( ... - ... )
Rechtsgronden
Dit besluit is gebaseerd op:
- de wet van 14 augustus 1986 betreffende de bescherming en het welzijn der dieren, artikel 5, § 2, gewijzigd bij de wet van 4 mei 1995, het decreet van 13 juli 2018 en van 29 januari 2021, en artikel 10, gewijzigd bij het decreet van 13 juli 2018;
- het koninklijk besluit van 27 april 2007 houdende erkenningsvoorwaarden voor inrichtingen voor dieren en de voorwaarden inzake de verhandeling van dieren, artikel 19, § 2, tweede lid, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 12 februari 2021, en artikel 27, § 1, vijfde streepje, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 12 februari 2021.
Vormvereiste
De volgende vormvereisten zijn vervuld:
- De Inspectie van Financiën heeft advies gegeven op 2 juli 2020;
- De Raad van State heeft advies nr. 68.940/3 gegeven op 31 maart 2021, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.
Motivering
Dit besluit is gebaseerd op het volgende motief:
- In navolging van het advies van de Vlaamse Raad voor Dierenwelzijn van 28 november 2018 wordt een verbod ingevoerd op de fok en de verkoop van kattenrassen met de erfelijke en dus aangeboren afwijking osteochondrodysplasie. Het gaat om de zogenaamde foldkatten. Dat zijn katten met de TRPV4:c.1024G>-variant in homo- of heterozygote staat, aangezien die mutatieafwijkingen in het kraakbeen veroorzaakt, zoals naar voren gevouwen oren. Het genetische defect veroorzaakt niet alleen een abnormaal kraakbeen in het oor, maar ook in de rest van het skelet.
De staartwervels verdikken tastbaar en worden stijf, de voor- en achterpoten kunnen krom (gedraaid) staan en verdikken, en de gewrichten kunnen zich abnormaal ontwikkelen. De aandoening is progressief en ongeneeslijk. De symptomen die ermee gepaard gaan, lijken op die van artritis, waarbij de gewrichten chronisch ontstoken zijn. Bewegen wordt moeilijk en pijnlijk. In ernstige gevallen zijn de katten kreupel. Artikel 27, § 1, van het koninklijk besluit van 27 april 2007 bepaalt dat de verhandeling verboden is van katten en honden die een erfelijke aandoening vertonen die niet kan worden verholpen via oordeelkundige paringscombinaties tussen kweekdieren binnen de raspopulatie, waarbij aan de minister delegatie wordt verleend om de betrokken erfelijke aandoeningen te bepalen. Het tweede lid van artikel 19, § 2, van het KB van 27 april 2007 voorziet verder een verbod op het kweken met kweekdieren met de bewuste erfelijke aandoeningen, waarbij verwezen wordt naar de door de minister te bepalen erfelijke aandoeningen conform artikel 27, § 1. Met dit ministerieel besluit wordt uitvoering daaraan gegeven.
DE VLAAMSE MINISTER VAN ONDERWIJS, SPORT, DIERENWELZIJN EN VLAAMSE RAND BESLUIT:
Artikel 1. ( 01/10/2021 - ... )
Katten met de TRPV4:c.1024G>T-variant in homo- of heterozygote staat zijn dieren die een erfelijke aandoening vertonen als vermeld in artikel 19, § 2, en 27, § 1, van het koninklijk besluit van 27 april 2007 houdende erkenningsvoorwaarden voor inrichtingen voor dieren en de voorwaarden inzake de verhandeling van dieren.
Artikel 2. ( 01/10/2021 - ... )
Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 2021.
Vlaamse Codex, officiële website van de Vlaamse Overheid - https://codex.vlaanderen.be
Geconsolideerde versie die geldt op 14/12/2024