Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en het besluit van de Vlaamse Regering van 23 september 2016 houdende subsidiëring van de digitale behandeling van de omgevingsvergunning in het kader van wijzigingen aan de regelgeving over de omgevingsvergunning en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 november 2001 tot bepaling van de voorwaarden voor toekenning van subsidies aan gemeenten voor de opleiding van gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaren en voor de betaling van de gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaren in kleine gemeenten

Datum 11/09/2020

Inhoudstafel

  1. HOOFDSTUK 1. Wijziging van bijlage I bij VLAREM II
  2. HOOFDSTUK 2. Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
  3. HOOFDSTUK 3. Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 september 2016 houdende subsidiëring van de digitale behandeling van de omgevingsvergunning
  4. HOOFDSTUK 4. Slotbepalingen

Inhoud

(... - ...)

Rechtsgronden
Dit besluit is gebaseerd op:
- de Grondwet, artikel 41, eerste lid, eerste zin, en artikel 162, eerste lid en tweede lid, 2° ;
- de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 20, gewijzigd bij de bijzondere wet van 16 juli 1993;
- het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, artikel 5.1.1, 7°, ingevoegd bij het decreet van 25 april 2014;
- het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, artikel 4, derde lid, artikel 8, vierde lid, artikel 11, § 5, artikel 14/1, eerste en vijfde lid, ingevoegd bij het decreet van 18 december 2015 en gewijzigd bij het decreet van 26 april 2019, artikel 15, § 1, tweede lid, artikel 16, § 3, artikel 17, artikel 18, tweede lid, gewijzigd bij het decreet van 26 april 2019, artikel 23, vierde lid, artikel 24, eerste lid, artikel 31, artikel 36, artikel 37, tweede lid, artikel 42, eerste lid, artikel 50, artikel 52, tweede lid, ingevoegd bij het decreet van 8 december 2017, artikel 56, vierde lid, gewijzigd bij het decreet van 8 december 2017, artikel 59, eerste lid, artikel 62, tweede lid, artikel 67, artikel 79, tweede en derde lid, gewijzigd bij het decreet van 8 december 2017, artikel 90, § 2, eerste lid, artikel 91, artikel 108, en artikel 283;
- het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, artikel 12, § 2;
- het decreet van 26 april 2019 houdende diverse bepalingen inzake omgeving, natuur en landbouw, artikel 160.

Vormvereisten
De volgende vormvereisten zijn vervuld:
- De Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, heeft zijn akkoord gegeven op 27 mei 2020.
- De Raad van State heeft advies 67.688/1/V gegeven op 10 augustus 2020, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.

Initiatiefnemer
Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme.

Na beraadslaging,

DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:

HOOFDSTUK 1. Wijziging van bijlage I bij VLAREM II (... - ...)

Artikel 1. (23/10/2020- ...)

In bijlage 1 bij het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 en het laatst gewijzigd bij het besluit van Vlaamse Regering van 6 september 2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° onder "Verklaring van de symbolen die gebruikt worden in kolom 4 tot en met 8, kolom 4 "opmerkingen"" wordt de bepaling "A =inrichting of activiteit van klasse 2 waarvoor de afdeling Milieu, bevoegd voor de omgevingsvergunning, als bepaald in artikel 37, § 2, van het besluit van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2015 betreffende de omgevingsvergunning advies verstrekt" opgeheven;
2° onder "Verklaring van de symbolen die gebruikt worden in kolom 4 tot en met 8, kolom 4 "opmerkingen"" wordt in de verklaring van "X" de zinsnede "van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning" vervangen door de zinsnede "van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid";
3° onder "Verklaring van de symbolen die gebruikt worden in kolom 4 tot en met 8, kolom 4 "opmerkingen"" wordt in de verklaring van "Y" de zinsnede "artikel 48, tweede lid" vervangen door de zinsnede "artikel 49, tweede lid";
4° in de indelingslijst wordt in kolom 4 "opmerkingen" de bepaling "A" telkens opgeheven.

HOOFDSTUK 2. Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning (... - ...)

Artikel 2. (23/10/2020- ...)

Artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning wordt vervangen door wat volgt:

"Art. 3. De leidend ambtenaar van het departement wordt aangesteld als inhoudelijk ordonnateur van het Omgevingsfonds. De leidend ambtenaar van het departement kan zijn bevoegdheden van inhoudelijk ordonnateur van het Omgevingsfonds delegeren aan personeelsleden van niveau A van het departement.".

Artikel 3. (23/10/2020- ...)

In artikel 6, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt de zinsnede ", met uitzondering van de projecten of veranderingen aan projecten waarvoor het advies van de POVC alleen vereist is omdat de aanvraag een indelingsrubriek omvat die in de vierde kolom van de indelingslijst met de letter A is aangeduid" opgeheven.

Artikel 4. (23/10/2020- ...)

In artikel 8, § 2 en § 4, tweede lid, 2°, van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "vermeld in artikel 35 en 37" vervangen door de zinsnede "vermeld in artikel 35, 37, 38/1 of 38/3".

Artikel 5. (23/10/2020- ...)

In artikel 10 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 10 februari 2017 en 9 maart 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° tussen het tweede en het derde lid wordt een lid ingevoegd, dat luidt als volgt:
"In procedures waarvoor de beslissingsbevoegdheid zich op gewestelijk niveau situeert, is de gewestelijke omgevingsambtenaar gemachtigd om:
1° te beslissen over de toepassing van:
a) de administratieve lus, vermeld in artikel 13 van het decreet van 25 april 2014;
b) het toestaan van wijzigingen aan de vergunningsaanvraag, vermeld in artikel 30, 45 en 64 van het decreet van 25 april 2014;
2° het vergunningsbesluit aan te passen conform artikel 79 van het decreet van 25 april 2014.";
2° in het bestaande derde lid, dat het vierde lid wordt, worden de woorden "in het eerste en tweede lid" vervangen door de zinsnede "in het eerste, tweede en derde lid".

Artikel 6. (23/10/2020- ...)

In artikel 11 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 10 februari 2017 en 9 maart 2018, wordt de zinsnede "artikel 17, § 3," vervangen door de zinsnede "artikel 17, § 3 en § 4,".

Artikel 7. (23/10/2020- ...)

In artikel 13 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 16 december 2016, 10 februari 2017 en 9 maart 2018, wordt het tweede lid opgeheven.

Artikel 8. (23/10/2020- ...)

In artikel 23, § 1, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 10 februari 2017 en 9 maart 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid wordt de zinsnede "de gebruikers van de gebouwen, als die bekend zijn bij de gemeente, en" opgeheven;
2° tussen het eerste en het tweede lid wordt een lid ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Als de vergunningsaanvraag betrekking heeft op de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit van de tweede klasse, stelt de gemeente de eigenaars van de aanpalende percelen in kennis van het openbaar onderzoek.";
3° in het bestaande derde lid, dat het vierde lid wordt, worden de woorden "het eerste en tweede lid" vervangen door de zinsnede "het eerste, tweede en derde lid";
4° in het bestaande vierde lid, dat het vijfde lid wordt, worden de woorden "het tweede en derde lid" vervangen door de zinsnede "het tweede, derde en vierde lid";
5° het bestaande vijfde lid, dat het zesde lid wordt, wordt vervangen door wat volgt:
"Bij een combinatie van kennisgevingen als vermeld in het eerste, tweede of derde lid, geldt de ruimste kennisgeving.".

Artikel 9. (23/10/2020- ...)

In artikel 24, § 1, tweede lid, 4°, van hetzelfde besluit worden de woorden "over de zaak van de wegen" vervangen door de zinsnede "over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van de gemeenteweg".

Artikel 10. (23/10/2020- ...)

In artikel 25 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 9 maart 2018, wordt een paragraaf 5 ingevoegd, die luidt als volgt:

" § 5. De gemeente kan, in samenspraak met de aanvrager en in voorkomend geval het bevoegd bestuur, beslissen om de informatievergadering via elektronische middelen te houden. In afwijking van paragraaf 1, wordt dergelijke informatievergadering georganiseerd tijdens de eerste tien dagen van het openbaar onderzoek.

De toelichting over de vergunningsaanvraag blijft digitaal publiek beschikbaar minstens tot en met de laatste dag van het openbaar onderzoek. Wordt een informatievergadering via elektronische middelen gehouden, kunnen vragen gesteld worden tot vijf dagen na de informatievergadering en worden door de aanvrager antwoorden gegeven uiterlijk tien dagen voor het verstrijken van het openbaar onderzoek. Vanaf het ogenblik van beantwoording zijn vraag en antwoord digitaal publiek beschikbaar minstens tot en met de laatste dag van het openbaar onderzoek. De vragen en antwoorden die op deze manier behandeld worden, worden mee opgenomen in het verslag van de vergadering, bedoeld in paragraaf 4.

Burgers kunnen de toelichting van de digitale informatievergadering en de digitale antwoorden tijdens het openbaar onderzoek raadplegen bij de betrokken gemeente.".

Artikel 11. (23/10/2020- ...)

In artikel 28/1 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 9 maart 2018, wordt voor het eerste lid een lid ingevoegd, dat luidt als volgt:

"Als het project vergunningsplichtige kleinhandelsactiviteiten omvat met een netto handelsoppervlakte van meer dan 20.000 vierkante meter, gelegen op een afstand van minder dan twintig kilometer van een ander gewest of van verschillende andere gewesten, wordt de beveiligde zending, vermeld in artikel 27/1 van het decreet van 25 april 2014 gericht aan het Agentschap Innoveren en Ondernemen.".

Artikel 12. (23/10/2020- ...)

Aan artikel 29, § 1, eerste lid, 2°, van hetzelfde besluit wordt de volgende zinsnede toegevoegd "of een mededeling dat er geen analoge standpunten, opmerkingen en bezwaren zijn ingediend".

Artikel 13. (23/10/2020- ...)

In artikel 35 van hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 9 worden de woorden "De provincie" vervangen door de woorden "De waterbeheerder";
2° in paragraaf 16 wordt het tweede lid vervangen door wat volgt:
"Het departement stelt een eenvoudig consulteerbare digitale kaart ter beschikking, op basis van het gezamenlijk ontwerp van het Directoraat-Generaal Luchtvaart en de Defensiestaf. De kaart bepaalt de hoogte, vermeld in het eerste lid, 2°. Die hoogte wordt bepaald zodat de burgerlijke en militaire luchtvaartterreinen, de visuele luchtvaartroutes, de militaire luchtvaartzones en de burgerlijke en militaire luchtvaartinstallaties voor communicatie, navigatie en toezicht zijn beschermd.".

Artikel 14. (23/10/2020- ...)

In artikel 37, § 2, eerste lid, van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2017 en gewijzigd bij het besluit van 9 maart 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° punt 1°, wordt vervangen door wat volgt:
"1° als de Vlaamse Regering de bevoegde overheid is en het gaat om een aanvraag van een vergunning of een beroep tegen de beslissing over een aanvraag van een vergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit van de eerste klasse;";
2° in punt 2°, a), wordt de zinsnede "punt 1°, " vervangen door de zinsnede "punt 1° ";
3° punt 3° wordt opgeheven.

Artikel 15. (23/10/2020- ...)

In artikel 39, vierde lid, van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2017, wordt de zin "De deskundigen en hun respectieve plaatsvervangers ontvangen een vergoeding van 100 euro per zitting van de POVC waarop zij aanwezig zijn." vervangen door de zin "De deskundigen en hun respectieve plaatsvervangers ontvangen een vergoeding voor hun aanwezigheid op de POVC. De provincieraad bepaalt de hoogte van de vergoeding.".

Artikel 16. (23/10/2020- ...)

In artikel 40, § 4, derde lid, van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2017, wordt de zinsnede "een vergoeding van 100 euro per zitting van de GOVC waarop zij aanwezig zijn" vervangen door de zinsnede "per zitting van de GOVC waarop ze aanwezig zijn een vergoeding van 200 euro en reiskosten, conform de regeling die geldt voor de vergoeding van reiskosten van personeelsleden van de Vlaamse overheid.".

Artikel 17. (23/10/2020- ...)

In artikel 41 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2017 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 9 maart 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid worden punt 1° en punt 4° opgeheven;
2° in het eerste lid, 3°, wordt het woord "mobiliteitseffectenrapport" vervangen door het woord "mobiliteitsstudie";
3° in het tweede lid, 1°, c), wordt het woord "mobiliteitseffectenrapport" vervangen door het woord "mobiliteitsstudie";
4° in het tweede lid, 1°, d) wordt de zinsnede "en de afdeling Milieu, bevoegd voor de omgevingsvergunning," vervangen door de zinsnede ", van de afdeling Milieu, bevoegd voor de omgevingsvergunning, en van de ASTRID-veiligheidscommissie, vermeld in artikel 35, § 17,".

Artikel 18. (23/10/2020- ...)

In artikel 42 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2017 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 9 maart 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in punt 1°, c), wordt het woord "mobiliteitseffectenrapport" vervangen door het woord "mobiliteitsstudie";
2° in het punt 1°, d), wordt de zinsnede "en de afdeling Milieu, bevoegd voor de omgevingsvergunning," vervangen door de zinsnede ", van de afdeling Milieu, bevoegd voor de omgevingsvergunning, en van de ASTRID-veiligheidscommissie, vermeld in artikel 35, § 17,".

Artikel 19. (15/09/2020- ...)

In artikel 43, § 1, van hetzelfde besluit wordt een tweede lid ingevoegd, dat luidt als volgt:

"De voorzitter van de omgevingsvergunningscommissie kan beslissen om via teleconferentie of via videoconferentie te vergaderen.".

Artikel 20. (15/09/2020- ...)

In artikel 44 van hetzelfde besluit wordt tussen het tweede en het derde lid een lid ingevoegd, dat luidt als volgt:

"De voorzitter van de omgevingsvergunningscommissie kan beslissen om de hoorzittingen alleen schriftelijk, via teleconferentie of via videoconferentie te houden op voorwaarde dat alle personen die gehoord wensen te worden, hiermee akkoord gaan.".

Artikel 21. (23/10/2020- ...)

In titel 3 van hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 6 september 2019, wordt het opschrift van hoofdstuk 8 vervangen door wat volgt:

"Hoofdstuk 8. Beslissing over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg".

Artikel 22. (23/10/2020- ...)

In artikel 47, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "Als de vergunningsaanvraag wegenwerken omvat waarvoor de gemeenteraad beslissingsbevoegdheid heeft," vervangen door de zinsnede "Als een beslissing van de gemeenteraad vereist is over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg,".

Artikel 23. (23/10/2020- ...)

In artikel 48, § 1, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 17 februari 2017 en 9 maart 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° er wordt een punt 3° /1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"3° /1 met betrekking tot de ingedeelde inrichting of activiteit, het inrichtingsnummer en in voorkomend geval het ondernemingsnummer van de exploitant;";
2° in punt 7° wordt punt b) vervangen door wat volgt:
"b) in voorkomend geval, het ondeelbare karakter van de beslissing omdat meerdere vergunningsplichtige aspecten onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn;";
3° in punt 10° wordt de zinsnede "conform artikel 47" vervangen door de zinsnede "conform artikel 33, 47 of 66, § 4,".

Artikel 24. (23/10/2020- ...)

In artikel 59, § 1, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt de zinsnede ", vermeld in artikel 17, § 1, 1°, van het decreet van 25 april 2014," opgeheven.

Artikel 25. (23/10/2020- ...)

In artikel 62, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt punt 3° opgeheven.

Artikel 26. (23/10/2020- ...)

In artikel 63, § 1, tweede lid, 4°, van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "de zaak van de wegen, vermeld in artikel 31 van het decreet" vervangen door de zinsnede "de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg, vermeld in artikel 31 van het decreet van 25 april 2014".

Artikel 27. (23/10/2020- ...)

In artikel 65, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "artikel 18" vervangen door de zinsnede "artikel 7, § 2, en artikel 18".

Artikel 28. (23/10/2020- ...)

In artikel 66, tweede lid, van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 9 maart 2018, wordt de zinsnede "artikel 18, tweede lid," vervangen door de zinsnede "de verplichtingen, vermeld in artikel 7, § 2,".

Artikel 29. (23/10/2020- ...)

Aan artikel 74, § 1, vierde lid, van hetzelfde besluit wordt de volgende zin toegevoegd:

"Als het beroep via het omgevingsloket wordt ingediend, is aan de voorwaarden, vermeld in het eerste lid, 1° en 2°, voldaan.".

Artikel 30. (15/09/2020- ...)

In artikel 76 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 9 maart 2018, wordt tussen het tweede en het derde lid een lid ingevoegd, dat luidt als volgt:

"De bevoegde overheid of de provinciale of gewestelijke omgevingsambtenaar kan beslissen om de hoorzitting alleen schriftelijk, via teleconferentie of via videoconferentie te houden op voorwaarde dat alle personen die gehoord wensen te worden, hiermee akkoord gaan.".

Artikel 31. (23/10/2020- ...)

In artikel 80, eerste lid, van hetzelfde besluit, wordt de zinsnede "artikel 37" vervangen door de zinsnede "artikel 7, § 2, en artikel 37".

Artikel 32. (23/10/2020- ...)

In artikel 81, tweede lid, van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 9 maart 2018, wordt de zinsnede "artikel 37, tweede lid," vervangen door de zinsnede "de verplichtingen, vermeld in artikel 7, § 2,".

Artikel 33. (23/10/2020- ...)

Aan artikel 87, § 1, vierde lid, van hetzelfde besluit wordt de volgende zin toegevoegd:

"Als het beroep via het omgevingsloket wordt ingediend, is aan de voorwaarden, vermeld in het eerste lid, 1° en 2°, voldaan.".

Artikel 34. (15/09/2020- ...)

In artikel 90 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 9 maart 2018, wordt tussen het tweede en het derde lid een lid ingevoegd, dat luidt als volgt:

"De bevoegde overheid of de provinciale of gewestelijke omgevingsambtenaar kan beslissen om de hoorzitting alleen schriftelijk, via teleconferentie of via videoconferentie te houden op voorwaarde dat alle personen die gehoord wensen te worden, hiermee akkoord gaan.".

Artikel 35. (23/10/2020- ...)

In artikel 97 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 9 maart 2018, wordt paragraaf 2 opgeheven.

Artikel 36. (03/11/2020- ...)

In titel 4 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2017, worden in het opschrift van hoofdstuk 1 de woorden "bijzondere milieuvoorwaarden" vervangen door het woord "voorwaarden".

Artikel 37. (03/11/2020- ...)

In artikel 100 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° het eerste lid wordt vervangen door wat volgt:
"De volgende gemotiveerde verzoeken worden met een beveiligde zending ingediend bij de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014:
1° het verzoek tot bijstelling van de in de omgevingsvergunning opgelegde bijzondere milieuvoorwaarden, vermeld in artikel 82 van het decreet van 25 april 2014;
2° het verzoek van de vergunninghouder of exploitant tot bijstelling van de in de omgevingsvergunning opgelegde voorwaarden, vermeld in artikel 82/1 van het decreet van 25 april 2014.";
2° in het vierde lid, 2°, worden de woorden "de plaats waar de exploitatie van de ingedeelde inrichting of activiteit plaats vindt" vervangen door de woorden "de plaats waarop het verzoek betrekking heeft".

Artikel 38. (03/11/2020- ...)

In artikel 102 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste, derde en zesde lid worden de woorden "opgelegde milieuvoorwaarden" vervangen door de woorden "opgelegde voorwaarden";
2° in het tweede lid wordt de zinsnede "en artikel 82, eerste en tweede lid," vervangen door de zinsnede "artikel 82, eerste en tweede lid, en artikel 82/1".

Artikel 39. (03/11/2020- ...)

In artikel 103 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste en tweede lid worden de woorden "opgelegde milieuvoorwaarden" vervangen door de woorden "opgelegde voorwaarden";
2° het derde lid wordt vervangen door wat volgt:
"Voor de organisatie van het openbaar onderzoek zijn de bepalingen van titel 3, hoofdstuk 5, van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat:
1° de vergunningsaanvraag gelezen moet worden als het verzoek of ambtshalve initiatief tot bijstelling;
2° de vergunningsaanvrager, aanvrager of exploitant gelezen moet worden als de verzoeker of de overheid die het ambtshalve initiatief heeft genomen;
3° in afwijking van artikel 16, tweede lid, de vervaltermijn, vermeld in artikel 16, tweede lid, begint te lopen de zestigste dag na de datum van de indiening van het verzoek;
4° in afwijking van artikel 17, eerste lid, 1°, er in de mededeling op de website gemeld wordt dat een verzoek tot bijstelling is ingediend dan wel een ambtshalve initiatief tot bijstelling is genomen;
5° in afwijking van artikel 20, § 1, het opschrift van de affiche "BEKENDMAKING OPENBAAR ONDERZOEK OVER EEN VERZOEK TOT BIJSTELLING VAN DE VOORWAARDEN" of "BEKENDMAKING OPENBAAR ONDERZOEK OVER EEN AMBTSHALVE INITIATIEF TOT BIJSTELLING VAN DE VOORWAARDEN" luidt.".

Artikel 40. (03/11/2020- ...)

In artikel 104 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1, eerste lid, paragraaf 3 en paragraaf 5 worden de woorden "opgelegde milieuvoorwaarden" telkens vervangen door de woorden "opgelegde voorwaarden";
2° in paragraaf 1, eerste lid, 3°, wordt de zinsnede "vermeld in artikel 37 van dit besluit, evenwel met uitzondering van de afdeling RO, bevoegd voor de omgevingsvergunning" vervangen door de zinsnede "vermeld in artikel 35, 37, 38/1 en 38/3";
3° in paragraaf 2, eerste lid, wordt punt 1° vervangen door wat volgt:
"1° door de afdeling Milieu, bevoegd voor de omgevingsvergunning en de afdeling RO, bevoegd voor de omgevingsvergunning:";
4° in paragraaf 2, vierde lid, worden de woorden "van de milieuvoorwaarden" opgeheven;
5° paragraaf 4 wordt opgeheven.

Artikel 41. (03/11/2020- ...)

In artikel 106 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid worden de woorden "opgelegde milieuvoorwaarden" vervangen door de woorden "opgelegde voorwaarden";
2° in het tweede lid, 1°, worden de woorden "de milieuvoorwaarden" vervangen door de woorden "de voorwaarden";
3° in het tweede lid wordt punt 3° vervangen door wat volgt:
"3° in voorkomend geval, de naam en het ondernemingsnummer van de exploitant;":
4° in het tweede lid, 4°, worden tussen de woorden "of activiteit" en de woorden "die het voorwerp" de woorden "of de omgevingsvergunning" ingevoegd.

Artikel 42. (03/11/2020- ...)

In titel 4 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2017, worden in het opschrift van hoofdstuk 2 de woorden "bijzondere milieuvoorwaarden" vervangen door het woord "voorwaarden".

Artikel 43. (03/11/2020- ...)

In artikel 108, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "opgelegde milieuvoorwaarden" vervangen door de woorden "opgelegde voorwaarden".

Artikel 44. (03/11/2020- ...)

In artikel 109 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° aan het derde lid wordt de volgende zin toegevoegd:
"Als het beroep via het omgevingsloket wordt ingediend, is aan de voorwaarden, vermeld in het eerste lid, 1° en 2°, voldaan.";
2° in het vierde lid worden de woorden "de exploitant of de overheid" vervangen door de zinsnede "de exploitant, de vergunninghouder of de overheid".

Artikel 45. (03/11/2020- ...)

In artikel 111 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1 worden het eerste en het tweede lid vervangen door wat volgt:
"Op de dag van de verzending van de ontvankelijk- en volledigverklaring van het beroep of uiterlijk als de vervaltermijn, vermeld in artikel 58, eerste lid, van het decreet van 25 april 2014, verstreken is, stelt het bevoegde bestuur het beroepsdossier voor advies ter beschikking van:
1° het adviserend schepencollege met het verzoek om advies te verlenen als geen advies van een omgevingsvergunningscommissie vereist is;
2° de bevoegde omgevingsvergunningscommissie als het een bijstelling van de opgelegde milieuvoorwaarden betreft;
3° de adviesinstanties, vermeld in artikel 35, 37, 38/1 of 38/3 van dit besluit, als geen advies van een omgevingsvergunningscommissie vereist is.
In voorkomend geval stelt de voorzitter of de secretaris van de omgevingsvergunningscommissie binnen tien dagen nadat het beroepsdossier ter beschikking van de commissie is gesteld, dat dossier ter beschikking van:
1° het adviserend schepencollege, met het verzoek advies uit te brengen, tenzij het betrokken college van burgemeester en schepenen:
a) het verzoek tot bijstelling heeft ingediend;
b) het beroep heeft ingesteld;
c) de exploitant is;
2° de adviesinstanties, vermeld in artikel 35, 37, 38/1 en 38/3, met het verzoek om advies uit te brengen, als die adviesinstanties:
a) over de vergunningsaanvraag in laatste administratieve aanleg een advies geven;
b) niet zelf een verzoek tot bijstelling van de voorwaarden hebben ingediend of het beroep hebben ingesteld;
c) niet zelf de vergunninghouder of exploitant zijn;
3° de overige leden van de betrokken omgevingsvergunningscommissie, vermeld in artikel 39 of artikel 40.";
2° in paragraaf 2, eerste lid, wordt punt 1° vervangen door wat volgt:
"1° door de afdeling RO, bevoegd voor de omgevingsvergunning, en de afdeling Milieu, bevoegd voor de omgevingsvergunning: zestig dagen;";
3° in paragraaf 2, tweede lid, worden de woorden "De bevoegde omgevingsvergunningscommissie brengt" vervangen door de woorden "In voorkomend geval brengt de bevoegde omgevingsvergunningscommissie";
4° in paragraaf 2, vierde lid worden de woorden "de milieuvoorwaarden" vervangen door de woorden "de voorwaarden";
5° in paragraaf 3, eerste lid, worden de woorden "De beroepsindiener of de exploitant" vervangen door de zinsnede "De beroepsindiener, de vergunninghouder of de exploitant";
6° In paragraaf 3, tweede lid, worden de woorden "de exploitant" vervangen door de woorden "de vergunninghouder of de exploitant";
7° paragraaf 4 wordt opgeheven.

Artikel 46. (03/11/2020- ...)

In artikel 112, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "de exploitant" vervangen door de zinsnede "de vergunninghouder, de exploitant".

Artikel 47. (03/11/2020- ...)

In artikel 113 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid en het tweede lid, 3°, worden de woorden "de milieuvoorwaarden" vervangen door de woorden "de voorwaarden";
2° in het tweede lid wordt punt 4° vervangen door wat volgt:
"4° in voorkomend geval, de naam en het ondernemingsnummer van de exploitant;";
3° in het tweede lid, 5°, worden tussen de woorden "of activiteit" en de woorden "die het voorwerp" de woorden "of de omgevingsvergunning" ingevoegd.

Artikel 48. (03/11/2020- ...)

In artikel 114, tweede lid, van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "de exploitant, wordt die laatste" vervangen door de zinsnede "de vergunninghouder of de exploitant, worden die".

Artikel 49. (23/10/2020- ...)

Aan artikel 127, derde lid, van hetzelfde besluit wordt de volgende zin toegevoegd:

"Als het beroep via het omgevingsloket wordt ingediend, is aan de voorwaarden, vermeld in het eerste lid, 1° en 2°, voldaan.".

Artikel 50. (03/11/2020- ...)

Artikel 138 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2017, wordt vervangen door wat volgt:

"Art. 138. § 1. De meldingsakte wordt bekendgemaakt door :
1° de aanplakking van een affiche op de plaats waar het voorwerp van de melding uitgevoerd zal worden, conform artikel 139;
2° de publicatie op de website, waarbij artikel 60, van overeenkomstige toepassing is;
3° de individuele kennisgeving conform artikel 140;
4° de analoge of digitale terinzagelegging van de meldingsakte in het gemeentehuis van de gemeente waar het voorwerp van de melding uitgevoerd zal worden, waarbij artikel 63, van overeenkomstige toepassing is.

§ 2. Het omgevingsloket stelt de tekst ter beschikking die gebruikt wordt voor de bekendmaking, vermeld in paragraaf 1, 1°.

De tekst, vermeld in het eerste lid, bevat minstens de volgende gegevens:
1° op welke meldingsplichten, vermeld in artikel 5, 2° van het decreet van 25 april 2014, de melding betrekking heeft;
2° de ligging van het voorwerp van de melding;
3° de naam van de persoon die de melding heeft verricht. Als de melding wordt ondertekend door een natuurlijk persoon namens een rechtspersoon, wordt alleen de naam van de rechtspersoon vermeld;
4° de overheid die akte heeft genomen;
5° het feit dat de aktename ter inzage ligt bij de gemeente;
6° de mogelijkheid om beroep in te stellen tegen de aktename bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen.".

Artikel 51. (03/11/2020- ...)

Artikel 139 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt:

"Art. 139. § 1. In de volgende gevallen wordt een affiche aangeplakt:
1° als er akte wordt genomen van de melding;
2° als de melding geacht wordt te zijn geakteerd.

De tekst van de aanplakking, vermeld in artikel 138, § 2, wordt met zwarte letters op een gele affiche van minimaal A2-formaat afgedrukt en wordt voorafgegaan door het opschrift "BEKENDMAKING MELDINGSAKTE".

§ 2. De affiche wordt aangeplakt voor de aanvang van de al dan niet stilzwijgend geakteerde handelingen of exploitatie. De affiche blijft hangen gedurende de periode van dertig dagen, die ingaat op de dag na de eerste dag van de aanplakking. De persoon die de melding verricht, brengt de gemeente op de startdatum van de aanplakking op de hoogte van die datum en verklaart daarbij dat de affiche conform de bepalingen van dit artikel is aangeplakt en aangeplakt zal blijven tot de laatste dag van de voormelde periode van dertig dagen. De startdatum wordt in het omgevingsloket ingevoerd.

De affiche wordt aangeplakt op een plaats waar het voorwerp van de melding paalt aan een openbare weg, of als het aan verschillende openbare wegen paalt, aan elk van die openbare wegen. Als het voorwerp van de melding niet paalt aan een openbare weg, wordt de affiche aangeplakt op een plaats aan de dichtstbijzijnde openbare weg.

Als de melding betrekking heeft op het openbaar domein, wordt de affiche aangeplakt aan elke zijde waar men van op de openbare weg de grens van het voorwerp van de melding bereikt.

De persoon die de melding heeft verricht, plakt de affiche aan op een schutting, op een muur of op een bord dat aan een paal bevestigd is, op de grens tussen het terrein of de toegang tot het terrein en de openbare weg en evenwijdig met de openbare weg, met de tekst gericht naar de openbare weg en op een maximumhoogte van twee meter.

De affiche is altijd goed leesbaar vanaf de openbare weg.".

Artikel 52. (03/11/2020- ...)

In artikel 140 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 10 februari 2017 en 9 maart 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° het eerste lid wordt vervangen door wat volgt:
"Het bevoegde bestuur stelt zijn beslissing over de melding met een beveiligde zending ter beschikking van de persoon die de melding heeft verricht, binnen de termijn, vermeld in artikel 111, tweede en derde lid, van het decreet van 25 april 2014. Als de melding wordt geacht te zijn geakteerd, genereert het omgevingsloket na het verstrijken van de termijn, vermeld in artikel 111, tweede lid, van het decreet van 25 april 2014, een tekst die bevestigt dat er niet tijdig een beslissing genomen is of ter kennis gebracht is aan de persoon die de melding heeft verricht, met de gegevens, vermeld in artikel 138, § 2, tweede lid.";
2° in het tweede lid worden de woorden "Het bevoegde bestuur stelt" vervangen door de zinsnede "Uiterlijk tien dagen na de datum van de aktename of na het verstrijken van de termijn, vermeld in artikel 111, tweede lid, van het decreet van 25 april 2014, stelt het bevoegde bestuur";
3° in het tweede lid wordt punt 1° vervangen door wat volgt:
"1° de afdeling van de VMM bevoegd voor grondwater als de melding betrekking heeft op indelingsrubriek 52 tot en met 56;";
4° het derde en vierde lid worden opgeheven.

Artikel 53. (23/10/2020- ...)

In artikel 145, eerste en tweede lid, van hetzelfde besluit wordt het woord "gemeentesecretaris" vervangen door de woorden "algemeen directeur".

Artikel 54. (03/11/2020- ...)

Artikel 153/1 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 9 maart 2018, wordt vervangen door wat volgt:

"Art. 153/1. Met toepassing van artikel 14/1, vijfde lid, en in afwijking van artikel 14/1, tweede lid, van het decreet van 25 april 2014, worden meldingen digitaal ingediend.".

HOOFDSTUK 3. Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 september 2016 houdende subsidiëring van de digitale behandeling van de omgevingsvergunning (... - ...)

Artikel 55. (23/10/2020- ...)

In artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 september 2016 houdende subsidiëring van de digitale behandeling van de omgevingsvergunning, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 22 december 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° het eerste lid wordt opgeheven;
2° in het derde lid worden de woorden "het tweede lid" vervangen door de woorden "het eerste lid";
3° in het vierde lid worden de woorden "het derde lid" vervangen door de woorden "het eerste lid".

HOOFDSTUK 4. Slotbepalingen (... - ...)

Artikel 56. (23/10/2020- ...)

Het besluit van de Vlaamse Regering van 23 november 2001 tot bepaling van de voorwaarden voor toekenning van subsidies aan gemeenten voor de opleiding van gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaren en voor de betaling van de gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaren in kleine gemeenten, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 februari 2017, wordt opgeheven.

Artikel 57. (23/10/2020- ...)

Een deskundige die conform artikel 40, § 4, van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, aangewezen is op grond van zijn bijzondere wetenschappelijke en technische bekwaamheid inzake milieu, wordt geacht aangewezen te zijn als deskundige van de gewestelijke milieuvergunningscommissie.

Een deskundige die conform artikel 39, tweede lid, van het voormelde besluit aangewezen is op grond van zijn bijzondere wetenschappelijke en technische bekwaamheid inzake milieu, wordt geacht aangewezen te zijn als deskundige van de provinciale milieuvergunningscommissie.

Artikel 58. (23/10/2020- ...)

Op de vergunningsaanvragen die zijn ingediend vóór de datum van de inwerkingtreding van artikel 17, 4°, en artikel 18, 2°, zijn artikel 41, tweede lid, 1°, d), en artikel 42, 1°, d), van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning van toepassing zoals van kracht vóór de datum van de inwerkingtreding van artikel 17, 4°, en artikel 18, 2°, van dit besluit.

Artikel 59. (23/10/2020- ...)

De volgende bepalingen treden in werking op 3 november 2020:
1° artikel 60, 134, 135, 137, 141 tot en met 143, en 147 tot en met 150 van het decreet van 26 april 2019 houdende diverse bepalingen inzake omgeving, natuur en landbouw;
2° artikel 36 tot en met 48, 50 tot en met 52 en 54 van dit besluit.

Artikel 19, 20, 30 en 34 van dit besluit treden in werking op 15 september 2020.

Artikel 60. (23/10/2020- ...)

De Vlaamse minister, bevoegd voor de omgeving en de natuur, is belast met de uitvoering van dit besluit.


Vlaamse Codex, officiële website van de Vlaamse Overheid - https://codex.vlaanderen.be
Geconsolideerde versie die geldt op 25/04/2024