Vives Zuid
Zie ook 06/05/2022 tot erkenning van de initiële masteropleiding master in de industriële wetenschappen: informatica als nieuwe opleiding van de Universiteit Hasselt en de Katholieke Universiteit Leuven
Zie ook 06/05/2022 tot erkenning van de initiële masteropleiding Master of Pharmaceutical Engineering als nieuwe opleiding van de Universiteit Gent, vestiging Gent
Zie ook 13/05/2022 tot erkenning van het graduaat in de podium- en eventtechnieken als nieuwe gezamenlijke opleiding van Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen en Erasmushogeschool Brussel
Zie ook 15/07/2022 tot erkenning van de initiële masteropleiding master in systeem- en procesinnovatie in de gezondheidszorg als nieuwe opleiding van de Universiteit Hasselt
Zie ook 13/01/2023 tot erkenning van het graduaat in het sociaal-cultureel werk als nieuwe opleiding van de Erasmushogeschool Brussel
Zie ook 13/01/2023 tot erkenning van het graduaat in de travel support als nieuwe opleiding van de Erasmushogeschool Brussel
Zie ook 13/01/2023 tot erkenning van het graduaat in de werkvoorbereiding hout als nieuwe opleiding van de Katholieke Hogeschool Vives Zuid
Zie ook 10/02/2023 tot erkenning van de bacheloropleiding “Bachelor in de toegepaste psychologie” als nieuwe opleiding van de Hogeschool PXL
Zie ook 10/02/2023 tot erkenning van de bacheloropleiding “Bachelor in het human resources management” als nieuwe opleiding van Thomas More Kempen
Zie ook 10/02/2023 tot erkenning van de bacheloropleiding “Bachelor in de built environment” als nieuwe opleiding van de Hogeschool West-Vlaanderen
Zie ook 03/03/2023 tot erkenning van de bachelor-na-bacheloropleiding “Bachelor in de toegepaste gerontologie” als nieuwe opleiding van de Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen, gezamenlijk georganiseerd met de Arteveldehogeschool en de Karel de Grote Hogeschool, Katholieke Hogeschool Antwerpen
Zie ook 03/03/2023 tot erkenning van de bacheloropleiding “Bachelor in het human resources management” als nieuwe opleiding van UC Limburg
Zie ook 03/03/2023 tot erkenning van het graduaat in de travel support als nieuwe opleiding van de Hogeschool West-Vlaanderen
Zie ook 03/03/2023 tot erkenning van de bacheloropleiding “Bachelor in de toegepaste psychologie” als nieuwe opleiding van de Arteveldehogeschool
Zie ook 03/03/2023 tot erkenning van de bacheloropleiding “Bachelor in het human resources management” als nieuwe opleiding van de Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen
Zie ook 03/03/2023 tot erkenning van de bacheloropleiding “Bachelor in het human resources management” als nieuwe opleiding van de Hogeschool West-Vlaanderen
Zie ook 03/03/2023 tot erkenning van de masteropleiding “Master in Bioscience Engineering: Sustainable Urban Bioscience Engineering” als nieuwe opleiding van de Universiteit Antwerpen, gezamenlijk georganiseerd met de Universiteit Gent en de Katholieke Universiteit Leuven
Zie ook 03/03/2023 tot erkenning van het graduaat in de travel support als nieuwe opleiding van Thomas More Mechelen-Antwerpen
Zie ook 03/03/2023 tot erkenning van de masteropleiding “Master in de ingenieurswetenschappen: artificiële intelligentie” als nieuwe opleiding van de Katholieke Universiteit Leuven
Zie ook 03/03/2023 tot erkenning van de bacheloropleiding “Bachelor in het human resources management” als nieuwe opleiding van de Katholieke Hogeschool Vives Zuid
Zie ook 03/03/2023 tot erkenning van de bacheloropleiding “Bachelor in het human resources management” als nieuwe opleiding van UC Leuven
Zie ook 10/03/2023 tot erkenning van de bacheloropleiding “Bachelor in het human resources management” als nieuwe opleiding van de Karel de Grote Hogeschool, Katholieke Hogeschool Antwerpen
Zie ook 10/03/2023 tot erkenning van de master-na-masteropleiding “Master in Smart Operations and Maintenance in Industry” als nieuwe opleiding van de Katholieke Universiteit Leuven, gezamenlijk georganiseerd met de Universiteit Gent
Zie ook 02/06/2023 tot erkenning van de bacheloropleiding “Bachelor in de sociale readaptatiewetenschappen” als nieuwe opleiding van de Hogeschool West-Vlaanderen
Zie ook 30/06/2023 tot registratie van NCOI N.V. als geregistreerde instelling voor hoger onderwijs
Zie ook 30/06/2023 tot erkenning van de Master of Business Administration als nieuwe opleiding van NCOI nv
Zie ook 19/04/2024 tot erkenning van de bacheloropleiding “Bachelor in de maatschappelijke veiligheid” als nieuwe opleiding van Thomas More Mechelen-Antwerpen
Zie ook 19/04/2024 tot erkenning van de bachelor-na-bacheloropleiding “Bachelor in sustainable energy management” als nieuwe opleiding van de Hogeschool West-Vlaanderen
Zie ook 26/04/2024 tot erkenning van de bacheloropleiding “Bachelor in Idea & Innovation Management” als nieuwe opleiding van de Hogeschool West-Vlaanderen
Zie ook 26/04/2024 tot erkenning van de bacheloropleiding “Bachelor in het human resources management” als nieuwe gezamenlijke opleiding van de Arteveldehogeschool, de Hogeschool Gent en Odisee
Zie ook 31/05/2024 tot erkenning van de bacheloropleiding “Bachelor in de medische technologie” als nieuwe gezamenlijke opleiding van de Hogeschool Gent en de Arteveldehogeschool
Zie ook 21/06/2024 tot erkenning van de bacheloropleiding “bachelor in de cybersecurity” als nieuwe opleiding van de Hogeschool West-Vlaanderen, vestiging Brugge
Zie ook 05/07/2024 tot erkenning van de bacheloropleiding “bachelor in de drone applications” als nieuwe opleiding van de Katholieke Hogeschool Vives Noord, vestiging Oostende
Zie ook 19/07/2024 tot erkenning van de bacheloropleiding “Bachelor in de medische beeldvorming” als nieuwe opleiding van de Karel de Grote Hogeschool, Katholieke Hogeschool Antwerpen
Zie ook 06/09/2024 tot erkenning van de master-na-masteropleiding “Master in Business Analytics and Artificial Intelligence” als nieuwe opleiding van de Vlerick Business School

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 08/12/2017 Decreet houdende wijziging van het decreet van 30 april 2009 betreffende het secundair na secundair onderwijs en het hoger beroepsonderwijs en de Codex Hoger Onderwijs van 11 oktober 2013, wat betreft het hoger onderwijs 14.
Gewijzigd bij 01/03/2019 Decreet tot wijziging van de regelgeving betreffende het toezicht op en bepaalde organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 26.
Gewijzigd bij 01/03/2019 Decreet tot wijziging van de regelgeving betreffende het toezicht op en bepaalde organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 26.
Gewijzigd bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 26.
Gewijzigd bij 03/07/2020 Decreet over het onderwijs XXX 136.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 61.
Zie ook 01/04/2022 Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de bachelor-na-bacheloropleiding bachelor in de e-health als nieuwe opleiding van de Katholieke Hogeschool West-Vlaanderen, vestiging Brugge
Zie ook 15/07/2022 Besluit van de Vlaamse Regering tot vastlegging van de lijst van de opleidingen van het hoger beroepsonderwijs die per instelling worden aangeboden in het hoger onderwijs in Vlaanderen in het academiejaar 2022-2023 1.

Inhoud

Een instelling kan een nieuwe opleiding van het hoger beroepsonderwijs of een nieuwe bachelor- of masteropleiding aanbieden als de betreffende opleiding bij besluit van de Vlaamse Regering erkend is als nieuwe opleiding. Ze dient daartoe een aanvraag in. Voor de opleidingen van het hoger beroepsonderwijs kan die aanvraag pas worden ingediend na de beslissing van de Vlaamse Regering tot ontwikkeling van een opleiding van het hoger beroepsonderwijs die leidt tot een onderwijskwalificatie, vermeld in artikel 15/1, § 6, van het decreet van 30 april 2009 betreffende de kwalificatiestructuur.

De Vlaamse Regering kan een besluit als vermeld in het eerste lid nemen als aan de volgende voorwaarden is voldaan:
1° het voorgelegde dossier bevat de volgende informatie:
a) de bevoegde instelling die de opleiding verzorgt en de vestiging(en) waar de opleiding wordt aangeboden;
b) de naam van de opleiding (de graad en de kwalificatie van de graad);
c) in voorkomend geval de afstudeerrichtingen;
d) de vermelding dat het een Nederlandstalige of een anderstalige opleiding is. In geval van een anderstalige opleiding wordt de taal van de opleiding vermeld;
e) de studieomvang van de opleiding, uitgedrukt in studiepunten;
f) in voorkomend geval de studieomvang van de afstudeerrichtingen, uitgedrukt in studiepunten;
g) in voorkomend geval de specificatie van de graad;
h) in voorkomend geval de titel die de houders van de graad van die opleiding kunnen voeren;
i) de opleidingsspecifieke leerresultaten;
j) als het een opleiding van het hoger beroepsonderwijs betreft, de mogelijke vervolgopleidingen;
k) als het een bacheloropleiding betreft: de aansluitingsmogelijkheden en de mogelijke vervolgopleidingen, rekening houdend met de toelatingsvoorwaarden, vermeld in deel 2, titel 4, hoofdstuk 1;
l) als het een masteropleiding betreft: de vereiste vooropleidingen en toegangsvoorwaarden, rekening houdend met de toelatingsvoorwaarden, vermeld in deel 2, titel 4, hoofdstuk 1;
m) de door de instellingen gezamenlijk beschreven domeinspecifieke leerresultaten, vermeld in artikel II.68;
2° het voorgelegde dossier bevat een advies van de VLIR voor de dossiers die ingediend zijn door de universiteiten, of van de VHLORA voor de dossiers die ingediend zijn door de hogescholen, over het aanbieden van de nieuwe opleiding;
3° de opleiding heeft de macrodoelmatigheidstoets, als die van toepassing is, met positief gevolg ondergaan en heeft een positief toetsingsbesluit ontvangen van de accreditatieorganisatie;
4° de nieuwe opleiding kan in een of meer studiegebieden of delen van studiegebieden worden gerangschikt waarin de betrokken instelling onderwijsbevoegdheid bezit. De nieuwe opleiding kan eventueel ook worden gerangschikt in een studiegebied waarin de betrokken instelling onderwijsbevoegdheid bezit en een of meer andere studiegebieden waarin andere instellingen die tot de associatie behoren waarvan de instelling lid is, onderwijsbevoegdheid bezitten;
5° in geval van een nieuwe initiële bachelor- of masteropleiding wordt er parallel met de uitbouw van de nieuwe opleiding een bestaande initiële bachelor- of masteropleiding afgebouwd, tenzij de Commissie Hoger Onderwijs een positief oordeel heeft gegeven over de aanvraag tot vrijstelling van die verplichte afbouw.

De VLIR of de VLHORA geeft in het advies, vermeld in het tweede lid, 2°, ten minste aan dat de aangevraagde opleiding binnen de Vlaamse Gemeenschap ofwel een nieuwe en unieke opleiding is, ofwel een bestaande opleiding is die in dezelfde of in een verwante vorm al aangeboden wordt in de Vlaamse Gemeenschap. In geval van een bestaande opleiding motiveert de VLIR of de VLHORA waarom meerdere instellingen die opleiding kunnen aanbieden, daarbij rekening houdend met de regionale spreiding en wenselijke fijnmazigheid van het aanbod.

In het erkenningsbesluit, vermeld in het eerste lid, worden de volgende punten opgenomen:
1° de informatie, vermeld in het tweede lid, 1°, a) tot en met e), g) en h);
2° in geval van een nieuwe initiële bachelor- of masteropleiding de naam (de graad en de kwalificatie van de graad) van de opleiding die afgebouwd wordt of de vermelding dat de Commissie Hoger Onderwijs een positief oordeel heeft gegeven over de aanvraag tot vrijstelling van de verplichte afbouw;
3° het academiejaar vanaf wanneer de nieuwe opleiding aangeboden kan worden.

Vanaf het academiejaar wanneer de nieuwe opleiding aangeboden wordt, kan het instellingsbestuur geen nieuwe studenten meer inschrijven in de opleiding die afgebouwd wordt.

De bepalingen van het tweede lid, 2°, en het tweede lid, 5°, zijn niet van toepassing op de andere ambtshalve geregistreerde instellingen.

Als een graduaatsopleiding gerangschikt is in meer dan één studiegebied en ze is verwant verklaard met een bestaande hbo5-opleiding zoals vermeld in artikel II.150/1, dan kan een hogeschool deze graduaatsopleiding aanbieden op een vestiging waar ze de onderwijsbevoegdheid heeft voor minstens één van de studiegebieden waarin de graduaatsopleiding is gerangschikt.

 

Artikel II.153. (01/09/2024- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 31/05/2024 tot erkenning van de bacheloropleiding “Bachelor in de medische technologie” als nieuwe gezamenlijke opleiding van de Hogeschool Gent en de Arteveldehogeschool
Zie ook 21/06/2024 tot erkenning van de bacheloropleiding “bachelor in de cybersecurity” als nieuwe opleiding van de Hogeschool West-Vlaanderen, vestiging Brugge
Zie ook 05/07/2024 tot erkenning van de bacheloropleiding “bachelor in de drone applications” als nieuwe opleiding van de Katholieke Hogeschool Vives Noord, vestiging Oostende
Zie ook 19/07/2024 tot erkenning van de bacheloropleiding “Bachelor in de medische beeldvorming” als nieuwe opleiding van de Karel de Grote Hogeschool, Katholieke Hogeschool Antwerpen
Zie ook 06/09/2024 tot erkenning van de master-na-masteropleiding “Master in Business Analytics and Artificial Intelligence” als nieuwe opleiding van de Vlerick Business School

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 19/06/2015 Decreet betreffende het onderwijs XXV IV.53.
Gewijzigd bij 19/06/2015 Decreet betreffende het onderwijs XXV IV.53.
Gewijzigd bij 08/12/2017 Decreet houdende wijziging van het decreet van 30 april 2009 betreffende het secundair na secundair onderwijs en het hoger beroepsonderwijs en de Codex Hoger Onderwijs van 11 oktober 2013, wat betreft het hoger onderwijs 15.
Gewijzigd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 120.
Gewijzigd bij 01/03/2019 Decreet tot wijziging van de regelgeving betreffende het toezicht op en bepaalde organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 27.
Gewijzigd bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 27.
Gewijzigd bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 27.
Gewijzigd bij 03/07/2020 Decreet over het onderwijs XXX 137.
Gewijzigd bij 19/04/2024 Decreet over het onderwijs XXXIV 142.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 62.
Zie ook 01/04/2022 Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de bachelor-na-bacheloropleiding bachelor in de e-health als nieuwe opleiding van de Katholieke Hogeschool West-Vlaanderen, vestiging Brugge

Inhoud

§1. Een in artikel II.152, eerste lid bedoeld besluit van de Vlaamse Regering komt tot stand overeenkomstig de procedure die in dit artikel chronologisch wordt omschreven.

De regelen bepaald in paragraaf 2, 3, 3/1, 4, 5 en 6, eerste lid zijn niet van toepassing op de geregistreerde instellingen. Zij dienen onmiddellijk een dossier in bij de accreditatieorganisatie, rekening houdend met het bepaalde in paragraaf 6, derde lid. Dit geldt ook voor de ambtshalve geregistreerde instellingen die in overeenstemming met artikel II.103 een nieuwe opleiding buiten het Belgische grondgebied willen starten. Dat geldt ook voor de educatieve graduaatsopleidingen, vermeld in artikel II.112, en de educatieve masteropleidingen, vermeld in artikel II.114, die met ingang van het academiejaar 2019-2020 aangeboden worden door de hogescholen en universiteiten. De hogescholen en universiteiten dienen hun dossier bij de accreditatieorganisatie in uiterlijk vóór 15 oktober van het kalenderjaar dat voorafgaat aan het academiejaar waarin de instelling de opleiding op zijn vroegst wil aanbieden. De Vlaamse Regering kan het gehanteerde toetsingskader, vermeld in paragraaf 7, voor deze opleidingen aanpassen. De regels, vermeld in paragraaf 2, paragraaf 3, 6°, en paragraaf 3/1, zijn niet van toepassing op de andere ambtshalve geregistreerde instellingen. De andere ambtshalve geregistreerde instellingen dienen onmiddellijk een dossier in bij de Commissie Hoger Onderwijs voor 1 maart van het kalenderjaar dat voorafgaat aan het academiejaar waarin de instelling de opleiding op zijn vroegst wil aanbieden.

De Vlaamse Regering kan het nadere verloop van de in dit artikel omschreven procedure uitwerken.

§ 2. Het universiteits- of het hogeschoolbestuur bezorgt de volgende informatie en documenten aan respectievelijk de VLIR of de VLHORA:
1° de informatie, vermeld in artikel II.152, tweede lid, 1°, a) tot en met m);
2° een dossier dat de Commissie Hoger Onderwijs in staat stelt de toetsing aan de criteria, vermeld in paragraaf 3, eerste lid, uit te voeren;
3° in voorkomend geval een aanvraag tot vrijstelling van de verplichte afbouw van een bestaande initiële bachelor- of masteropleiding als vermeld in artikel II.152, tweede lid, 5°. Het aanvraagdossier stelt de Commissie Hoger Onderwijs in staat de toetsing, vermeld in paragraaf 3/1, uit te voeren.

De VLIR, voor de aanvragen van de universiteiten, en de VLHORA, voor de aanvragen van de hogescholen, stellen voor iedere aanvraag een advies als vermeld in artikel II.152, tweede lid, 2°, op. Ze bezorgen de aanvragen met het bijbehorend dossier, het advies, en in voorkomend geval, de aanvraag tot vrijstelling van de verplichte afbouw aan de Commissie Hoger Onderwijs voor 1 maart van het kalenderjaar dat voorafgaat aan het academiejaar waarin de instelling de opleiding op zijn vroegst wil aanbieden.

Als het advies van de VLIR of de VLHORA niet opgenomen is in het aanvraagdossier dat aan de Commissie Hoger Onderwijs bezorgd wordt, verklaart de Commissie Hoger Onderwijs de aanvraag voor de betrokken opleiding onontvankelijk.

Om dit advies aan te leveren stellen de VLIR en de VLHORA een procedure vast, afgestemd binnen de VLUHR, met de eigen beslisregels en een timing waarbij rekening gehouden wordt met de indiendatum bij de Commissie Hoger Onderwijs.

§ 3. De Commissie Hoger Onderwijs brengt een oordeel uit over de macrodoelmatigheid van de opleiding op basis van de volgende criteria:
1° de maatschappelijke relevantie van de opleiding;
2° het verwachte aantal studenten in de opleiding en de impact daarvan op dezelfde of andere al bestaande opleidingen;
3° de verwachte vraag naar afgestudeerden uit de opleiding en de verhouding met afgestudeerden uit andere al bestaande opleidingen;
4° de domeinspecifieke leerresultaten en de naamgeving van de opleiding;
5° een inschatting van de mate van verwevenheid en verwantschap van de nieuwe opleiding ten aanzien van het bestaande aanbod;
6° de inhoud van het advies van de VLIR of de VLHORA, met aandacht voor de regionale spreiding en wenselijke fijnmazigheid van het aanbod.

De Commissie Hoger Onderwijs onderzoekt expliciet alle criteria, omschrijft per criterium haar bevindingen en motiveert haar positieve of negatieve oordeel over de macrodoelmatigheid van het ingediende dossier. Voor de andere ambtshalve geregistreerde instellingen wordt in het oordeel van de Commissie Hoger Onderwijs geen rekening gehouden met het criterium, vermeld in paragraaf 1, 6°.

De Commissie Hoger Onderwijs brengt haar oordeel over de ingediende aanvragen uiterlijk uit op 1 mei van het kalenderjaar dat voorafgaat aan het academiejaar waarin de instelling de opleiding op zijn vroegst wil aanbieden.

De Commissie Hoger Onderwijs bezorgt het oordeel aan het instellingsbestuur.

§ 3/1. De Commissie Hoger Onderwijs brengt een oordeel uit over de aanvraag tot vrijstelling van de afbouw van een initiële bachelor- of masteropleiding. Ze neemt in haar oordeel de volgende elementen in overweging:
1° de graad van interne rationalisatie binnen de instelling;
2° de graad van saturatie in het betreffende opleidingsdomein;
3° het innovatieve of unieke karakter van de voorgestelde opleiding;
4° in voorkomend geval, het verzelfstandigen van een afstudeerrichting;
5° in voorkomend geval, de initiële bachelor- of masteropleidingen die de instelling in het verleden heeft afgebouwd;
6° de uitbouw van het aanbod van graduaatsopleidingen en de afstemming ervan op de professionele bacheloropleidingen.

De Commissie Hoger Onderwijs brengt haar oordeel over de ingediende aanvragen uiterlijk uit op 1 mei van het kalenderjaar dat voorafgaat aan het academiejaar waarin de instelling de opleiding op zijn vroegst wil aanbieden.

De Commissie Hoger Onderwijs bezorgt het oordeel aan het instellingsbestuur.

§ 4. Als het oordeel van de Commissie Hoger Onderwijs over de macrodoelmatigheid van de opleiding, vermeld in paragraaf 3, of over de aanvraag tot vrijstelling van de afbouw, vermeld in paragraaf 3/1, negatief is of niet tijdig wordt verstrekt, kan het instellingsbestuur binnen een vervaltermijn van vijftien dagen beroep instellen bij de Vlaamse Regering. De Vlaamse Regering beoordeelt de macrodoelmatigheid van de opleiding op definitieve wijze op grond van de criteria, vermeld in paragraaf 3, eerste lid. De Vlaamse Regering beoordeelt de aanvraag tot vrijstelling van de afbouw op definitieve wijze op grond van de elementen, vermeld in paragraaf 3/1.

De termijn voor het beroep bij de Vlaamse Regering gaat in op een van de onderstaande momenten:
1° de dag na de dag van de ontvangst van het negatieve oordeel;
2° de dag waarop de beoordelingstermijn voor de Commissie Hoger Onderwijs is verstreken.

§ 5. De Vlaamse Regering deelt het oordeel, vermeld in paragraaf 4, aan het instellingsbestuur mee binnen een ordetermijn van dertig dagen, die ingaat de dag na de dag van de ontvangst van het beroep.

§ 6. Het instellingsbestuur vraagt de "toets nieuwe opleidingen" aan bij de accreditatieorganisatie, binnen een vervaltermijn van vijftien dagen, die ingaat de dag na de dag van de ontvangst van het positieve oordeel van de Commissie Hoger Onderwijs of, in voorkomend geval, van de Vlaamse Regering over de macrodoelmatigheid van de opleiding.

§7. ...

§8. De Vlaamse Regering neemt het besluit houdende erkenning van een nieuwe opleiding binnen een ordetermijn van dertig dagen, die ingaat de dag na de dag van de ontvangst van het positief toetsingsbesluit en het onderliggende beoordelingsrapport van de accreditatieorganisatie, vermeld in afdeling 3/1, onderafdeling 4. Het besluit treedt in werking met ingang van de bekendmaking ervan aan de instelling.

De nieuwe opleiding krijgt een erkenning als nieuwe opleiding tot en met het einde van het tweede academiejaar dat volgt op het einde van het academiejaar waarin de studieomvang die bepaald is voor de nieuwe opleiding, voor de eerste keer geheel doorlopen werd.

In afwijking van het tweede lid, vervalt een positief besluit over de aanvraag van een graduaatsopleiding van het hoger beroepsonderwijs op het einde van het vijfde academiejaar dat volgt op de dag van de start van de opleiding in kwestie.

Een positief besluit over de aanvraag van een graduaatsopleiding van het hoger beroepsonderwijs vervalt automatisch als het instellingsbestuur de opleiding niet start in het derde academiejaar dat volgt op de bekendmaking aan het instellingsbestuur. Voor de besluiten die zijn bekendgemaakt tijdens het academiejaar 2017-2018, start de voormelde periode van drie jaar in het academiejaar 2019-2020.

De Vlaamse Regering kan op basis van een advies van de accreditatieorganisatie de geldigheidsduur van een positief besluit over de aanvraag van een opleiding verlengen ter vrijwaring van de gelijktijdige en geclusterde organisatie van externe beoordelingen. De totale duur van de erkenning als nieuwe opleiding kan nooit meer dan acht academiejaren zijn.

In afwijking van het derde lid bedraagt de geldigheidsduur van de positieve besluiten over de aanvragen van de opleidingen van het hoger beroepsonderwijs die zijn verleend tijdens het academiejaar 2014-2015, zes jaar vanaf het academiejaar dat volgt op de bekendmaking aan het instellingsbestuur.

Een besluit van de Vlaamse Regering over de erkenning van een nieuwe bachelor of masteropleiding vervalt automatisch als het instellingsbestuur de opleiding niet start in het derde academiejaar dat volgt op de bekendmaking aan het instellingsbestuur.

§ 9. Aanvragen voor nieuwe opleidingen ingediend voor 1 maart 2017 bij de Commissie Hoger Onderwijs worden erkend volgens de vereisten van artikels II.152 en II.153 zoals van toepassing voor 1 januari 2018.

§ 10. Een universiteit die in overeenstemming met paragraaf 1 van dit artikel vóór 15 oktober 2018 een dossier ingediend heeft bij de accreditatieorganisatie voor een consecutief traject van een educatieve masteropleiding op een vestigingsplaats van een centrum voor volwassenenonderwijs kan in 2020 opnieuw een dossier indienen voor deze opleiding op de vestigingsplaats van het centrum voor volwassenenonderwijs bij de accreditatieorganisatie.

Artikel II.154. (01/01/2018- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Vervangen bij 08/12/2017 Decreet houdende wijziging van het decreet van 30 april 2009 betreffende het secundair na secundair onderwijs en het hoger beroepsonderwijs en de Codex Hoger Onderwijs van 11 oktober 2013, wat betreft het hoger onderwijs 16.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 63.

Inhoud

Een hogeschool kan binnen de instelling en met behoud van de toepassing van artikel II.78 tot en met II.100 een opleiding van vestiging veranderen na een positief oordeel van de Commissie Hoger Onderwijs.

De instelling dient daartoe een aanvraag in bij de Commissie Hoger Onderwijs vóór 1 december van het academiejaar dat voorafgaat aan het academiejaar waarop de aanpassing van toepassing is. Het aanvraagdossier stelt de commissie in staat een toetsing door te voeren van de volgende criteria:
1° de impact op de regionale spreiding van deze en verwante opleidingen in het Vlaamse hogeronderwijslandschap;
2° de impact op de regionale spreiding van het verwachte aantal studenten in de opleiding of verwante opleidingen;
3° de impact op de regionale spreiding van de vraag naar afgestudeerden in de opleiding of verwante opleidingen;
4° een positief advies van de VLHORA over de verandering van de vestiging.

De Commissie Hoger Onderwijs brengt haar oordeel over de ingediende aanvragen uiterlijk op 15 januari van het academiejaar dat voorafgaat aan het academiejaar waarin de instelling de opleiding op zijn vroegst wil aanbieden, uit.

Als het positief advies van de VLHORA niet opgenomen is in het aanvraagdossier dat aan de Commissie Hoger Onderwijs bezorgd wordt, verklaart de Commissie Hoger Onderwijs de aanvraag onontvankelijk.

Om dit advies aan te leveren stelt de VLHORA een procedure vast, afgestemd binnen de VLUHR en rekening houdend met de regionale context, met de eigen beslisregels en een timing waarbij rekening gehouden wordt met de indiendatum bij de Commissie Hoger Onderwijs.

De Commissie Hoger Onderwijs bezorgt het oordeel aan het instellingsbestuur.

Bij een negatief oordeel van de Commissie Hoger Onderwijs kan de instelling binnen een vervaltermijn van vijftien dagen die ingaat op de dag na de ontvangst van de beslissing van de Commissie Hoger Onderwijs, beroep instellen bij de Vlaamse Regering. De Vlaamse Regering neemt een beslissing binnen een ordetermijn van dertig dagen die ingaat op de dag na de ontvangst van het beroepschrift.

Artikel II.155. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Opgeheven bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 121.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 63/1.

Inhoud

...

[Afdeling 3/1 Toets nieuwe opleiding (ing. decr. 18 mei 2018, art. 28, I: 1 september 2019)] (... - ...)
[Onderafdeling 1 Aanvraag (ing. decr. 18 mei 2018, art. 29, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Artikel II.153/1. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Ingevoegd bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 30.

Inhoud

§ 1. Een instelling als vermeld in artikel II.2, II.3, II.19, II.20, II.21, II.105 en II.106, of een geregistreerde instelling als vermeld in artikel II.6, of een instelling die de registratie aanvraagt conform artikel II.6, vraagt de toets nieuwe opleiding aan bij de accreditatieorganisatie.

Instellingen die een nieuwe gezamenlijk georganiseerde opleiding willen aanbieden, dienen een gezamenlijke aanvraag in.

§ 2. In het beoordelingskader, vermeld in artikel II.153/4, wordt de vorm en inhoud van het dossier vastgelegd dat bij de aanvraag moet worden gevoegd.

§ 3. Als een aanvraag niet voldoet aan punt 4° van het beoordelingskader, vermeld in artikel II.153/4, biedt de accreditatieorganisatie de mogelijkheid om het verzuim te herstellen binnen een termijn die de accreditatieorganisatie bepaalt. Als geen dan wel op niet afdoende wijze gebruik wordt gemaakt van de voormelde mogelijkheid, wordt de aanvraag onontvankelijk verklaard. De accreditatieorganisatie kan nadere regelen voor deze procedure vaststellen in het beoordelingskader.

§ 4. Aanvragen van de geregistreerde instellingen, vermeld in artikel II.6, en van de instellingen die de registratie aanvragen conform artikel II.6, worden door de accreditatie-organisatie aan de Commissie Hoger Onderwijs, vermeld in artikel II.23, voorgelegd voor een relevantietoets, waarbij de Commissie Hoger Onderwijs de maatschappelijke relevantie van de opleiding nagaat. Ze maakt binnen een vervaltermijn van 45 dagen haar oordeel over aan de accreditatieorganisatie.

Een negatief of niet tijdig oordeel van de Commissie Hoger Onderwijs leidt onherroepelijk tot het onontvankelijk verklaren van de aanvraag.

[Onderafdeling 2 Commissie (ing. decr. 18 mei 2018, art. 31, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Artikel II.153/2. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Ingevoegd bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 32.

Inhoud

De accreditatieorganisatie stelt de commissie samen die de toets nieuwe opleiding uitvoert, en coördineert het beoordelingsproces. De betrokken instelling heeft het recht beargumenteerd bezwaren aan te dragen tegen de samenstelling van de commissie binnen een vervaltermijn van vijftien dagen vanaf de dag na de dag van de ontvangst van de mededeling van de accreditatieorganisatie.

Van de commissie maakt ten minste een student deel uit. De leden van de commissie zijn onafhankelijk, beschikken over de nodige deskundigheid en hebben ten minste vijf jaar geen banden gehad met de betrokken instelling. Ten minste een lid heeft grondige kennis van het Vlaamse hoger onderwijs en ten minste een lid is werkzaam buiten Vlaanderen.

[Onderafdeling 3 Beoordelingskader (ing. decr. 18 mei 2018, art. 33, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Artikel II.153/3. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Ingevoegd bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 34.

Inhoud

§ 1. De commissie, vermeld in artikel II.153/2, betrekt bij de toetsing van een nieuwe opleiding de volgende onderwerpen :
1° de potentiële kwaliteit van de opleiding die tot uiting komt via de kwaliteitskenmerken, vermeld in artikel II.170/1;
2° de betrokkenheid van enerzijds interne en externe stakeholders en anderzijds externe, onafhankelijke deskundigen bij de opleiding.

De commissie legt de bevindingen van de toetsing vast in een beoordelingsrapport.

Artikel II.153/4. (01/09/2019- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 09/11/2018 betreffende de goedkeuring van het beoordelingskader toets nieuwe opleiding op maat van de eigen regie

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Ingevoegd bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 35.
Zie ook 09/11/2018 Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de goedkeuring van het beoordelingskader toets nieuwe opleiding

Inhoud

De accreditatieorganisatie legt een beoordelingskader toets nieuwe opleiding vast voor de instellingen, vermeld in artikel II.2 en II.3, en een beoordelingskader toets nieuwe opleiding voor de instellingen, vermeld in artikel II.19, II.20, II.21, II.105 en II.106 en voor de geregistreerde instellingen, vermeld in artikel II.6, en een beoordelingskader toets nieuwe opleiding voor de instellingen die de registratie aanvragen conform artikel II.6, waarin al de volgende elementen bepaald worden :
1° de wijze waarop de kwaliteitskenmerken, vermeld in artikel II.170/1, getoetst zullen worden;
2° de beoordelingsschaal en de beslisregels;
3° de stappen in het beoordelingsproces;
4° de vorm en inhoud van het aanvraagdossier.

Onverminderd het eerste lid, 4°, omvat een aanvraagdossier toets nieuwe opleiding van een instelling als vermeld in artikel II.2 en II.3, de resultaten en uitkomsten van de regie die het mogelijk maken de kwaliteitskenmerken in artikel II.170/1 te toetsen.

De in het eerste lid vermelde beoordelingskaders toets nieuwe opleiding worden, voor ze toegepast kunnen worden, door de Vlaamse Regering goedgekeurd, na advies van de VLUHR als koepelorganisatie en de studentenkoepelverenigingen.

Artikel II.153/5. (01/09/2023- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Ingevoegd bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 36.
Gewijzigd bij 15/07/2022 Decreet over de instroom en het optimaliseren van de studie-efficiëntie in het hoger onderwijs en overige organisatorische aspecten van het hoger onderwijs 6.

Inhoud

Gezamenlijke opleidingen, georganiseerd door een Vlaamse instelling voor hoger onderwijs samen met een of meer buitenlandse instellingen voor hoger onderwijs die samen een geïntegreerd curriculum aanbieden dat bij succesvolle voltooiing ervan leidt tot multi- of gezamenlijke diplomering, worden beoordeeld aan de hand van de European Approach for Quality Assurance of Joint Programmes, goedgekeurd door de ministers van de Europese Hogeronderwijsruimte. Instellingen kunnen voor de organisatie van die externe beoordeling een beroep doen op een evaluatieorgaan dat bij het European Quality Assurance Register for Higher Education is geregistreerd. Instellingen vragen de toets nieuwe opleiding aan bij de accreditatieorganisatie binnen twee maanden na de publicatie van de externe beoordeling van de opleiding.

[Onderafdeling 4. Beoordelingsrapport en besluit (ing. decr. 18 mei 2018, art. 37, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Artikel II.153/6. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Ingevoegd bij 18/05/2018 Decreet houdende vaststelling van het kwaliteitszorgstelsel in het hoger onderwijs 38.

Inhoud

§ 1. De accreditatieorganisatie komt op basis van het beoordelingsrapport van de commissie, vermeld in artikel II.153/3, tot een toetsingsbesluit. Een toetsingsbesluit is positief als de accreditatieorganisatie in redelijkheid uit het beoordelingsrapport besluit dat de kwaliteit van de nieuwe opleiding zal voldoen aan de kwaliteitskenmerken, vermeld in artikel II.170/1.

§ 2. De accreditatieorganisatie bezorgt voor het verstrijken van een ordetermijn van zes maanden een ontwerp van toetsingsbesluit en het onderliggende beoordelingsrapport aan het instellingsbestuur.

De accreditatieorganisatie kan voordat het ontwerp van beoordelingsrapport en besluit wordt verzonden, het instellingsbestuur om aanvullende informatie, toelichtingen en verduidelijkingen vragen. De accreditatieorganisatie legt in het reglement, vermeld in artikel II.27, de bestuursbeginselen vast voor de verzoeken om aanvullende informatie, toelichtingen en verduidelijkingen en voor de behandeling van de antwoorden.

Het instellingsbestuur kan binnen een vervaltermijn van vijftien dagen, vanaf de dag na de dag van de ontvangst van het ontwerp van toetsingsbesluit en het onderliggende beoordelingsrapport, een van de volgende handelingen stellen :
1° bezwaren en opmerkingen formuleren;
2° de aanvraag intrekken.

De accreditatieorganisatie bepaalt in het reglement, vermeld in artikel II.27, de procedurele regelen voor de bezwaren en de opmerkingen, vermeld in het derde lid.

§ 3. Een instellingsbestuur kan een initiële aanvraag intrekken voor ze het ontwerp van toetsingsbesluit en het onderliggende beoordelingsrapport heeft ontvangen of binnen de vervaltermijn, vermeld in paragraaf 2.

Het instellingsbestuur beschikt eenmalig over een vervaltermijn van zestig dagen om de aanvraag toets nieuwe opleiding opnieuw in te dienen bij de accreditatieorganisatie. De vervaltermijn gaat in op de dag na de intrekking van de initiële aanvraag toets nieuwe opleiding.

§ 4. De ordetermijn van zes maanden, vermeld in paragraaf 2, wordt in al de volgende gevallen verlengd tot acht maanden :
1° de accreditatieorganisatie maakt gebruik van de relevantietoets, vermeld in artikel II.153/1, § 4;
2° de opmerkingen en de bezwaren van het instellingsbestuur zijn van die aard dat de accreditatieorganisatie een bijkomend advies van deskundigen nodig heeft.

[Afdeling 3/2 (verv. decr. 18 mei 2018, art. 28, I: 1 september 2019)][Actualisatie van bestaande opleidingen van het hoger beroepsonderwijs (ing. decr. 4 mei 2018, art. 122, I: 1 september 2019)] (... - ...)

Artikel II.155/1. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Ingevoegd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 123.

Inhoud

De bestaande hbo5-opleidingen waarvoor nog geen verwante beroepskwalificatie is erkend, worden geactualiseerd.

Artikel II.155/2. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Ingevoegd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 124.

Inhoud

§ 1. De hogescholen die onderwijsbevoegdheid bezitten voor een van de opleidingen, vermeld in artikel II.155/1, schrijven gezamenlijk per opleiding de domeinspecifieke leerresultaten uit op basis van de niveaudescriptoren, vermeld in artikel 6 van het decreet van 30 april 2009 betreffende de kwalificatiestructuur. Ze organiseren daartoe structureel onderling overleg, waarbij ook de bevoegde dienst van de Vlaamse Regering wordt betrokken. De hogescholen kunnen voor deze opdracht een beroep doen op externe experten.

De formulering van de domeinspecifieke leerresultaten is concreet en beroepsgericht en waarborgt de toepassing van Vlaamse, federale en internationale regelgeving over de beroepsuitoefening.

§ 2. De beschrijving van de domeinspecifieke leerresultaten wordt gevalideerd door de accreditatieorganisatie. De hogescholen dienen daarvoor samen een vraag tot validatie in bij de accreditatieorganisatie. Die aanvraag vermeldt de hogescholen die onderwijsbevoegdheid bezitten voor de desbetreffende opleiding, maar die de vraag niet mee willen indienen.

§ 3. Als een hogeschool die onderwijsbevoegdheid bezit voor een opleiding die moet worden geactualiseerd, de aanvraag, vermeld in paragraaf 2, niet mee ondertekent, verliest ze de onderwijsbevoegdheid voor de opleiding en wordt die opleiding stopgezet. De hogeschool kan vanaf het volgende academiejaar geen nieuwe studenten meer inschrijven. Het instellingsbestuur garandeert de nodige voorzieningen die toelaten dat de ingeschreven studenten hun opleiding kunnen voltooien.

§ 4. De accreditatieorganisatie bezorgt de bevoegde dienst van de Vlaamse Regering de gevalideerde domeinspecifieke leerresultaten met de daarin vervatte competenties voor registratie in een kwalificatiedatabank.

§ 5. De bevoegde dienst van de Vlaamse Regering legt, na advies van de hogescholen, de studieomvang van 90 of 120 studiepunten van de opleiding vast en het aandeel werkplekleren van de opleiding, dat minimaal een derde van de studieomvang bedraagt.

§ 6. De hogeschool bepaalt voor elke geactualiseerde opleiding een opleidingsprogramma, dat bestaat uit een samenhangend geheel van opleidingsonderdelen, en schrijft voor elk opleidingsonderdeel leerresultaten uit.

Artikel II.155/3. (01/09/2019- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 02/10/2020 tot vastlegging van de lijst van de opleidingen van het hoger beroepsonderwijs die per instelling worden aangeboden in het hoger onderwijs in Vlaanderen in het academiejaar 2020-2021
Zie ook 09/07/2021 tot vastlegging van de lijst van de opleidingen van het hoger beroepsonderwijs die per instelling worden aangeboden in het hoger onderwijs in Vlaanderen in het academiejaar 2021-2022
Zie ook 07/07/2023 tot vastlegging van de lijst van de opleidingen van het hoger beroepsonderwijs die per instelling worden aangeboden in het hoger onderwijs in Vlaanderen in het academiejaar 2023-2024
Zie ook 19/07/2024 tot vastlegging van de lijst van de opleidingen van het hoger beroepsonderwijs die per instelling worden aangeboden in het hoger onderwijs in Vlaanderen in het academiejaar 2024-2025

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Ingevoegd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 125.
Zie ook 19/07/2019 Besluit van de Vlaamse Regering tot vastlegging van de lijst van de opleidingen van het hoger beroepsonderwijs die per instelling worden aangeboden in het hoger onderwijs in Vlaanderen in het academiejaar 2019-2020 1.
Zie ook 15/07/2022 Besluit van de Vlaamse Regering tot vastlegging van de lijst van de opleidingen van het hoger beroepsonderwijs die per instelling worden aangeboden in het hoger onderwijs in Vlaanderen in het academiejaar 2022-2023 1.

Inhoud

De Vlaamse Regering neemt de opleidingen van het hoger beroepsonderwijs die volgens de procedure, vermeld in deze afdeling, zijn geactualiseerd, op in de lijst, vermeld in artikel II.170.

Door een opleiding van het hoger beroepsonderwijs op te nemen in de lijst als vermeld in het eerste lid, wordt het door de Vlaamse Regering erkende opleidingsprofiel, het door de Vlaamse minister bevoegd voor Onderwijs goedgekeurde structuurschema of het goedgekeurde leerplan en lessentabel van de desbetreffende opleiding opgeheven.

Artikel II.155/4. (01/09/2023- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Ingevoegd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 126.
Gewijzigd bij 14/07/2023 Decreet tot wijziging van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en van de Codex Hoger Onderwijs van 11 oktober 2013, wat de opleiding Basisverpleegkunde betreft 27.

Inhoud

§ 1. Opleidingen, geactualiseerd volgens de procedure, vermeld in deze afdeling, die op een later tijdstip verwant worden verklaard met een of meer erkende beroepskwalificaties, waarvoor wordt beslist om een onderwijskwalificatie te ontwikkelen, worden omgevormd als vermeld in artikel II.150/1.

§ 2. De bevoegde dienst van de Vlaamse Regering maakt op 1 februari 2024 een lijst van graduaatsopleidingen die zijn geactualiseerd, maar nog niet zijn omgevormd omdat er nog geen verwante beroepskwalificatie is erkend.

Als de bevoegde dienst van de Vlaamse Regering adviseert dat er voor een bestaande graduaatsopleiding geen beroepskwalificatie zal worden erkend die ermee verwant kan worden verklaard, beslist de Vlaamse Regering dat de betrokken graduaatsopleiding wordt stopgezet. De hogeschool kan vanaf het volgende academiejaar geen nieuwe studenten meer inschrijven. Het instellingsbestuur garandeert de nodige voorzieningen die toelaten dat de ingeschreven studenten hun opleiding kunnen voltooien.

Als de bevoegde dienst van de Vlaamse Regering adviseert dat er voor een bestaande graduaatsopleiding in de toekomst wel nog een beroepskwalificatie zal worden erkend die ermee verwant kan worden verklaard, beslist de Vlaamse Regering dat de betrokken graduaatsopleiding opnieuw moet worden geactualiseerd volgens de procedure, vermeld in deze afdeling.

De hogescholen kunnen de opleiding pas aanbieden nadat ze met positief gevolg de toets nieuwe opleiding bij het accreditatieorgaan hebben ondergaan volgens de procedure, vermeld in artikel II.395. Ze dienen daarvoor een dossier in uiterlijk op 30 november 2024.

§ 3. Als een hogeschool voor een opleiding van het hoger beroepsonderwijs, met uitzondering van de opleidingen Verpleegkunde en Basisverpleegkunde, uiterlijk op 30 november 2024 nog nooit een toets nieuwe opleiding heeft aangevraagd bij de accreditatieorganisatie, verliest de hogeschool de onderwijsbevoegdheid voor die opleiding.

Afdeling 4 Wijzigingen aan de studieomvang van opleidingen (... - ...)

Artikel II.156. (01/10/2013- ...)

Document relaties

Type Datum Opschrift
Zie ook 09/05/2014 tot uitbreiding van de studieomvang van de master in de Oosterse talen en culturen, de master in de taal- en regiostudies: arabistiek en islamkunde, de master in de taal- en regiostudies: japanologie en de master in de taal- en regiostudies: sinologie
Zie ook 27/02/2015 betreffende de organisatie van de Research Master: Master of Advanced Studies in Theology and Religion en tot uitbreiding van de studieomvang van de master in de logopedische en audiologische wetenschappen en de master in de verzekeringen

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 63bis.

Commentaar

Structuurdecreet, artikel 63bis, ingevoegd bij OD XIX, artikel V.46, en vervangen bij het decreet van 19 juli 2013 houdende maatregelen met betrekking tot wijzigingen aan de studieomvang van opleidingen in het hoger onderwijs, artikel 3.
In paragraaf 2, derde lid, zijn de woorden Vlaamse Universiteiten en Hogescholen Raad” vervangen door het woord “VLUHR”.

Inhoud

§1. In 2013 kunnen de hogescholen en universiteiten uiterlijk op 15 oktober een aanvraag indienen bij de Vlaamse Regering tot uitbreiding van de studieomvang van een masteropleiding met een studieomvang van 60 studiepunten.

 

Vanaf 2014 kunnen de hogescholen en universiteiten in de loop van de maand april en uiterlijk op 30 april een aanvraag indienen bij de Vlaamse Regering tot uitbreiding van de studieomvang van een masteropleiding met een studieomvang van 60 studiepunten.

 

§2. Een aanvraag wordt gezamenlijk opgesteld door alle instellingen die de betrokken masteropleiding van 60 studiepunten aanbieden. De aanvraag wordt samen opgesteld en bevat het gezamenlijk concept van de opleidingsstructuur die de instellingen binnen de (sub)discipline voor ogen hebben.

 

Het aanvraagdossier omvat het standpunt van studenten, die betrokken worden bij de voorbereiding van de aanvraag.

 

De VLUHR coördineert de aanvraag en bezorgt die aan de Vlaamse Regering.

 

§3. Voor de masteropleidingen die met ingang van het academiejaar 2013-2014 worden geïntegreerd in een universiteit, stellen de betrokken universiteiten de aanvraag op.

Artikel II.157. (01/09/2019- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Gewijzigd bij 04/05/2018 Decreet betreffende de uitbouw van de graduaatsopleidingen binnen de hogescholen en de versterking van de lerarenopleidingen binnen de hogescholen en universiteiten 127.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 63ter.

Inhoud

De masteropleidingen die ontstaan na de uitbreiding van de studieomvang van een masteropleiding van 60 studiepunten, kunnen 1 van de volgende vormen aannemen:
1°   een vakinhoudelijke masteropleiding van 90 studiepunten;
2°   een masteropleiding van 90 studiepunten die bestaat uit een vakinhoudelijke vorming van 60 studiepunten en een differentiatie van 30 studiepunten die specifiek gericht is op 1 of meer van de volgende finaliteiten :
a)      het verwerven van specifieke beroepsgerichte competenties;
b)      een doorgedreven vakinhoudelijke specialisatie;
3°   een masteropleiding van 120 studiepunten die bestaat uit een vakinhoudelijke vorming van 90 studiepunten en een differentiatie van 30 studiepunten die specifiek gericht is op 1 of meer van de volgende finaliteiten :
a)      ...;
b)      het verwerven van specifieke beroepsgerichte competenties;
c)      een doorgedreven vakinhoudelijke specialisatie;
4°   een onderzoeksmaster van 120 studiepunten, die wordt aangeboden naast een masteropleiding in hetzelfde studiegebied;
5°   ....

Artikel II.158. (01/10/2013- ...)

Relaties naar artikelen

Type Datum Opschrift Art.
Zie ook 04/04/2003 Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 63quater.